DL 1: KIESSTELSEL SURINAME

 

Wijziging kiesstelsel is het gesprek van de dag

 | dagblad suriname | Door: Redactie

Al meer dan dertig jaren wordt er over het huidige kiesstelsel gesproken. De kiezers praten al meer dan dertig jaren over goedkope en dure zetels in Suriname. De volksvertegenwoordigers hebben nooit de moeite genomen dit zeer gevoelig onderwerp in De Nationale Assemblee als punt van discussie te maken.

Vaker hoor ik, dat je in het district Coronie met 1.600 geregistreerde kiezers twee DNA-zetel kunt behalen. Dankzij de advocaat Serena Essed is het Constitutionele Hof wakker geworden. Nu moet De Nationale Assemblee aan het werk gaan om het gewicht van een DNA-zetel zo rechtvaardiger te maken. Met andere woorden, moet elk

 
DNA-lid  met hetzelfde aantal stemmen gekozen worden. Om dat te realiseren is er maar een mogelijkheid in Suriname. De DBA-leden moeten het Landelijke Evenredigheidsstelsel invoeren waardoor men dit probleem voor de toekomst kan oplossen. 

 

Ik hoop niet dat elke politieke partij met een andere zienswijze komt aan dansen om de geconstateerde onrechtvaardigheid nog groter te maken. Ik zal met wat  cijfers per district uitleggen, waardoor de lezers (kiezers) een helder inzicht krijgen in het huidige kiesstelsel. 

Hoe was de situatie op 25 mei 2020 in Suriname? Ik werk met het aantal goed uitgebrachte stemmen per district en daarna ga ik het gewicht van een DNA- zetel onder de loupe nemen.

De onrechtvaardigheid heeft te maken met de ongelijke kiesdeler per district. Het gewicht van een DNA-lid in Coronie is 810 stemmen, terwijl het gewicht van een DNA-lid in Wanica 10.135 stemmen is.Wat een ongelijkheid, wat een onrechtvaardigheid in het huidige kiesstelsel.

Wij moeten een rechtvaardiger kiesstelsel invoeren                                             Als wij dat willen hebben, dan moeten wij het Landelijk Evenredigheidsstelsel invoeren, waardoor het gewicht van elk DNA-lid  dezelfde kiesdeler heeft.                                                                                  

Op 25 mei 2020 zijn de kiezers naar de stembus geweest. De goed uitgebrachte stemmen op al die 17 politieke partijen waren 274.714 stemmen. Hier heeft men niet gewerkt met de bevolking per district, want het opkomstpercentage verschilt van district tot  district.

De landelijke kiesdeler op 25 mei  2020 was (274.714 : 51) x 1 stem = 5.387 stemmen. Elke politieke partij die 5.387 stemmen landelijk behaald heeft, krijgt een DNA-zetel.

Wij willen vaak een ingewikkeld stelsel invoeren, waardoor de kiezers door de bomen het bos niet meer zien.

Uitslag verkiezingen volgens het Landelijke Evenredigheidsstelsel (one man one vote) op 25 mei 2020                   

Hoe zou de uitslag van de verkiezingen, volgens het Landelijke Evenredigheidsstelselen op 25 mei 2020 uitpakken voor de 17 politieke partijen die aan de verkiezingen hadden deelgenomen. 

De PL en de ABOP vormen in De Nationale Assemblee een fractie. De heer Karto is onder de vleugel van de ABOP.                                                                  

Lijstverbinding ABOP/PL heeft voor 3 DNA-zetels extra gezorgd                     Zonder de steun van de ABOP in Commewijne (met 1.050 stemmen) had de PL die ene zetel niet behaald. PL zou in 2020 van het politieke toneel verdwenen zijn met 0 zetel. Zonder de steun van PL zou de ABOP die ene zetel van Wanica en die ene zetel van Para niet behaald hebben en de ABOP zou op 25 mei 2020 landelijk 7-DNA zetels behaald hebben. In de politiek moet men continu evalueren en nieuwe mogelijkheden zoeken om beter resultaten bij de verkiezingen te boeken.

Hardeo Ramadhin

https://surinamenieuwscentrale.com/wijziging-kiesstelsel-het-gesprek-van-de-dag

Breeveld: Volk moet zich meer bezighouden met bestuurlijke

 
 
ADVERTENTIE

Reggy Simson in gesprek met Hugo Fernandes Mendes

DA’91: Samenleving moet participeren in discussie Kiesstelsel

 
25 Aug, 2022
foto
   


 
Het Wetenschappelijk Bureau van DA’91 heeft dinsdag de eerste publieke discussie gehouden over de ontstane situatie na het oordeel van het Constitutioneel Hof over de Kiesregeling. Het thema was: De consequenties en mogelijkheden na onverbindend verklaren van delen van de Kiesregeling. De inleiders waren: Eugene van der San, Lothar Boksteen en August Boldewijn. Het statement van Boldewijn werd voorgelezen, aangezien hij vanwege omstandigheden niet zelf aanwezig kon zijn.

De partij en i.h.b. het Wetenschappelijk Bureau zijn zeer tevreden over het verloop van de avond. De interesse in het onderwerp blijkt groot te zijn. Want niet alleen was de zaal vol, maar er waren ook ontelbare verzoeken voor live streaming van de avond zowel binnen als buiten Suriname. In zijn introductie van het thema gaf de waarnemend coördinator van het Wetenschappelijk Bureau Romeo Stienstra aan dat: “Met het oordeel van het Constitutioneel Hof is aanpassing van het kiesstelsel onvermijdelijk geworden. Mede vanwege het feit dat de resultaten van verkiezingen en het daaruit voortvloeiend  beleid van invloed zijn op het leven van elke burger van ons land, is het van essentieel belang dat de totale samenleving meedoet aan de discussie. Het is precies daarom dat het Wetenschappelijk Bureau deze discussie avond organiseert.”

Er is bewust voor gekozen om bij deze eerste discussie niet de inzichten van de partij aangaande het kiesstelsel te presenteren, maar een podium te bieden aan experts op vooral het bestuurskundig vlak om vanuit hun expertise hun licht te doen schijnen over het thema. Voor ons als partij en met name ons Wetenschappelijk Bureau was belangrijk dat elke burger moet kunnen begrijpen wat de consequenties zijn van het oordeel evenals wat de mogelijkheden zijn om hier invulling aan te geven.

Tijdens de avond zijn er verschillende voorstellen voor omgaan met het oordeel van het Constitutioneel Hof gepresenteerd. De rode draad is wel dat direct of indirect alle inleiders voorstander zijn van niet slechts de vervanging van de artikelen 9 en 24  in de kiesregeling maar van een totale herziening van het kiesstelsel. Soms op een meer of minder ingrijpende wijze. Zo kwamen ideeën naar voren voor een districten evenredigheidsstelsel, een landelijk evenredigheidsstelsel en ook voor een combinatie van beiden.
 
 Opmerkelijk was ook dat gesteld werd dat het initiatief bij de president ligt om een ontwerpwet DNA te doen toekomen. Dit terwijl tot nu toe in de samenleving velen richting DNA kijken om de koe bij de hoorns te vatten. Heel belangrijk was ook dat aangetekend werd dat zonder correctie van de kiesregeling in lijn met de uitspraak van het CH er geen verkiezingen kunnen worden georganiseerd. Het is dus zaak dat hier prioriteit aan gegeven wordt. Ook de weg langs welke het uiteindelijk besluit genomen kan worden kwam aan de orde. Volgens een van de inleiders is het zo dat indien de stemmen tot tweemaal toe staken in DNA, kan de president de zaak voorleggen aan de rechter. In het ander geval kan ook de VVV ingezet worden, eventueel na het houden van een volksraadpleging.

Het initiatief voor de discussie avond is heel positief ontvangen. Er is in de samenleving veel behoefte aan informatie en voeding voor gedachtewisseling,  discussie en debat. Met deze eerste publieke discussie na het oordeel van het Constitutioneel Hof is voldaan aan de behoefte van de brede samenleving. En dit is pas het begin van de discussie. Het bleek gisteren ook dat er nog meer ideeën leven in de samenleving en wij kijken ernaar uit dat die allemaal op tafel komen zodat de samenleving een goed geïnformeerde keuze kan maken voor wat het beste is voor ons land. Van diegenen die met de formele besluitvorming belast zijn zal geëist moeten worden dat zij doen wat in het belang is van de samenleving.
 
DA’91 zal voortgaan via de verschillende haar ten dienste staande democratische middelen de discussie in de samenleving te stimuleren en versterken. Ook zullen zij de regering en DNA blijven aanspreken op hun verantwoordelijkheid, zoals dat reeds geruime tijd gedaan wordt, en eisen dat zij zo snel mogelijk op een juiste en rechtvaardige wijze invulling geven aan de opdracht die voortvloeit uit het oordeel van het CH waarbij DA’91 uitgaat van een integrale wijziging van het kiesstelsel met medeneming van wet- en regelgeving voor financiering van politieke partijen. De acties zullen gericht zijn zowel op het niveau van de gemeenschap als ook op het niveau van de gekozen democratische instituten ter verhoging en verdieping van de informatie evenals de realisatie van hetgeen DA’91 sinds haar oprichting bepleit, een rechtvaardig kiesstelsel.

