SLAAF-SPEL IS EEN TOERISTISCHE ATTRACTIE: “EEN DYSNEYFICATIE” VAN HET SLAVERNIJVERLEDEN.

Auteur: Angela Fernald

De eigen geschiedenis verloochenen om geld te maken. 

(Fred van Wel)

In deze wereld van wetenschap en technologie wordt geen enkel probleem opgelost door mensen constant schuldgevoelens aan te praten en onder druk te zetten. Verpersoonlijking als een toeristische attractie van een serieus probleem als slavernij mag nooit op een simplistische ludieke manier herbeleefd worden. Zeker niet vanuit de zijde van de tot slaaf gemaakten. Niemand neemt dan de activisten en organisatie serieus en ontstaan er hierdoor termen en begrippen zoals disneyficatie. En dan opeens nemen de tot slaaf gemaakten hun eigen speelse gedrag wel serieus en betitelen de begrippen als koloniaal en cultureel imperialistisch. Maar de burgemeester van Amsterdam had haar mannetje moeten staan op het moment en niet achteraf kritiek spuien. Halsema heeft zich de boeien laten omdoen en het spel gewoon meegespeeld. Eigen schuld dikke bult dus. Maar met deze houding van de nazaten van de tot slaaf gemaakten met hun spelletje zullen zij steeds verder van huis raken. Want niet alle Hollanders zijn de nazaten van de slavenhandelaars en slavendrijvers. Zolang niet op de juiste manier de klassen in die tijd zowel aan zwarte als aan witte kant in het kader van het ontwikkelende kapitalisme worden geplaatst, zal de geschiedenis van de zwarten en de witten een valse blijven. Niet alle zwarten zijn schuldig of slachtoffer geworden aan wat er gebeurd is in het verleden. De zwarte nazaten zijn organisatorisch op een zeer laag niveau. Ze zijn anno 2022 niet in staat geweest een imposant gedenkteken over dit slavernij verleden in Suriname op te zetten. Niet eens een volwaardig en hoogwaardig museum hebben de zogenaamde activisten en nazaten van tot slaaf gemaakten kunnen opzetten. Het enige wat ze doen is een grote mond opzettte, anderen te beledigen en op willen zadelen met schuld gevoelens en andermans geld opeisen alsof heel Nederland aan deze kleine groep nazaten geld schuldig is. Niet eens de Marrons stellen deze eisen, het zijn wederom de aan de NDP gelieerde Armand Zunder en zijn groep. Het is totaal zinloos om zoveel persoonlijke wrok te koesteren, zoveel druk uit te oefenen. Heden ten dage laat de Nederlandse samenleving zich niet onder druk zetten. Dat zagen wij met de stopzetting van Russisch gas aan Nederland (zie onderstaand artikel)

OORLOG IN OEKRAÏNE

Gazprom stopt levering gas aan Nederland

 
 

G GRONINGEN (DFT/ANP) – Het Russische staatsgasbedrijf Gazprom stopt dinsdag met de levering van gas aan GasTerra. De gashandelaar, die in handen is van onder meer Shell, Esso Nederland en de Nederlandse staat, weigerde zijn rekeningen in roebels te voldoen. GasTerra voorziet geen problemen, omdat de handelaar al elders gas heeft ingekocht.

Minister Rob Jetten (Klimaat & Energie) laat in een reactie weten dat het kabinet begrip heeft voor het besluit van GasTerra om niet akkoord te gaan met de eenzijdig opgelegde betalinsgvoorwaarden van Gazprom. „Dit besluit heeft geen gevolgen voor de fysieke levering van gas aan de Nederlandse huishoudens. GasTerra heeft ter voorbereiding op deze situatie extra gas ingekocht.” Het kabinet houdt volgens hem de situatie de komende tijd ’echter nauwlettend in de gaten’

Rusland kondigde eind maart aan dat betalingen voor gas voortaan in roebels moeten worden voldaan. Dat deed het land als antwoord op de westerse sancties die werden ingesteld nadat Rusland eind februari buurland Oekraïne aanviel. Nederland is niet het eerste land dat geen gas meer geleverd krijgt. Eerder werden ook Polen, Bulgarije en Finland om dezelfde reden afgesloten.

PvdA-Kamerlid Joris Thijssen stelt dat je de actie van Gazprom ’natuurlijk kon zien aankomen: „Het is terecht dat GasTerra weigert Poetin roebels te geven in ruil voor zijn gas, want we weten wat hij met dat geld doet. Maar ik heb wel zorgen over de gevolgen voor Nederland. Zeker aangezien het kabinet de afgelopen tijd te weinig werk heeft gemaakt van besparingsmaatregelen.” D66-Kamerlid Raoul Boucke noemt de stap van Gazprom ’een extra reden om zo snel mogelijk over te stappen op echt schone energie’.

Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat laat desgevraagd weten dat er vooralsnog geen plannen zijn om de gaswinning in Groningen nu verder te heropenen. Ook Thijssen noemt dit ’totaal niet aan de orde’: „Schaamteloos hoe de industrie daar recent over begon. De potentie van energiebesparing is enorm, zie rapporten van TNO en van de NVDE.”

Contract

GasTerra had een contract met Gazprom voor de levering van 2 miljard kubieke meter gas tot en met eind september. Daarna zou het contract aflopen. De gasprijs op de toonaangevende Amsterdamse beurs schoot na de bekendmaking van GasTerra omhoog, maar dat was van korte duur.

Volgens Hans Grünfeld, directeur van de VEMW, de vereniging van grootverbruikers van energie, is het besluit van Gazprom ’een behoorlijke tegenvaller’. Hij wijst er op dat het een volgende stap in de escalatie is sinds de inval van Rusland in februari in Oekraïne. „De volumes moeten weer worden aangevuld. Dit zal zijn gevolgen krijgen, er zal een nog groter beroep moeten worden gedaan op de schaarse energiebronnen.”

Sectoren die erg gevoelig zijn voor de gasprijs zijn er niet gerust op. „Dit komt nogal onverwacht. We bekijken nu wat de gevolgen voor onze sector zouden kunnen zijn”, laat een woordvoerder van Glastuinbouw Nederland weten.

Olaf van der Gaag, directeur van de Nederlandse Vereniging van Duurzame Energie (NVDE), benadrukt dat voor de korte termijn de levering van gas goed gegarandeerd lijkt dankzij de actie van GasTerra. „Maar het wordt steeds moeilijker met minder bronnen beschikbaar.” Dat is in zijn visie nog meer reden om met z’n allen flink te bezuinigen op energieverbruik en versneld over te gaan op andere bronnen. „Om ons niet in een hoek te laten duwen en afhankelijk te zijn van een land als Rusland.”

https://www.telegraaf.nl/financieel/2032117303/gazprom-stopt-levering-gas-aan-nederland

Femke Halsema na een week Suriname: ‘Je ziet dat dit land is leeggeroofd’

Burgemeester Femke Halsema schrok bij haar aankomst in Suriname van de staat van het land. Hoopvol is ze over de samenwerking tussen Amsterdam en de voormalige kolonie. ‘Tien jaar Bouterse heeft Suriname tot het buitenland gemaakt. Vroeger was het ‘ons Suriname’.’

David Hielkema
 
Femke Halsema bij de Bonitrail, een interactieve rondleiding over het slavernijverleden in de voormalige plantage Frederiksdorp in Suriname.  Beeld Coco van Duivenvoorde
 
Femke Halsema bij de Bonitrail, een interactieve rondleiding over het slavernijverleden in de voormalige plantage Frederiksdorp in Suriname.BEELD COCO VAN DUIVENVOORDE

In een hoekje van het vliegveld heeft de Amsterdamse burgemeester nog wel even tijd om geïnterviewd te worden. Nadeel: veel mensen lopen langs – “Hallo, mevrouw de burgemeester!” – de handdrogers vanuit de toiletten zijn goed te horen en door het luchtruim roept een vrouw af en toe wat om. Maar ook dit hoort bij het werk van Femke Halsema – zaterdagmiddag vlak voor de reis terug naar Nederland tijd vrijmaken om op een week Suriname terug te blikken.

 

Maandag vertrok Halsema om te kijken waar samenwerking weer mogelijk is nadat die tien jaar was stilgelegd, toen de veroordeelde crimineel Desi Bouterse president aan de macht was. Met de nieuwe leider Chan Santokhi, die eerder al naar Amsterdam kwam, zijn er mogelijkheden voor een ‘hernieuwde en diepe vriendschap’ gebaseerd op ‘wederzijdse interesse en respect’.

Een kleine week Suriname. Hoe was het?

“Indrukwekkend. Je ziet dat het een land in opbouw is waar mensen erg hoopvol zijn. Na tien jaar Bouterse probeert men de scherven op te rapen en opnieuw iets ervan te maken. Tegelijkertijd is het een land met grote problemen: economisch, politiek, klimatologisch.”