Het initiatief om de Kiesregeling te wijzigen zal van president Chan Santokhi moeten komen en niet van De Nationale Assemblee (DNA). Het is een misvatting te denken dat omdat het een wet betreft DNA in charge is. Primair is het de regering die wetsontwerpen aan DNA voorlegt, gaf bestuurskundige Eugène van der San te kennen tijdens een discussieavond georganiseerd door DA’91.

Het thema was: “Kiesregeling onverbindend verklaard: Gevolgen en kansen voor de samenleving”. De uitspraak van het Constitutioneel Hof (CHof) komt erop neer dat de Kiesregeling en met name de artikelen 9 en 24 in strijd zijn met de Grondwet van de Republiek Suriname en internationale verdragen. Deze uitspraak heeft tot gevolg dat de president ingevolge de artikelen 85 en 86 van de Kiesregeling de verkiezingen die op 25 mei 2025 gehouden moeten worden, niet meer kan laten doorgaan, zonder dat de artikelen 9 en 24 van de huidige Kiesregeling worden gewijzigd, licht Van der San toe.

Deze wijziging van de Kiesregeling moet in DNA met twee derde meerderheid worden goedgekeurd. Binnen een democratische rechtsstaat kunnen conflicten slechts op twee manieren worden opgelost te weten middels consensus (overeenstemming) en via de wettelijke mogelijkheden. Van der San benadrukt dat als het CHof een uitspraak heeft gedaan over een staatsrechtelijk vraagstuk of onderwerp dan heeft dat rechtsgevolgen krachtens artikel 144 lid 3 van de Grondwet.

In deze kwestie van toetsing van de Kiesregeling, met name de artikelen 9 en 24, is het rechtsgevolg dat deze artikelen hun rechtskracht hebben verloren oftewel ze zijn onverbindend verklaard. Binnen het staatsbestel van Suriname is het de plicht van de uitvoerende macht om ervoor zorg te dragen dat er correcties plaatsvinden, in overeenstemming met de uitspraak. Dit betekent dat ingevolge artikel 99 van de Grondwet de president hiermee belast is.

Van der San geeft verder aan dat krachtens artikel 71 van de Grondwet de bevoegdheid wel bij DNA ligt inzake het beslissen over alle wetsontwerpen. DNA kan ook wel initiatiefvoorstellen doen aan de regering. Als de grootste fracties in DNA, de VHP en de NDP, overeenstemming bereiken (in opdracht van hun politieke partij) dan kan zo een wetsvoorstel van de regering met twee derde meerderheid worden goedgekeurd. Mocht dit gebeuren dan is gevolg gegeven aan de uitspraak van het CHof.

Als gesteld wordt dat er geen consensus kan worden bereikt dan heeft de regering met name het coalitiedeel met de grootste fractie de VHP met twintig zetels samen met de NPS met drie zetels nog de mogelijkheid om krachtens artikel 181 van de Grondwet na twee afwijzingen in DNA voor een derde stemming te gaan naar de Vereniging Volksvergadering. Daar is de VHP goed vertegenwoordigd en zal die twee derde meerderheid halen, liet de bestuurskundige weten. Hij gaf eveneens te kennen dat de ABOP duidelijk is geweest in haar standpunt dat ze geen voorstander is van een wijziging van het kiesstelsel.

Als geen overeenstemming kan worden bereikt, dan is er geen sprake meer van uitvoering geven aan de rechtsvraag van het CHof, maar een verschil van mening tussen partijen dat dient te worden opgelost, benadrukt Van der San. In dat geval kan de president dat conflict voorleggen aan de rechterlijke macht. Krachtens de wet algemene bepalingen is de rechter dan verplicht om de kwestie in behandeling te nemen en tot een oordeel te komen.

Gegeven de omstandigheden nu binnen politiek Suriname waaronder een instabiele coalitie (meerderheid kan uit elkaar vallen), de regering schept geen vertrouwen (instabiel) en de roep om vervroegde verkiezingen (is niet zonder meer mogelijk), is het volgens Van der San dringend gewenst om in landsbelang zo spoedig mogelijk te werken aan een herziening, niet alleen van de Kiesregeling, maar vooral van de Grondwet op fundamentele punten. In de wet moet de mogelijkheid van ontbinding van het parlement worden opgenomen om vervroegde verkiezingen mogelijk te maken.

https://www.srherald.com/suriname/2022/08/25/van-der-san-president-moet-met-initiatief-komen-voor-wijziging-kiesregeling/

 

Interesse rond discussie over Kiesregeling groot bij DA’91

 | dagblad suriname | Door: Redactie

Het Wetenschappelijk Bureau van de politieke partij DA’91 heeft dinsdagavond in het Lalla Rookh Gebouw een publieke discussie gehouden met als thema ‘’De consequenties en mogelijkheden na onverbindend verklaren van de delen van de Kiesregeling”. De partij, en in het bijzonder het Wetenschappelijk Bureau, stelt zeer tevreden te zijn over het verloop van de avond. 

De interesse in het onderwerp blijkt groot te zijn, want niet alleen was de zaal vol, maar er waren ook ontelbare verzoeken voor live streaming van de avond zowel binnen als buiten Suriname. Tijdens de discussies was het niet de bedoeling de inzichten van de partij inzake het kiesstelsel te presenteren, maar een podium te bieden aan experts op bestuurskundig vlak, om vanuit hun expertise licht te doen schijnen over het thema.

“Voor ons als partij en met name ons Wetenschappelijk Bureau was belangrijk dat het duidelijk was en is dat met het oordeel van het Constitutioneel Hof, de aanpassing van het kiesstelsel onvermijdelijk is geworden. Mede vanwege het feit, dat de resultaten van verkiezingen en het daaruit voortvloeiend beleid van invloed zijn op het leven van elke burger van ons land, is het van essentieel belang dat de totale samenleving meedoet aan de discussie. Het is precies daarom dat het Wetenschappelijk Bureau deze discussie avond heeft organiseert”, zegt  de waarnemend coördinator van het Wetenschappelijk Bureau, Romeo Stienstra.

Uit de discussies zijn diverse voorstellen voortgevloeid voor hoe om te gaan met het oordeel van het Constitutioneel Hof. De rode draad is wel dat direct of indirect alle inleiders voorstander zijn van niet slechts de vervanging van de artikelen 9 en 24  in de Kiesregeling, maar van een totale herziening van het kiesstelsel.

Zo kwamen ideeën naar voren voor een Districten Evenredigheidsstelsel, een Landelijk Evenredigheidsstelsel en ook voor een combinatie van beiden. Opmerkelijk was ook, dat een van de inleiders stelde dat het initiatief bij de president ligt om een ontwerpwet aan de Assemblee te doen toekomen. Heel belangrijk was ook, dat aangetekend werd dat zonder correctie van de Kiesregeling in lijn met de uitspraak van het Constitutioneel Hof  er geen verkiezingen kunnen worden georganiseerd. Het is dus zaak dat hier prioriteit aan gegeven wordt. Ook de weg langs welke het uiteindelijk besluit genomen kan worden kwam aan de orde. Volgens een van de inleiders is het zo, dat indien de stemmen tot tweemaal toe staken in de Assemblee, de president de zaak kan voorleggen aan de rechter. In het ander geval kan ook de VVV (Verenigde Volksvergadering) ingezet worden, eventueel na het houden van een Volksraadpleging.

Volgens partijvoorzitter Angelic del Castilho waren er veel positieve reacties ontvangen op de discussieavond. De samenleving heeft veel behoefte aan informatie en voeding voor gedachtewisseling, discussie en debat. Met deze eerste publieke discussie na het oordeel van het Constitutioneel Hof, is voldaan aan de behoefte van de brede samenleving. “En dit is pas het begin van de discussie.

Het bleek dinsdag ook, dat er nog meer ideeën leven in de samenleving en wij kijken ernaar uit dat die allemaal op tafel komen zodat de samenleving een goed geïnformeerde keuze kan maken voor wat het beste is voor ons land. Van diegenen die met de formele besluitvorming belast zijn zal geëist moeten worden dat zij doen wat in het belang is van de samenleving.

De partij zal vervolgens via de verschillende middelen de discussie in de samenleving door stimuleren. Ook zal de partij de regering en de Assemblee blijven aanspreken op haar verantwoordelijkheid en eisen dat zij zo snel mogelijk op een juiste en rechtvaardige wijze invulling geven aan de opdracht die voortvloeit uit het oordeel van het Constitutioneel Hof waarbij uitgegaan mag worden van een integrale wijziging van het kiesstelsel met medeneming van wet- en regelgeving voor financiering van politieke partijen.

“Met andere woorden zullen wij op het niveau van de gemeenschap werken evenals op het niveau van de gekozen democratische instituten ter verhoging en verdieping van de informatie evenals de realisatie van hetgeen DA’91 sinds haar oprichting bepleit, een rechtvaardig kiesstelsel”, aldus de voorzitter.

https://surinamenieuwscentrale.com/interesse-rond-discussie-over-kiesregeling-groot-bij-da91

Heeft het Constitutioneel Hof een constitutionele chaos gecreëerd?