U was hier ook al in 2008. Ziet u verschillen?

“Ik schrok toen ik Paramaribo weer inreed. Het land was toen veel welvarender. Levendiger, opener, ’s avonds meer drukte op straat. Nu is het behoorlijk uitgestorven en zie je veel armoede. Je ziet dat dit land is leeggeroofd.”

U heeft deze week met Chan Santokhi gesproken. Hoe was dat?

“Santokhi is een zeer begeesterd bestuurder die de lasten van het land torst. Dat heeft indruk op me gemaakt. Hij trof het land in diepe schulden aan, op de rand van een faillissement. Hij is een economische herstructurering begonnen die zo ingrijpend is dat de bevolking het nu niet beter heeft. Dat is een lastige boodschap, maar hij moet het doen om de economie weer op orde te brengen.”

“Hij heeft maar vijf jaar de tijd om te laten zien dat het anders kan dan onder Bouterse. Hij staat onder enorme druk.”

Santokhi heeft zijn vrouw, familie en kennissen belangrijke posities gegeven binnen de overheid. Gelooft u in zijn goede bedoelingen?

“Ik ken de kritiek op Santokhi, maar ik ben ervan overtuigd dat hij echt het beste met het land voor heeft.”

Hij heeft ook gevraagd om hulp voor de overstroomde dorpen bij het Brokopondostuwmeer: helikopters, voedsel, water.

“Hij weet dat wij niet met een grote zak geld zijn gekomen, maar wel bereid zijn om intensief samen te werken, capaciteit uit te lenen en kennis te delen.”

U heeft samen met GGD, Waternet, het Amsterdamse archief en kledingbedrijf Patta gekeken naar samenwerking. Wat is concreet besloten?

“Voor Nederlandse Surinamers is het archief heel betekenisvol: dat ze de geschiedenis van hun familie kunnen zoeken. Met de GGD gaan we hiv in Suriname bestrijden en we willen ook een project doen op het gebied van seksuele weerbaarheid voor jonge meiden en vrouwen. Waternet heeft veel oplossingen voor drinkwater en het aanpassen aan klimaatverandering. Als Suriname erin slaagt verder democratisch te worden, de rechtsstaat en de instituties te versterken en wij daarbij kunnen helpen, doen we dat graag.”

U heeft vicepresident Ronnie Brunswijk gezien bij het openen van een voetbalveldje. Hij is in de jaren tachtig in Nederland veroordeeld voor drugssmokkel.

“Dat maakt het heel ingewikkeld. Ik deel de lijn van de Nederlandse regering: contacten zo veel mogelijk beperken.”

Het Nationaal Comité Slavernijverleden in Suriname zei deze week: had ons meer betrokken bij de excuses die in Amsterdam werden aangeboden voor het slavernijverleden.

“Dat had gekund, maar uiteindelijk zijn excuses iets wat je zelf voor je rekening neemt.”

In de Surinaamse krant De Ware Tijd zei één van de leden dat excuses niet worden geaccepteerd als er geen herstelprogramma, dus geld, komt.

“Ik vind het pijnlijk dat je de waarde van het excuus afhankelijk maakt van geld. We zijn de eerste stad in Nederland geweest die excuses heeft gemaakt en die heb ik deze week herhaald op de Surinaamse radio. Die excuses zijn diep gemeend en vormen een beginpunt van nieuwe debatten. We werken aan een slavernijmuseum en zijn geïnteresseerd in verdere samenwerkingen, maar herstelbetalingen zijn niet aan de orde.”

Bij de voormalige plantage Frederiksdorp ontstond een discussie over de Boni Trail, een interactieve rondleiding over het slavernijverleden. U vond het disneyficatie en zei dat het dragen van een keten geen recht doet aan het verleden.

“Als witte Nederlander, die daar plotseling een paar meter geketend moet lopen, voel ik gêne als ik het slavernijverleden moet herbeleven via een soort spel, terwijl ik me bewust ben van de wreedheden en de misdaden. Wij hebben misschien een andere behoefte aan beleving van slavernij dan in Suriname.”

De geboren en getogen Surinamers waren het niet met uw kritiek eens. De oprichter zei niet nog eens hun visie op het slavernijverleden te willen laten koloniseren.

“Dat begrijp ik heel goed. Alleen snap ik ook Tim Sabajo, een Nederlandse Surinamer, die zei dat het niet zo is dat de slavernij alleen van de Surinamers in Suriname is. Ik deel als Nederlandse ook die geschiedenis en heb daar een aandeel in. Het was een leerzame discussie, maar ook bevreemdend.”

Hoezo bevreemdend?

“De slavernij is ingebed in het gewone leven in Suriname, zegt men. Voor de Nederlandse Surinamers is slavernij juist heel erg verbonden met aanhoudende discriminatie. Zij dragen het leed heel dicht op het hart. Maar het is niet zo dat de slavernij eigendom van de mensen hier is of van de mensen in Nederland. Ze delen hetzelfde leed met hun voorouders. Ik vind het overigens niet aan mij om te bepalen hoe je met het slavernijverleden om moet gaan. Dat is een discussie die vooral tussen de Surinaamse Nederlanders en de Surinamers gevoerd moet worden.”

Wat hoopt u dat uw bezoek de Surinaamse gemeenschap in Amsterdam oplevert?

“Tien jaar Bouterse heeft Suriname tot het buitenland gemaakt. Vroeger was het ‘ons Suriname’. Ook na de onafhankelijkheid werd dat zo gevoeld. Nu dreigt het een land als vele te worden. Ik hoop dat Surinaamse Amsterdammers de behoefte krijgen om actief te investeren in Suriname. Om na te denken over het helpen bij de wederopbouw van Suriname.”

https://www.parool.nl/nieuws/femke-halsema-na-een-week-suriname-je-ziet-dat-dit-land-is-leeggeroofd~bbc96ec8/

’Slaafspel’ valt verkeerd bij Halsema op bezoek in Suriname

 
AMSTERDAM – Rond het bezoek van burgemeester Halsema aan Suriname is een discussie losgebarsten over herstelbetalingen voor het koloniale verleden. Halsema bood vorig jaar al excuses aan namens het Amsterdamse stadsbestuur.

Ze reisde vorige week door het land om de banden aan te halen met de voormalig Nederlandse kolonie. Maar in de Surinaamse pers kreeg Halsema de wind van voren omdat geld na haar uitgebreide excuses nu achterwege blijft. Want excuses zijn ’onlosmakelijk verbonden’ met herstelbetalingen, claimde Armand Zunder van de Nationale Reparatiecommissie in de Surinaamse krant De Ware Tijd.

„Wij willen samen met Amsterdam zitten en de inhoud van de excuses bepalen. En daarna moeten we gezamenlijk bepalen hoe, waar en wanneer die excuses worden aangeboden. Excuses worden niet geaccepteerd als er geen programma van herstel is”, aldus activist Zunder.

Maar Amsterdam is niet voornemens om de knip te trekken, stelt Halsema in gesprek met het Parool. „Ik vind het pijnlijk dat je de waarde van het excuus afhankelijk maakt van geld. We zijn de eerste stad in Nederland geweest die excuses heeft gemaakt en die heb ik deze week herhaald op de Surinaamse radio. Die excuses zijn diep gemeend en vormen een beginpunt van nieuwe debatten. We werken aan een slavernijmuseum en zijn geïnteresseerd in verdere samenwerkingen, maar herstelbetalingen zijn niet aan de orde.”

Wel bood ze dus tijdens een radio-interview op ABC Suriname, opnieuw excuses aan. „Voor mij is het belangrijk dat we voet zetten op Surinaamse bodem en dat ik dat excuus herhaal. Amsterdam is rijk geworden met dank aan de kolonie Suriname”, zei ze. „De Amsterdammers van nu dragen geen enkele schuld. Maar zoals vele Surinamers erfgenamen zijn van tot slaaf gemaakten, ben ik een erfgenaam van een stadsbestuur van toen. Namens dat stadsbestuur heb ik mijn excuses aangeboden.”

Ketting om pols

Het bezoek aan Suriname liep overigens niet vlekkeloos. Het Parool maakt melding van een ongemakkelijk samenzijn tijdens een bezoek aan een ’plantage tour’: de Boni trail. Daar moest Halsema als een slaaf met een ketting om haar pols lopen, bevestigt haar woordvoerder. Dat was volgens de krant tegen het zere been van de burgemeester. Ze zegt daarover: ’Als witte Nederlander, die daar plotseling een paar meter geketend moet lopen, voel ik gêne als ik het slavernijverleden moet herbeleven via een soort spel, terwijl ik me bewust ben van de wreedheden en de misdaden. Wij hebben misschien een andere behoefte aan beleving van slavernij dan in Suriname’. Ze noemde de ervaring ’disneyficatie’.