 

Fernandes Mendes 

Partij politieke belangen moeten opzij gezet worden voor wijziging kiesregeling – ABC Online Nieuws

DNA vertegenwoordigt niet de volkswil, zegt Fernandes Mendes – ABC Online Nieuws

Gajadien (VHP): “Gesprekken wijziging kiesstelsel al 35 jaar terug voorgesteld”

Geplaatst op 

De toetsing van artikel 9 in samenhang met artikel 24 van de Kiesregeling door het Constitutioneel Hof vond vrijdagochtend 5 augustus plaats. Het besluit van het Hof komt erop neer, dat de artikelen 9 tot 24 van de Kiesregeling in strijd zijn met de artikelen 8 en 55 van de Grondwet, 25 sub b en 26 IVBPR (Internationaal Verdrag Burger en Politieke Rechten) en artikel 1 jo. 23 jo. 24 AVRM (Amerikaans Verdrag voor de Rechten van de Mens). 

Fractievoorzitter in de Assemblee van de VHP Asiskumar Gajadien sprak in dit kader met Dagblad Suriname over het proces waarvan de gesprekken vanaf 2015 serieus zijn gestart onder de diverse politieke partijen. Al 35 jaar lang wordt er gesproken over een wijziging van het kiesstelsel. De samenleving heeft steeds aangegeven dat er sprake is van een onrechtvaardig kiesstelsel. 

Gajadien zegt dat na 1987, zeker in de jaren ‘90, die discussie begon dat het kiesstelsel aangepast moest worden. Echter is er een aantal volkstellingen geweest die een reeks verschuivingen aangaven. Deze gaven aan, dat er een groei was van die samenleving. “We zagen een groei van bijna 51%, die niet evenredig verliep naar alle de districten zoals Wanica, Para, Commewijne die exponentieel zijn gegroeid. Die discussie werd heftiger totdat we een situatie kregen in 2020 bij het verkiezingsprogramma, dat het kiesstelsel en de Grondwet aangepast zouden worden”. 

“Verandering kiesstelsel dynamisch proces”

“Aanpassing van een kiesstelsel is altijd een dynamisch proces. Terwijl je bezig bent het land te besturen doen situaties zich voor zoals het machts vraagstuk en economische situaties waardoor sommige dingen verschoven worden.”  Volgens de fractievoorzitter waren er zelfs voorstellen gedaan tijdens de vorige regering, totdat de regerende partij toen, de NDP, stelde dat zij niets ging wijzigen, alleen de wet op combinatieverbond. Dat was echter buiten de afspraken om. “Dat is ook een zaak waarbij we zien, dat wanneer afspraken gemaakt worden en het partijen niet goed uitkomt, men geen veranderingen wenst aan te brengen. Had men eerder aan dit proces gewerkt konden er al wat  verschuivingen zijn gekomen in het proces.”

Stemming in de Assemblee 

Volgens de Grondwet zal de stemming via het parlement plaatsvinden. Daarvoor heb je  twee derde meerderheid nodig. De VHP heeft twee voorstellen, waaronder de invoering van een aangepast districtenstelsel. Het districtenstelsel heeft voor- en nadelen. “Uitgaande van de voordelen kunnen we het districtenstelsel handhaven. Echter krijg je te maken met een discrepantie want dan zouden bijvoorbeeld de inwoners uit Coronie met 3.000 inwoners minimaal 1 zetel krijgen. Wat wil zeggen dat met een land met 550.000 inwoners je ruim 183.000 zetels moet hebben. Of er zou sprake moeten zijn van een  herverdeling van zetels waarbij de grote districten met meer inwoners meer zetels krijgen en de kleinere districten met minder inwoners meer zetels zouden moeten afstaan. Dan nog zou je een grote discrepantie krijgen tussen Coronie en de rest. Misschien zouden we de districtsgrenzen ook kunnen aanpassen. We zouden Wageningen en Coronie samen kunnen nemen waardoor je 6.000 inwoners krijgt.”

“Een tweede voorstel is de landelijke evenredigheid. Een kiesstelsel waarbij vrijwel alle uitgebrachte stemmen meetellen voor de uiteindelijke verhoudingen in de zetelverdeling.”

“Discussie moet nationaal gevoerd worden”

“Ik denk dat de discussies nationaal gevoerd moet worden”, zegt Gajadien. “Er kunnen geen nieuwe verkiezingen gehouden worden zonder een Kiesregeling. Iedereen zou moeten participeren vanuit de gedachte een zo rechtvaardig mogelijke Kiesregeling te hebben. Het is dus geen kwestie van mi no wani of mi no lobi joe. Door de essentiële wijzigingen door te voeren, kunnen we het halen voor de verkiezingen deze wijzigingen rond te krijgen. Andere wijzigingen zoals het bestuur, hoe het bestuur te hervormen, het al dan niet afschaffen van regionale organen kunnen liever voor het volgende traject gelaten worden”, aldus VHP’er Gajadien.

Klik op deze link om het gehele interview te kunnen zien en beluisteren.
NK

https://www.dbsuriname.com/2022/08/10/gajadien-vhp-gesprekken-wijziging-kiesstelsel-al-35-jaar-terug-voorgesteld/

Kiesregeling snel wijzigen

 | de ware tijd | Door: Redactie

 

Tekst Ivan Cairo

PARAMARIBO —  Nu het Constitutioneel Hof (CHof) bepaalde delen van de Kiesregeling onverbindend heeft verklaard mag geen dag getalmd worden en moeten direct stappen worden gezet om deze wet te wijzigen. “Als wordt uitgegaan van verkiezingen in 2025 is het zeer handig, dat dat dit jaar of volgend jaar al af is,” zegt voormalig voorzitter van het Onafhankelijk Kiesbureau (OKB), Jennifer van Dijk-Silos aan de Ware Tijd. 

De artikelen 9 en 24 van de Kiesregeling zijn sinds vrijdag na de uitspraak van het CHof nietig en onverbindend. “Om een vacuüm te voorkomen moet je die artikelen gewijzigd hebben, want je gaat ze niet kunnen gebruiken. In een goede en sterke rechtsstaat beginnen regering en assemblee nu al te kijken naar hoe de Kiesregeling te wijzigen,” benadrukt ze.

Politieke partijen

Van Dijk-Silos vindt dat spoed geboden is om onder andere politieke partijen ruim de gelegenheid te geven zich voor te bereiden op de veranderde situatie naar de komende verkiezingen toe. Van Dijk-Silos: “Ik hoop dat de regering en DNA dit begrijpen en dat ze geen partijpolitiek ermee gaan spelen. Ik hoop niet dat het een circus en een kermis wordt, want dit is nationaal belang. Het is belangrijk voor de democratie en daar moeten ze dan maar even voor kiezen en dan weer terug naar hun partijpolitiek.” 

Dat gewezen regeringsleden na 1 jaar in functie te zijn geweest levenslang allerlei privileges en toelagen van de Staat krijgen dient volgens A20 ook geschrapt te worden

Bij de aanpassing van de Kiesregeling zal, aldus de ex-OKB-voorzitter, met de demografische cijfers van het Centraal Bureau voor Burgerzaken gewerkt moeten worden. De kiezerslijst van 2020 en de omvang van de populatie dat jaar zijn bekend. De migratiestromen dienen gevolgd te worden om het zetelaantal per district te bepalen. Van Dijk-Silos merkt op dat in de landen in het Caribisch gebied om de vijf jaar bij verkiezingen naar rato van de inwoners per kiesdistrict de zetelverdeling wordt vastgesteld. “Dat maakt het democratisch gehalte hoger,” concludeert ze. 

De eerste stap

Reagerend op de uitspraak van het CHof stelt Steven Reyme, voorzitter van A20, dat zijn partij strijdt tegen elke fundamentele vorm van onrecht. Het aanvechten van de Kiesregeling is voor de partij de eerste stap. “De Kiesregeling is ook een van de voorbeelden waarbij het duidelijk naar voren is gekomen dat zolang het de politieke partijen goed uitkwam, men bewust het stelsel niet heeft veranderd,” stelt hij. Dat gewezen regeringsleden na 1 jaar in functie te zijn geweest levenslang allerlei privileges en toelagen van de Staat krijgen dient volgens A20 ook geschrapt te worden. 

“We willen ook strijden voor profielschetsen voor politieke ambtsdragers enzovoort. Dus onze drijfsveer was niet alleen het Kiesstelsel maar alles wat onrechtvaardig is tegen het algemeen belang van land en volk. Misschien is de volgende stap het rechtstreeks kiezen van de president en districtscommissarissen.” Reyme geeft aan dat samen met bestuurslid Serena Muntslag-Essed en anderen de uitspraak van het Chof zal worden bestudeerd om vast te stellen welke de volgende concrete stappen zullen zijn. 

Muntslag-Essed heeft enkele maanden geleden een verzoekschrift bij het CHof ingediend om te toetsen of de artikelen 9 en 24 van de Kiesregeling in strijd zijn met de Grondwet, het verdrag over Burger en Politieke Rechten, het Internationaal Verdrag over de Rechten van de Mens en het Amerikaans Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het College heeft de voornoemde artikelen vrijdag onverbindend verklaard.

Rechtvaardig systeem

NPS-voorzitter Gregory Rusland zegt, dat de partij kennis heeft genomen van de uitspraak en hij gaat ervanuit dat onder andere regering en parlement in goed overleg met delen van de gemeenschap gaan werken aan een rechtvaardig kiessysteem. “Daarbij zal rekening gehouden moeten worden met de verschillende gebieden, waarbij de vertegenwoordiging van alle groepen duidelijk moet zijn binnen een rechtvaardig systeem. De NPS gaat verder met haar activiteiten die thans plaatsvinden in dit kader,” stelt de partijleider.