https://www.telegraaf.nl/nieuws/911131950/slaafspel-valt-verkeerd-bij-halsema-op-bezoek-in-suriname

Archief Suriname en Amsterdam intensiveren samenwerking

30 mei 2022

Archief Suriname en Amsterdam intensiveren samenwerking

Het Nationaal Archief Suriname (NAS) en het Stadsarchief Amsterdam hebben middels een Memorandum of Understanding (MoU) de onderlinge samenwerking geïntensiveerd. Directeur Mohamad Eskak van het ministerie van Binnenlandse Zaken (BiZa) plaatste namens het NAS zijn handtekening onder het document, terwijl Bert de Vries dat deed voor het Stadsarchief Amsterdam. De ondertekening geschiedde gisteren in aanwezigheid van de burgemeester van Gemeente Amsterdam, Femke Halsema, enkele delegatieleden en de nationale archivaris, Rita Tjien Fooh- Hardjomohamad.

 

Het ontsluiten van de archiefbronnen die zowel Suriname als Nederland samen delen, is één van de belangrijke doelen van dit partnerschap met Stadarchief Amsterdam. Immers, de stad Amsterdam was dé eigenaar van de kolonie Suriname en wel in de 18e eeuw. Zij zaten samen in de Geoctrooieerde Sociëteit van Suriname, waarvan de West-Indische Compagnie, de familie van Aerssen van Sommelsdijck en de stad Amsterdam aandeelhouders waren. Heel veel plantage- eigenaren en planters waren ook afkomstig uit Amsterdam. Hieruit kan volgens de nationale archivaris opgemaakt worden dat de geschiedenis van Suriname en Amsterdam nauw met elkaar verweven zijn. “Het gaat om een pijnlijke geschiedenis, maar daarom is het belangrijk om deze archieven te ontsluiten en toegankelijker te maken.”

Het ministerie van BiZa, onder wie het NAS valt, is zeer ingenomen met de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst. Door de eeuwenoude band tussen Suriname en Nederland, is er volgens BiZa directeur Eskak, een gedeelde geschiedenis ontstaan die een materiële en immateriële erfenis achterlaat voor beide gemeenschappen. Vooral gelet op de groeiende belangstelling in archief materiaal van zowel lokale als internationale bezoekers, is de BiZa directeur er stellig van overtuigd dat beide archiefinstituten samen met elkaar meer kunnen bereiken in het toegankelijk maken van archief materiaal voor het publiek en de doelen die zij nastreven, beter realiseren.

De mensen die toen naar Suriname werden vervoerd, zijn volgens burgemeester Halsema van hun identiteit en historie beroofd. Echter betekent archivering de teruggaven van de identiteit. Halsema benadrukt dat de goede samenwerking met Amsterdam niet alleen betekent dat de geschiedenis van een land opgebouwd wordt, maar dat dit ook de teruggave van de eigenwaarde en menselijke waarde betekent.

Een van de programma’s waarin nauw samengewerkt zal worden is de bronnen met name de notariele akten in Suriname toegankelijk te maken. Nederland heeft dat reeds gedaan en dat zal gedeeld moeten worden. Er zal ook een aparte website moeten komen voor dit stukje geschiedenis, waarop alle aktes en geschiedsverhalen geplaatst kunnen worden. Tegelijkertijd zal er ook een samenwerking worden aangegaan met betrekking tot de toezichthoudende functie van het NAS. De samenwerking tussen het NAS en stadsarchief Amsterdam dateert uit 2005- 2009 en raakte bekoeld tijdens het presidentschap van Bouterse.

https://www.waterkant.net/suriname/2022/05/30/archief-suriname-en-amsterdam-intensiveren-samenwerking/

Documentaire over samenstellen slavernijtentoonstelling in Rijksmuseum op TV

29 mei 2022
 

Vandaag, zondag 29 mei, is de documentaire ‘Nieuw Licht: Het Rijksmuseum en de slavernij’ om 19.15 uur te zien op NPO 2.

 

Het Rijksmuseum erkend het Nederlandse slavernijverleden en organiseert voor het eerst een tentoonstelling over slavernij, die tot en met 1 juli 2022 nog te bezoeken is. Daarin staat de Nederlandse koloniale periode centraal, van de zeventiende tot en met de negentiende eeuw. Belicht worden landen en gebieden waar Nederland actief was in de slavenhandel en slavernij.

Voor het eerst richt het museum zich op slavernij in de koloniale periode in Brazilië, Suriname en het Caribisch gebied, Zuid-Afrika en Azië.