Hesdy Pigot, hoofdbestuurslid van de NPS merkt op dat de partij over herziening van de Kiesregeling een duidelijk standpunt heeft en dat steeds publiekelijk heeft aangegeven en ook schriftelijk aan het CHof. Nu ligt het aan de regering en het parlement om de noodzakelijke maatregelen te treffen zodat invulling wordt gegeven aan de beslissing van het CHof. Van Dijk-Silos, vindt dat de aanpassing van de Kiesregeling niet van achter een bureau moet plaatsvinden. Alle betrokkenen, inclusief buitenparlementaire politieke partijen, moeten worden betrokken bij de wijziging. 

https://surinamenieuwscentrale.com/kiesregeling-snel-wijzigen

Presidentiële commissie voor analyse uitspraak Constitutioneel Hof

 
 

PARAMARIBO — De coalitietop is enkele maanden geleden al gestart met de discussie rondom herziening van het kiesstelsel en de daarbij behorende wet-en regelgeving. De uitspraak van het Constitutioneel Hof waarbij is bepaald dat de artikelen 9 tot 24 van de Kiesregeling in strijd zijn met nationale en internationale wetgeving, is nu ook op de agenda van de top en het team van deskundigen van de coalitiepartijen, meldt CDS.

Breed draagvlak 

Aan de hand van bekomen adviezen en inzichten zal het traject worden ingezet om in ieder geval te komen tot een situatie die de consequenties van de uitspraak van het Constitutioneel Hof op een verantwoorde wijze tot uiting brengt. Hierbij zal de basis steeds gevormd worden door breed maatschappelijk en sociaal draagvlak.

De president zal dan ook binnen afzienbare tijd een presidentiële commissie met participatie van de relevante maatschappelijke instituten en de overheid installeren. Het mandaat zal in eerste instantie zijn om de uitspraak van het Constitutioneel Hof te analyseren en een inventarisatie van de noodzakelijke activiteiten te maken en een actieplan ter zake te ontwikkelen, meldt CDS in een persbericht.

De president zal dan ook binnen afzienbare tijd een presidentiële commissie met participatie van de relevante maatschappelijke instituten en de overheid installeren

“Er zal specifiek aangaande dit onderwerp, een proces van hearings worden ingezet. Verder zal de discussie om te komen tot een aangepast kiesstelsel worden opgenomen als onderdeel van de rondes van dialoog die zijn gestart door de regering. Het kiesstelsel zal met prioriteit worden behandeld”, laat CDS weten. 

Constructieve manier

President Santokhi doet een beroep op de verschillende maatschappelijke groepen en organisaties om hun visie, opvattingen en voorstellen op een constructieve manier aan de regering te doen toekomen. De regering zal in de aanstaande regeringsraadvergadering diepgaand stilstaan bij deze toetsing en een cluster van ministers aanwijzen om de voorbereiding van vervolgactiviteiten zo spoedig mogelijk ter hand te nemen.

“De regering begrijpt het belang van deze toetsing en eveneens de consequenties in termen van toekomstige verkiezingen en zal alles in het werk stellen om tijdig de noodzakelijke acties te ondernemen om een vacuüm in het politiek-bestuurlijke proces te voorkomen”, aldus het persbericht.

https://dwtonline.com/presidentie%ef%bf%bcle-commissie-voor-analyse-uitspraak-constitutioneel-hof/

De regering begrijpt het belang van de toetsing van de Kiesregeling door het Constitutioneel Hof en eveneens de consequenties in termen van toekomstige verkiezingen en zal alles in het werk stellen om tijdig de noodzakelijke acties te ondernemen om een vacuüm in het politiek-bestuurlijke proces te voorkomen. Er zal specifiek aangaande dit onderwerp, een proces van hearings worden ingezet.

Verder zal de discussie om te komen tot een aangepast kiesstelsel worden opgenomen als onderdeel van de rondes van dialoog die zijn gestart door de regering. Het kiesstelsel zal met prioriteit worden behandeld.

President Chan Santokhi doet een beroep op de verschillende maatschappelijke groepen en organisaties om hun visie, opvattingen en voorstellen op een constructieve manier aan de regering te doen toekomen. De regering zal in de aanstaande regeringsraadsvergadering diepgaand stilstaan bij deze toetsing en een cluster van ministers aanwijzen om de voorbereiding van vervolgactiviteiten zo spoedig mogelijk ter hand te nemen.

Het Constitutioneel Hof heeft op 5 augustus, een belangrijke en historische toetsing gedaan van de kiesregeling in relatie tot fundamentele nationale, regionale en internationale wetgeving. Deze toetsing vond plaats op verzoek van advocaat Serena Muntslag-Essed, in de hoedanigheid op grond van artikel 12 lid 4 sub b van de wet Constitutioneel Hof.

Het verzoek aan het Hof was om artikel 9 tot 24 van de vigerende Kiesregeling te toetsen aan de artikelen 8, 33 en 61 van de grondwet, het Internationaal Verdrag inzake Burger en Politieke Rechten (BUPO), de artikelen 25 en 26 van het Amerikaans Verdrag voor de Rechten van de Mens (AVRM) en de artikelen 23 en 24 van de Universele verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM).

Het besluit van het Hof komt erop neer dat de artikelen 9 tot 24 van de Kiesregeling in strijd zijn met de artikelen 8 en 55 van de grondwet, 25 sub b en 26 IVBPR (Internationaal Verdrag Burger en Politieke Rechten) en artikel 1 jo. 23 jo. 24 AVRM (Amerikaans Verdrag voor de Rechten van de Mens), terwijl het Hof ten aanzien van de genoemde bepalingen van de Kiesregeling geen strijdigheid acht met de artikelen 61 van onze Grondwet en 25 sub a en c van BUPO.

De regering heeft goede nota genomen van deze toetsing en zal alles in het werk stellen, dat uitvoering middels aanpassing van bestaande wetgeving en eventueel de goedkeuring van nieuwe wetgeving tijdig wordt gerealiseerd. Het is de taak van elke regering om de noodzakelijke staatsrechtelijke en bestuurlijke besluiten en acties te initiëren met het doel bestaande systemen en processen te evalueren en te optimaliseren ter versterking van de democratie en rechtstaat in Suriname.

Van groot belang acht de regering ook dat de fundamentele vrijheden en rechten van de mens als een participerende individu in electorale processen gerespecteerd en verzekerd zijn. Bij het aantreden van de regering-Santokhi hebben alle coalitiepartijen zich gecommitteerd aan de versterking van democratie en bestuur. Tegen het licht van de toetsing door het Constitutioneel Hof is het de taak van de regering om het electoraal stelsel, met name de kiesregeling, aan een serieuze en breed maatschappelijk geleide en gedragen discussie te onderwerpen.

De hieruit voortvloeiende aanpassing zal conform de geldende procedures en handelingen gerealiseerd worden. Het is van belang hierbij niet alleen ter zake deskundigen te consulteren, maar ook de verschillende relevante entiteiten en instituten te horen en hun bijdrage op een betekenisvolle wijze te incorporeren in aan te passen wetgeving. Gezien de essentie van dit vraagstuk is een brede maatschappelijke discussie van essentieel belang.

President Santokhi zal binnen afzienbare tijd een presidentiële commissie met participatie van de relevante maatschappelijke instituten en de overheid installeren. Het mandaat zal in eerste instantie zijn om de uitspraak van het Constitutioneel Hof te analyseren en een inventarisatie van de noodzakelijke activiteiten te maken en een actieplan ter zake te ontwikkelen.

De coalitietop is enkele maanden geleden reeds gestart met de discussie rondom herziening van ons kiesstelsel en de daarbij behorende wet- en regelgeving. De uitspraak van het hof is nu ook op de agenda van de top en het team van deskundigen van de coalitiepartijen.

Aan de hand van bekomen adviezen en inzichten zal het traject worden ingezet om in ieder geval te komen tot een situatie die de consequenties van de uitspraak van het Constitutioneel Hof op een verantwoorde wijze tot uiting brengen. Hierbij zal de basis steeds gevormd worden door breed maatschappelijk en politiek draagvlak.

https://www.srherald.com/suriname/2022/08/07/het-kiesstelsel-zal-met-prioriteit-worden-behandeld/

Muntslag-Essed: Gehele Kiesregeling onder de loep nemen

 
07 Aug, 2022
foto
 De advocaat Serena Muntslag-Essed is succesvol gebleken met de rechtsvraag over Kiesregeling. 

 
Advocaat Serena Muntslag-Essed is zeer ingenomen met het standpunt van de regering. “Het is bijzonder positief te noemen dat de regering stelt prioriteit te geven aan de wijziging van het kiesstelsel. Dat de regering voornemens is om hearings te starten en deskundigen te consulteren is eveneens zeer positief. De regering toont een positieve houding over de uitspraak van het Constitutioneel Hof en kijk uit uit naar de aanvang richting de wijziging van het kiesstelsel”, zegt Muntslag-Essed om een reactie gevraagd aan Starnieuws.
 
Muntslag-Essed vindt dat niet alleen naar de zetelverdeling moet worden gekeken nu artikel 9 en 24 van onverbindend zijn verklaard, maar de gehele Kiesregeling dient onder de loep te worden genomen. Met het besluit van het Constitutioneel Hof (CHof) is de weg geopend om een kiesstelsel te hebben waarbij de democratie beter tot haar recht komt. De advocaat heeft het CHof gevraagd om de zetelverdeling in de Kiesregeling te toetsen aan de grondwet en internationale verdragen. De strijdigheid is vastgesteld waardoor deze artikelen buiten werking zijn gesteld.
 