De documentaire laat zien hoe pijnlijk en wrang, maar tegelijkertijd helend en bevrijdend het samenstellen van de slavernijtentoonstelling is. Zeker dankzij de inbreng van mensen met roots in zowel de West (Suriname, Caribisch gebied) als de Oost (Nederlands-Indië).

Regisseur Ida Does volgt senior conservator Eveline Sint Nicolaas en haar collega’s tijdens hun drie jaar durende zoektocht naar verzwegen verhalen: wat is de relatie tussen de kunstwerken en het Nederlandse slavernijverleden?

https://www.waterkant.net/suriname/2022/05/29/documentaire-over-samenstellen-slavernijtentoonstelling-in-rijksmuseum-op-tv/

In Geldrop-Mierlo moet een straat genoemd worden naar de Surinaamse vrijheidsstrijder Anton de Kom, vindt GroenLinks.
 
In Geldrop-Mierlo moet een straat genoemd worden naar de Surinaamse vrijheidsstrijder Anton de Kom, vindt GroenLinks. © Wikipedia

Expo over Surinaamse held Anton de Kom in Arnhem deze week geopend door dochter (95) en Kenny B

ARNHEM – In het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem wordt donderdag een tentoonstelling geopend over de in Paramaribo geboren Anton de Kom (1898 – 1945), activist en schrijver. De Koms 95-jarige dochter Judith zal bij de opening een gedicht van haar vader voorlezen. De Surinaams-Nederlandse zanger Kenny B verzorgt de muzikale omlijsting van het evenement.

 
Het boek ‘Wij slaven van Suriname’ van Anton de Kom, uit 1934, geldt als een zeer belangrijke aanklacht tegen racisme, uitbuiting en koloniale overheersing. In de Tweede Wereldoorlog verzette De Kom, voor de Surinamers nu nog steeds een grote held, zich in Nederland tegen de nazi’s.

De Kom en zijn werk waren in Nederland lang voor velen onbekend, maar sinds twee jaar is hij opgenomen in de Canon van Nederland en hoort hij dus bij mensen en feiten die je als Nederlander hoort te kennen. In het Openluchtmuseum wordt de canon permanent in beeld gebracht.

Bloedig neergeslagen oproer

Kenny B tijdens een optreden op Koningsdag 2018 in Arnhem.
 
Kenny B tijdens een optreden op Koningsdag 2018 in Arnhem. © Rolf Hensel

De Koms vader, Adolf, was nog net in slavernij geboren. Anton, die aanvankelijk leerde voor boekhouder, kon in Suriname geen baan krijgen en vertrok in 1921 naar Nederland, waar hij werkte hij als vertegenwoordiger in koffie, thee en tabak. 

Intussen werd hij lid van verschillende linkse organisaties en gaf hij lezingen over onder meer slavernij. Terug in Suriname (1933) werd hem verboden om dergelijke lezingen te geven en werd hij opgepakt wegens ‘communistische agitatie’, hetgeen een bloedig neergeslagen oproer veroorzaakte.

De Kom werd verbannen en ging weer naar Nederland. Na de Duitse inval ging hij bij het communistisch deel van het Nederlandse verzet. Hij werd opgepakt en stierf in april 1945 aan tuberculose in een deel van kamp Neuengamme.

 

Black Lives Matter

Het Nederlands Openluchtmuseum belicht De Kom aan de hand van verschillende thema’s: de verbinder, de leraar, de aanklager, de strijder, de wegbereider en een speciaal gemaakt kunstwerk. Er zijn citaten te beluisteren, originele manuscripten te lezen, touchscreens en luisterstations met een hoop andere informatie over De Kom. Er zijn ook een wand met filmbeelden van toen en nu (Black Lives Matter) en een maquette van zijn ouderlijk huis, waar De Kom zijn verboden lezingen hield.

Het kunstwerk van de Surinaamse kunstenaar Ken Doorson, gemaakt met studenten van onder meer de Nola Hatterman kunstacademie in Paramaribo, bestaat uit 280 koppen, die samen een holografisch portret van De Kom dragen. De klei voor de koppen, die de mensen symboliseren die in Suriname naar De Koms lezingen kwamen, komt uit dat land.

De expo opent zaterdag voor publiek.

https://www.gelderlander.nl/arnhem/expo-over-surinaamse-held-anton-de-kom-in-arnhem-deze-week-geopend-door-dochter-95-en-kenny-b~abb57fa2/?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F