Nu er geen bepalingen meer bestaan over de zetelverdeling, moet De Nationale Assemblee uiteindelijk beslissen over een nieuwe wettelijke regeling hierover. Muntslag-Essed zegt dat de volgende vraagstukken belangrijk zijn:
– Welk kiesstelsel is het best aanvaardbaar in Suriname? Moeten we het stelsel van evenredige vertegenwoordiging per district handhaven of moeten we een gemengd stelsel hebben met aspecten van het meerderheidsstelsel?
– Hoeveel zetels dienen er te zijn? Moet 51 worden gehandhaafd of moet dit aantal wijzigen?
– Moet het districtenstelsel worden gehandhaafd of dient er strikt one man one vote landelijk te worden ingevoerd?
– Dient de districtenindeling herzien te worden?
– Moeten districts- en ressortraadsleden worden gehandhaafd of gewijzigd?
– Moeten er additionele voorwaarden worden gekoppeld om gekozen te kunnen worden als Assembleelid, zoals een minimale middelbare scholing?

Voor bepaalde wijzigingen, zoals bijvoorbeeld wijziging van het evenredigheidsstelsel per district, is het vereist dat de grondwet eveneens gewijzigd dient te worden. Pas als er ook sprake is van een grondwetswijziging zal dus een ingrijpende wijziging van het kiesstelsel mogelijk zijn. Indien het parlement nog niet gereed is om over te gaan tot herziening van de grondwet, is het volgens de advocaat het meest voor de hand liggend dat op dit moment een zetelverdeling plaatsvindt dat een weerspiegeling is van de wil van het volk. Bijvoorbeeld als in Paramaribo en Wanica ongeveer 67% van het volk woonachtig is, dienen ook circa 67% van het aantal zetels aan deze districten te worden toebedeeld. Het aantal zetels dient te worden toebedeeld aan de districten mede op basis van de inwoners. Zo zal er dan sprake zijn van daadwerkelijke evenredigheid waarbij de soevereine wil van het volk tot uitdrukking wordt gebracht, want nu niet het geval is, zoals het CHof heeft geoordeeld.

Regering pakt toetsing kiesregeling met beide handen vast

 
06 Aug, 2022
foto

 
De regering heeft goede nota genomen van de toetsing van de kiesregeling in relatie tot fundamentele nationale, regionale en internationale wetgeving op 5 augustus door het Constitutioneel Hof (CHof). De regering zegt dat ze alles in het werk zal stellen dat uitvoering door aanpassing van bestaande wetgeving en eventueel de goedkeuring van nieuwe wetgeving tijdig is gerealiseerd.
 
In een verklaring zegt de regering dat het CHof een belangrijke en historische toetsing gedaan van de kiesregeling in relatie tot fundamentele nationale, regionale en internationale wetgeving. Deze toetsing vond plaats op verzoek van advocaat Serena Muntslag-Essed, in de hoedanigheid op grond van artikel 12 lid 4 sub b van de wet Constitutioneel Hof. Het verzoek aan het Hof was om artikel 9 tot 24 van de vigerende Kiesregeling te toetsen aan de artikelen 8, 33 en 61 van de Grondwet, het Internationaal Verdrag inzake Burger en Politieke Rechten (BUPO), de artikelen 25 en 26 van het Amerikaans Verdrag voor de Rechten van de Mens (AVRM) en de artikelen 23 en 24 van de Universele verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM).

Het besluit van het Hof komt erop neer dat de artikelen 9 tot 24 van de Kiesregeling in strijd zijn met de artikelen 8 en 55 van de Grondwet, 25 sub b en 26 IVBPR (Internationaal Verdrag Burger en Politieke Rechten) en artikel 1 jo. 23 jo. 24 AVRM (Amerikaans Verdrag voor de Rechten van de Mens), terwijl het Hof ten aanzien van de genoemde bepalingen van de Kiesregeling geen strijdigheid acht met de artikelen 61 van onze Grondwet en 25 sub a en c van BUPO.

De regering heeft goede nota genomen van deze toetsing en zal alles in het werk stellen dat uitvoering middels aanpassing van bestaande wetgeving en eventueel de goedkeuring van nieuwe wetgeving tijdig wordt gerealiseerd. Het is de taak van elke regering om de noodzakelijke staatsrechtelijke en bestuurlijke besluiten en acties te initiëren met het doel bestaande systemen en processen te evalueren en te optimaliseren ter versterking van de democratie en rechtstaat in Suriname. Van groot belang acht de regering ook dat de fundamentele vrijheden en rechten van de mens als een participerende individu in electorale processen gerespecteerd en verzekerd zijn.

Bij het aantreden van de regering Santokhi hebben alle coalitiepartijen zich gecommitteerd aan de versterking van democratie en bestuur. Tegen het licht van de toetsing door het Constitutioneel Hof is het de taak van de regering om het electoraal stelsel, met name de kiesregeling, aan een serieuze en breed maatschappelijk geleide en gedragen discussie te onderwerpen.

De hieruit voortvloeiende aanpassing zal conform de geldende procedures en handelingen gerealiseerd worden. Het is van belang hierbij niet alleen ter zake deskundigen te consulteren, maar ook de verschillende relevante entiteiten en instituten te horen en hun bijdrage op een betekenisvolle wijze te incorporeren in aan te passen wetgeving. Gezien de essentie van dit vraagstuk is een brede maatschappelijke discussie van essentieel belang.

De president van de Republiek Suriname, Chan Santokhi zal binnen afzienbare tijd een presidentiële commissie met participatie van de relevante maatschappelijke instituten en de overheid installeren. Het mandaat zal in eerste instantie zijn om de uitspraak van het Constitutioneel Hof te analyseren en een inventarisatie van de noodzakelijke activiteiten te maken en een actieplan ter zake te ontwikkelen.

De coalitietop is enkele maanden geleden reeds gestart met de discussie rondom herziening van ons kiesstelsel en de daarbij behorende wet en regelgeving. De uitspraak van het hof is nu ook op de agenda van de top en het team van deskundigen van de Coalitie partijen. Aan de hand van bekomen adviezen en inzichten zal het traject worden ingezet om in ieder geval te komen tot een situatie die de consequenties van de uitspraak van het Constitutioneel Hof op een verantwoorde wijze tot uiting brengt. Hierbij zal de basis steeds gevormd worden door breed maatschappelijk en politiek draagvlak.

Er zal specifiek aangaande dit onderwerp, een proces van hearings worden ingezet. Verder zal de discussie om te komen tot een aangepast kiesstelsel worden opgenomen als onderdeel van de rondes van dialoog die zijn gestart door de regering. Het kiesstelsel zal met prioriteit worden behandeld. President Santokhi doet een beroep op de verschillende maatschappelijke groepen en organisaties om hun visie, opvattingen en voorstellen op een constructieve manier aan de regering te doen toekomen. De regering zal in de aanstaande regeringsraadsvergadering diepgaand stilstaan bij deze toetsing en een cluster van ministers aanwijzen om de voorbereiding van vervolgactiviteiten zo spoedig mogelijk ter hand te nemen.

De regering begrijpt het belang van deze toetsing en eveneens de consequenties in termen van toekomstige verkiezingen en zal alles in het werk stellen om tijdig de noodzakelijke acties te ondernemen om een vacuüm in het politiek-bestuurlijke proces te voorkomen.

Is een onverbindendverklaring van Constitutioneel Hof noodzakelijk?

 
06 Aug, 2022
foto
 Carlo Jadnanansing 


 
Na de uitspraak (vrijdag 5 augustus 2022) is mij van verschillende zijden de vraag voorgelegd wat de consequenties zijn van de uitspraak van het Constitutioneel Hof (CHof) inzake de toetsing van de Kiesregeling aan de Grondwet (G.W.) en internationale verdragen. Ik wijs erop dat ik voorlopig mijn informatie slechts baseer op de mediaberichten, aangezien ik het oordeel nog niet zelf gelezen heb. Uit wetenschappelijk oogpunt is het niet juist commentaar te leveren op een uitspraak zonder deze gelezen te hebben.
 
Vanwege de actualiteit en de behoefte aan informatie maak ik een uitzondering op deze regel. Dit doe ik mede omdat ik van mening ben dat de hierboven gestelde vraag beantwoord is in het laatste nummer van het Surinaams Juristen Blad (SJB 2022 no. 1) in een artikel van de hand van Gerard Spong en Taco G. van der Zwaag die reageren op een artikel van Hugo Fernandes Mendes (HFM) in het SJB 2021 no. 3, die een analyse geeft van de eerste uitspraak van het CHof.
 
Volgens Spong c.s. heeft HFM ongegronde kritiek geleverd op het feit dat het CHof in zijn eerste uitspraak – na de voorgelegde wet in strijd te hebben geoordeeld met de G.W. en verdragen – deze zelf niet onverbindend heeft verklaard.
Volgens Spong c.s. erkent HFM dat de onverbindendheid van een wet na een dergelijk strijdigheidsoordeel van het CHof  rechtstreeks uit artikel 144 G.W. voortvloeit – er is sprake van onverbindendheid ipso jure oftewel onverbindendheid van rechtswege –, maar hij (HFM) meent dat ter vaststelling hiervan een juridische tussenstap is gemaakt in de wet, te weten dat het CHof declaratoir moet vaststellen dat de wet geacht wordt onverbindend te zijn. HFM zou van mening zijn dat de vereiste declaratoire onverbindendverklaring zou zijn voorgeschreven door artikel 28 van de Wet Constitutioneel Hof.
 
Spong c.s. betogen echter dat uit de wetstekst, de wetssystematiek en de wetsgeschiedenis, niet kan worden afgeleid dat het CHof verplicht is uitdrukkelijk te verklaren dat een wet – die het in strijd heeft geoordeeld met de G.W. of een verdrag – geacht wordt onverbindend te zijn. Zij komen tot de conclusie dat de kritiek van HFM ongegrond is.
 
Naar mijn (CJ) mening is er geen groot verschil tussen de opvattingen van HFM en Spong c.s., omdat HFM van oordeel is dat de onverbindendheid rechtstreeks uit de wet voortvloeit en hieruit moet worden afgeleid dat de declaratoire vaststelling ervan meer gezien moet worden als een verduidelijking. Dit, omdat het dan begrijpelijker is voor het publiek wat door het CHof bedoeld is.
 
Ik neem aan dat het thans een brandende vraag is wat nu de volgende stap zal zijn. Aangenomen mag worden dat de Kiesregeling, althans artikelen daarvan, niet meer kunnen worden toegepast. Indien nu verkiezingen zouden worden gehouden op basis van de geldende Kiesregeling, zouden die dus niet rechtsgeldig zijn. Aangenomen mag worden dat er nu werk aan de winkel is voor DNA om de Kiesregeling en eventueel andere door het CHof onverbindend verklaarde wetsproducten aan te passen, althans te wijzigen met inachtneming van de uitspraak van het CHof.
 
Geïnteresseerden wordt verwezen naar het artikel van Spong c.s. getiteld: Eist de wet een declaratoir onverbindendverklaring van het Constitutioneel Hof?, waarin de discussie tussen de hiervoor genoemde auteurs in extenso is besproken.
 
Carlo Jadnanansing

Van Dijk-Silos: Kiesregeling niet achter bureau aanpassen

 
06 Aug, 2022
foto
 Jennifer van Dijk-Silos 


 
De regering en De Nationale Assemblee hebben veel werk om de beslissing van het Constitutioneel Hof (CHof) zo snel mogelijk uit te voeren en artikel 9 juncto 24 van de Kiesregeling aan te passen. De zetelverdeling is onverbindend verklaard met de uitspraak van het CHof vrijdag. De jurist tevens ex-voorzitter van het Onafhankelijk Kiesbureau (OKB), Jennifer van Dijk-Silos, zegt aan Starnieuws dat deze kwestie niet achter een bureau moet worden aangepakt, maar dat alle betrokkenen, ook de buitenparlementaire politieke partijen, worden betrokken bij de aanpassing van de Kiesregeling. “De regering moet de beslissing van het CHof eerbiedigen en de rechtsstaat handhaven”.

Van Dijk-Silos wijst erop dat het districtenstelsel nog steeds gehandhaafd blijft, omdat de advocaat Serena Muntslag-Essed de toetsing heeft gevraagd van de zetelverdeling en niet gevraagd heeft om het districten evenredigheidsstelsel te toetsen aan de grondwet en de internationale verdragen. Er is dus nog geen sprake van one man one vote, one value, want de stemmen worden landelijk niet gelijkelijk gewogen in het districtenstelsel zoals in het landelijke evenredigheidsstelsel. Deze case is echter een belangrijke stap om de democratische beleving beter tot haar recht te laten komen.

De ex-OKB-voorzitter voert aan dat ruim tien jaar geleden al gewezen is dat de zetelverdeling, die 35 jaar geleden is vastgesteld, niet meer voldoet aan de realiteit. In verschillende landen zoals Engeland, Amerika en de Caribische regio wordt er bij elke verkiezing gewerkt met de migratiecijfers om de zetelverdeling per kiesdistrict aan te passen. Deze landen hebben een onafhankelijke commissie die de zetelverdeling voorafgaand aan elke verkiezing vaststelt.

Nu het besluit genomen is en artikel 9 van de Kiesregeling onverbindend is omdat dit strijdig is met artikel 8 en 55 van de grondwet en internationale verdragen, moeten met spoed stappen worden ondernomen. Van Dijk-Silos hoopt niet dat politieke partijen in De Nationale Assemblee een politieke circus en kermis van maken. Het vonnis moet normaal en goed worden uitgevoerd, benadrukt de jurist. Dat is belangrijk in een rechtsstaat.

Breaking: Huidige zetelverdeling districten is van de baan

 

05 Aug, 2022

foto

 

Advocaat Serena Muntslag-Essed is ingenomen met het besluit van het Constitutioneel Hof (CHof) over de Kiesregeling. Op belangrijke punten moet de Kiesregeling worden aangepast. Zo is er op basis van het oordeel van het CHof geen zetelverdeling meer omdat deze in strijd is met de grondwet en internationale verdragen. Diverse belangrijke artikelen van de Kiesregeling zijn vanaf nu buiten werking, benadrukt Essed in gesprek met Starnieuws.

 
Het is op basis van de toetsing door het CHof duidelijk naar voren gekomen dat de Kiesregeling niet de soevereine wil van het volk tot uiting brengt, zoals verankerd in artikel 55 van de grondwet. De stemmen van de kiezers zijn niet gelijk. In de grondwet, artikel 8, is aangegeven dat er geen discriminatie mag zijn. Er is geen sprake van ‘one person one vote’.
 
Een van de oordelen van het CHof.
 
Essed voert aan dat nu de bal op de speelhelft van de wetgever ligt. Het is aan De Nationale Assemblee om te bepalen of de gehele Kiesregeling wordt aangepast of de artikelen die in strijd zijn met de grondwet en internationale verdragen. “Al meer dan 30 jaar wordt door politici beloofd dat de Kiesregeling zou worden aangepast. Dat is niet gebeurd. Er was duidelijk behoefte aan het stellen van de rechtsvraag aan het Hof”, merkt de advocaat op die succesvol het verzoek heeft gedaan voor toetsing.

CHof: Kiesregeling in strijd met ‘one person one vote’

 
05 Aug, 2022
foto
 De verkiezingsjaren zijn in beeld gebracht op basis van gegevens van het Centraal Bureau voor Burgerzaken. De bevolking is gegroeid maar de zetelverdeling is 35 jaar hetzelfde gebleven. 


 
Het Constitutioneel Hof (CHof) is van oordeel dat de Kiesregeling in strijd is met het gelijkheidsbeginsel en het discriminatieverbod van artikel 8 van de Grondwet. De Kiesregeling brengt niet tot uitdrukking ‘one person one vote’. De Kiesregeling is in strijd met diverse artikelen van de grondwet en internationale verdragen waar Suriname partij bij is. Dit besluit is zojuist kenbaar gemaakt door voorzitter Gloria Stirling tijdens een openbare zitting.
 
De ene kiezer moet gelijk zijn aan de ander. Het is belangrijk dat de vaststelling van de kiesgrenzen en de zetelverdeling niet scheef getrokken dienen te worden. Geen enkele groep mag gediscrimineerd worden en het recht van de burgers om hun vertegenwoordigers te kiezen niet uitsluit of op ongerechtvaardigde wijze beperkt. De districtenindeling behoeft nadere evaluatie vindt het CHof.
 
 
De advocaat Serena Muntslag-Essed had het CHof gevraagd om de Kiesregeling te toetsen aan de grondwet en diverse verdragen. Bij de toetsing zijn diverse deskundigen, de president van Suriname en politieke partijen gehoord. Dit was nodig om een breed maatschappelijk draagvlak te hebben voor het besluit, legde Stirling uit.
 
De uitkomst van de verkiezingen beantwoordt niet meer aan de maatschappelijke realiteit. Als gevolg hiervan wordt de zetelverdeling als discriminatoir ervaren. 

Wijziging kiesstelsel mag geen nadelen hebben voor decentralisatiegedachte

 
 
De roep om wijziging van het kiesstelsel wordt steeds luider. Ondanks dit al jaren wordt geroepen, hebben achtereenvolgende regeringen dit nagelaten. Het product is een coalitie met partijen die tegen elkaar strijden. Ook de uitsluiting van combinatievorming maakte de roep om wijziging groter; vooral onder buitenparlementaire politieke organisaties. Hierover ligt er een verzoek bij het Constitutioneel Hof ter toetsing van het stelsel.

Constitutioneel Hof behandelt verzoekschrift Kiesstelsel

 
09 Apr, 2022
foto
   


 
Het Constitutioneel Hof heeft het verzoekschrift over het onverbindend verklaren van de Kiesregeling van advocaat Serena Muntslag-Essed, in behandeling genomen. Conform de wet is het hof begonnen met de hearings om een goed inzicht te krijgen in de materie. Starnieuws verneemt dat verschillende deskundigen hun visie reeds hebben gegeven.
 
In eerste instantie was niet aan alle formaliteiten voldaan. Deze omissie is intussen gecorrigeerd en het verzoek is in behandeling. Ook politieke partijen zullen hun zegje mogen doen, hoewel het om een juridisch vraagstuk gaat. De politieke partijen hebben reeds uitnodigingen ontvangen om hun visie te geven.
 
“Het kiesstelsel moet veranderen!”, is een uitspraak die de afgelopen decennia zo vaak is gedaan, dat het vergeleken kan worden met een lied dat is vastgeroest op repeat, zei Muntslag-Essed toen zij het verzoekschrift indiende. De reden waarom er volgens haar zo een grote roep is naar de wijziging van het kiesstelsel, is omdat de resultaten van elke verkiezing na 1987 het evident maken dat het kiesstelsel onrechtvaardig is.
 
Het hof zal nadat de verschillende personen en instanties gehoord zijn, deze kwestie juridisch beoordelen en beraadslagen. Volgens de wet heeft het hof drie maanden de tijd om een beslissing te nemen. Indien het om ingewikkelde juridische vraagstukken gaat, kan de termijn langer duren.

Zetelverschuivingen in 2025 onvermijdelijk

By Lokaal/Trending Posts/08-04-2022 03:40 PM

Politiek-analist Hardeo Ramadhin

De wijziging van het Kiesstelsel is een veelbesproken onderwerp, waar achtereenvolgende regeringen hun handen niet aan hebben willen branden. Toch is het volgens politiek-analist Hardeo Ramadhin niet onwaarschijnlijk dat een wijziging plaatsvindt. Serena Muntslag-Essed heeft onlangs een verzoekschrift bij het Constitutioneel Hof ingediend om het kiesstelsel in strijd met de Grondwet te verklaren. Ramadhin is door het Hof gevraagd om een analyse te maken over dit onderwerp. De uitkomst van deze analyse, bespreekt hij nog niet, maar zegt wel dat er ‘gekeken’ kan worden naar het kiesstelsel.

Ramadhin erkent echter wel dat een wijziging van het Kiesstelsel een grote verschuiving in de zetelverdeling met zich zal meebrengen. Hij verwijst naar politieke organisaties die bij de laatste verkiezingen een zetel behaald zouden hebben, indien er een landelijk evenredigheidstelsel was van ‘one man, one vote’. Vooral de ‘nieuwe/kleine’ partijen zoals A20 en HVB, hadden bij landelijke evenredigheid een zetel behaald.

Maar ook als het Kiesstelsel niet gewijzigd wordt, zullen er verschuivingen plaatsvinden. ‘Dat heb ik geleerd uit mijn ervaringen door de jaren heen’, zegt Ramadhin. De partijen die slechts enkele honderden stemmen hebben behaald, hoeven niet te verwachten dat zij met duizenden stemmen vooruit zullen gaan. In die gevallen kan een groei tot maximaal 50% verwacht worden.

Ramadhin verwijst naar Nederland die vanaf 1917 een landelijk evenredigheidstelsel heeft ingevoerd. Alle stemmen in heel Nederland zijn hetzelfde waard. Hij zegt daarom dat de politiek nooit statisch is en men daarom niet ervan uit moet gaan dat zetels behouden zullen worden in vergelijking tot een verkiezing daarvoor. De politiek zou mee moeten gaan met de wereldontwikkeling. Het is 35 jaar geleden sinds de laatste wijziging, maar dergelijke wijzigingen zijn er wel degelijk geweest in de Surinaamse geschiedenis. Het is dus niet onwaarschijnlijk.

https://sun.sr/Details/16923_djrzIoOQMDfYjQ2AbFbFbUZ18RmKpivd6KzawZpYzaFaFaA8NBmeYUsf0aSaaX1PRWXtABfG_0301746hardeoR.jpg

PRO: Reactie regering en DNA over kiesstelsel blijft uit

 

09 Mar, 2022

foto

 

Op 2 november 2021 heeft de Partij voor Recht en Ontwikkeling (PRO) De Nationale Assemblée (DNA) en de regering schriftelijk en onderbouwd met argumenten, de aanbeveling gedaan om het kiesstelsel van ons land bij wet te wijzigen op weg naar de eerstvolgende verkiezingen. Aan hen is daarbij het verzoek gedaan het hoofdbestuur van de PRO binnen uiterlijk drie maanden te informeren of zij de aanbevelingen zouden overnemen teneinde samen aan de voorgestelde wijziging te gaan werken. Inmiddels zijn de drie maanden verstreken zonder dat van de zijde van DNA en de regering ook maar enige reactie is gekomen. De PRO betreurt deze opstelling van DNA en de regering, doch zal zich niet zo gemakkelijk gewonnen geven, gelet op het belang dat met deze wijziging beoogd wordt.
 

In het schrijven is uiteengezet dat verschillende staatsrechtgeleerden en andere deskundigen die bekend zijn met het Surinaamse kiesstelsel en de werking ervan, de afgelopen jaren met regelmaat hebben gepleit voor een wijziging ervan, die ook de PRO voorstaat. De PRO is voorstander van een stelsel van landelijke evenredigheid (one man one vote).

De PRO maakt zich vanaf haar oprichting hard voor een rechtvaardig en democratisch kiesstelsel voor ons land. Een kiesstelsel waarbij de stem van elke Surinamer even zwaar telt. Een stelsel waarbij de kansen van verkiesbaarheid voor elke Surinamer, ongeacht zijn woonplaats in Suriname, gelijk zijn. Een stelsel dat erop gericht is om ontwikkeling te brengen voor elke Surinamer, dus een rechtvaardig en eerlijk kiesstelsel. Een stelsel dat de democratische aspiraties van het Surinaamse volk werkelijk tot uiting brengt en de Surinaamse democratie zal verheffen tot een waarachtige democratie, zoals bedoeld in onze Grondwet.
 

Ons huidig kiesstelsel heeft een ondemocratische uitwerking, namelijk één waarbij een minderheid komt te regeren over een meerderheid. De grote districten van ons land (Paramaribo en Wanica) zijn goed voor 27 zetels, terwijl de overige minder bevolkte 8 districten goed zijn voor 24 zetels. Deze 8 districten vertegenwoordigden bij de laatste verkiezing 122.226 kiesgerechtigden. Paramaribo en Wanica telden daarentegen 261.368 kiesgerechtigden. Dit is vreemd aan een democratie. In een democratie regeert de meerderheid over de minderheid en niet andersom. Ons kiesstelsel is dus in strijd met onze eigen grondwet en ook met de mensenrechtenverdragen waar Suriname partij bij is. De PRO zal zich daarom buigen over andere mogelijkheden om de gewenste wijziging van ons kiesstelsel te bewerkstelligen in het belang van ons land, ons volk en elke burger.

Reactie op onverbindend verklaren Kiesregeling

 

01 Mar, 2022

foto

 

Advocaat Serena Muntslag-Essed heeft een verzoekschrift ingediend bij het Constitutioneel Hof om de Kiesregeling onverbindend te verklaren. Intussen heeft het hof bevolen dat het verzoekschrift aangepast dient te worden, zodat het kan voldoen aan de wettelijke vereisten voor behandeling.

Jammer dat geen enkele jurist vanuit een andere invalshoek een reactie op deze actie van Serena Muntslag-Essed heeft gegeven. Ik heb wel enkele vragen die de juristen dienen te beantwoorden. Wat zijn de gevolgen voor het onverbindend verklaren van de huidige Kiesregeling voor DNA, volksvertegenwoordigers en regeringen vanaf 1987 tot heden? Is DNA bij een mogelijk onverbindend verklaren van de Kiesregeling verplicht om een andere Kiesregeling aan te nemen? Wat zal er dan gebeuren als de eventueel gewijzigde Kiesregeling wordt weggestemd in DNA? Bij welke verkiezingen zal een eventuele nieuwe Kiesregeling in werking moeten treden?

Het niet doordenken van eventuele gevolgen kan leiden tot lastige politiek-bestuurlijke situaties in het land, want voor mij is het duidelijk dat politici zich laten leiden door politieke machtsdrang. Wat politici vergeten is dat voor wijziging een twee derde meerderheid in DNA is vereist. De ABOP, BEP & NDP (samen 27 zetels), zijn juist de partijen die in 2020 voordeel hebben gehad aan het huidige kiesstelsel. Wanneer deze partijen een eventuele wijziging zullen wegstemmen, zal het mij niet verwonderen dat ze voor het gerecht zullen worden gesleept door politiek machtsdronken juristen, vanwege hun stemgedrag. Ik heb de afgelopen jaren geleerd en ervaren dat door machtsdrang politici de realiteit uit het oog verliezen. Voorbeelden hiervan zijn de politici van PING, VVD en SDU die zich winnaars waanden, terwijl de wetenschappelijke peilingen ander uitwezen.

Bepaalde zogenaamde nationalistische politici streven naar gelijk gewicht voor elke stem landelijk, maar waar is hun streven naar evenredige duurzame landelijke ontwikkeling? Laten ze van de regering eisen dat ze meer dan de helft van de begroting besteden aan de achtergestelde districten, want in alle landen waar elke stem hetzelfde gewicht heeft, is er op ontwikkelingsgebied ook geen verschil. In Suriname is het anders, want de machtshebbers hadden alleen oog voor de ontwikkeling in de stedelijke gebieden en zijn niet begaan met het lot van de ontwikkelingsachtergestelden.
 
Nu is het overduidelijk dat zonder verkiezingsoverwinning in Marowijne, Brokopondo, Sipaliwini en Coronie, een politieke partij regeermacht óf een machtige positie binnen de coalitie, mag vergeten. Vraag het maar aan de NPS, want vermoedelijk waren ze onbekend met het verhaal van “De Gans en het Gouden Ei” (production – production capability; PPC-balance). Robert Nesta ‘Bob’ Marley heeft gezegd dat You can fool people once a time, but you can’t fool people all the time. Daarom vind ik het persoonlijk ook hypocriet dat ook de NPS meezingt in het koor dat de huidige Kiesregeling oneerlijk is, maar toen het in het verleden in hun voordeel werkte, zij het nooit hebben bekritiseerd! Het doet hun zeker pijn dat afstammelingen van hun stemvee nu veel politiek machtigere posities bekleden dan hen in zowel DNA als de regering, waardoor ze binnen de huidige regering niet gerekend kunnen worden tot een mammoetpartij. Ze moeten genoegen nemen met de kruimels die ze krijgen.

Het nationale ontwikkelingsbeleid is voor het overgrote deel altijd geconcentreerd rondom Paramaribo en Wanica, waardoor vooral de districten Sipaliwini, Brokopondo, Marowijne en Coronie het moeten ontgelden. Alleen het laatste regeringsjaar krijgen deze districten aandacht, omdat de stedelingen hun stemvee nodig hebben voor behoud/uitbreiding/herwinnen van hun politieke macht. Hierdoor is het dagelijkse leven in deze districten zeer zwaar. In Sipaliwini kost een 28 lbs gasbom SRD 400, een puntbrood SRD 10 en een zak consumptierijst van 25 kg SRD 1000. Mensen ontvluchten daarom deze districten om zich het meest te vestigen in Paramaribo en Wanica, waardoor het aantal inwoners steeds toeneemt. Het is overduidelijk een gevolg van het verwerpelijke politiek beleid de afgelopen decennia naar de verre districten en jarenlange miskenning van bepaalde etnische groepen als volwaardige landgenoten. Het uitgeven van woon- en leefgebieden van Tribalen en Inheemsen in concessies aan stedelingen, is het ultieme miskenningsbewijs.

Momenteel zien wij een duidelijke verandering van het ontwikkelingsbeleid richting het binnenland vanwege o.a. het feit dat de huidige vicepresident en DNA-voorzitter daar afkomstig zijn. Ze maken zich sterk om de jarenlange ontwikkelingsachterstanden weg te werken, waarbij ze bepaalde zaken zelf met hun persoonlijke middelen realiseren. Dit maakt dat de lokale mensen zijn gaan realiseren dat alleen jouw eigen mensen instaat zijn te zorgen voor duurzame ontwikkeling, waardoor stedelijke politieke partijen zo goed als zeker geen voet aan de grond kunnen krijgen.
Het streven van diverse politici naar een gewijzigde Kiesregeling is voor mij in de huidige DNA-constellatie een wishful thinking!

R. Ravenberg, Ph.D
rub_rav@yahoo.com

Verzoekschrift Kiesregeling voldoet niet aan vereisten

 
26 Feb, 2022
foto
 Gloria Stirling, voorzitter van het Constitutioneel Hof 


 
Het verzoekschrift over het onverbindend verklaren van de Kiesregeling dat de jurist Serena Muntslag-Essed heeft ingediend bij het Constitutioneel Hof voldoet niet aan de vereisten. Het verzoekschrift is eerst formeel getoetst aan artikel 15 van de Wet Constitutioneel Hof. Het instituut is bijeengekomen om het verzoekschrift te toetsen aan de grondwet en internationale verdragen, antwoordt voorzitter Gloria Stirling op vragen van Starnieuws.

“Gebleken is dat het verzoekschrift formeel niet voldoet  aan de vereisten  opgenomen in vermeld artikel ,” legt Stirling uit. De wet schrijft voor dat het verzoekschrift binnen een week na ontvangst moet worden teruggestuurd naar de indiener(s). Dit heeft het Hof ook besloten zodat de formele wijzigingen door de verzoekster kunnen worden aangebracht. Stirling zegt dat dit besluit zowel schriftelijk als in een persoonlijk onderhoud aan verzoekster is medegedeeld.

Er is afgesproken dat het aangepaste en gewijzigde verzoekschrift de komende week opnieuw zal worden ingediend bij het Hof. Dan zal weer worden nagaan of de  wettelijke formaliteiten in acht zijn genomen, alvorens het Hof tot de inhoudelijke behandeling van het verzoekschrift  kan overgaan.
 
Indien aan de formaliteiten zijn voldaan, zal het Hof conform artikel 20 van de Wet Constitutioneel Hof een aanvang maken  met het horen van diverse deskundigen op het gebied van de Kiesregeling en het Kiesbesluit. Het Hof wil zo breed mogelijk geïnformeerd zijn over deze materie.

Serena Essed wil wijziging Kiesstelsel vanwege onrechtvaardigheid in Kiesregeling – ABC Online nieuw

Muntslag-Essed wil onverbindend verklaren Kiesregeling

 | starnieuws | Door: Redactie

Serena Muntslag-Essed bij het Constitutioneel Hof vandaag een verzoekschrift ingediend voor onverbindend verklaren van de Kiesregeling.

De jurist Serena Muntslag-Essed heeft vandaag een verzoekschrift ingediend bij het Constitutioneel Hof. Zij vraagt om de Kiesregeling onverbindend te verklaren. “Het kiesstelsel moet veranderen!”, is een uitspraak die de afgelopen decennia zo vaak is gedaan, dat het vergeleken kan worden met een lied dat is vastgeroest op repeat, zegt Muntslag-Essed. De reden waarom er volgens haar zo een grote roep is naar de wijziging van het kiesstelsel, is omdat de resultaten van elke verkiezing na 1987 het evident maken dat het kiesstelsel onrechtvaardig is.
Zo waren bijvoorbeeld tijdens de verkiezing van 2020 in Coronie 1.051 stemmen nodig voor 1 zetel, terwijl voor diezelfde ene zetel in Wanica 13.233 stemmen vereist waren. Een stem in Coronie heeft dus bijkans 12 maal meer electoraal gewicht in vergelijking met een stem in Wanica. Het behoeft dan ook geen betoog dat het kiesstelsel leidt tot ongelijkheid. Fundamentele democratische rechten van een meerderheid van de kiezers zijn in het geding! Hoewel in De Nationale Assemblee overeenstemming over dat het kiesstelsel dringend herzien moet worden en diverse politieke partijen vanaf 1992 het voornemen hebben geuit om het te wijzigen, is het louter vanwege politieke agenda’s tot op heden niet veranderd.  

De hoofdoorzaak van de onrechtmatigheid van het kiesstelsel is de wijze van zetelverdeling, zoals neergelegd in artikel 8 jo 9 jo 24 jo 131 Kiesregeling. Muntslag-Essed heeft daarom vandaag het verzoekschrift ingediend bij het Constitutioneel Hof, met als doel dat het Hof de volgende rechtsvraag beantwoordt, namelijk: “Is de Kiesregeling, met name artikel 8 jo 9 jo 24 jo 131, in strijd met de Grondwet en verdragen?”

In het verzoekschrift komt Muntslag-Essed tot de conclusie dat deze rechtsvraag bevestigend moet worden beantwoord en komt aan de orde:
a. De werking van kiesstelsels in het algemeen.
b. Het Kiesstelsel van Suriname.
c. Voorbeelden van verkiezingsresultaten.
d. De rechtsgevolgen van de Kiesregeling.
e. Toetsing van de Kiesregeling aan de Grondwet en verdragen.

Het kiesstelsel van Suriname
Het kiesstelsel wordt beheerst door regelgeving op internationaal niveau, te weten het Amerikaans Verdrag voor de Rechter van de Mens (AVRM), het internationaal Verdrag inzake Burger en Politieke Rechten (BUPO), de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens (UVRM). Op nationaal niveau zijn de grondwet en de Kiesregeling van toepassing.

De grondwet bepaalt in artikel 55 dat de DNA het volk vertegenwoordigt en de soevereine wil van de natie tot uitdrukking brengt. Krachtens artikel 61 grondwet is in Suriname het stelsel van evenredige vertegenwoordiging van kracht, wat betekend dat op een zo evenredig mogelijke wijze de wil van het volk moet worden vertaald naar parlementaire zetels. Voorts is in artikel 8 Grondwet het discriminatie verbod verankerd.

Kortom dient het kiesstelsel conform de grondwet aan twee elementaire zaken te voldoen:
a. Gelijkheid (artikel 8 grondwet).
b. Het stelsel van evenredige vertegenwoordiging (artikel 55 jo 61 Grondwet).

De wijze waarop het kiesrecht wordt uitgeoefend, is nader geregeld in de Kiesregeling, waarin de zetelverdeling is bepaald ingevolge artikel 8 jo 9 jo 24 lid 1 jo 131. Echter blijkt uit de verkiezingsresultaten de ernstige onrechtvaardigheid van de Kiesregeling. Zo heeft bv. de NPS in 2020 in Paramaribo met 32.394 stemmen 3 zetels verkregen, terwijl ABOB, met veel minder stemmen ad 24.956, is beloond met veel meer zetels, namelijk 8.

Rechtsgevolgen van het kiesstelsel
De Kiesregeling leidt door de onrechtvaardig tot o.a. discriminatie; bevordering van (ongeoorloofde) etnische politiekvoering; gedwongen samenwerkingen; afbreuk van de functionaliteit van regeringsvorming.

Door de wijze waarop de zetelverdeling plaatsvindt zijn partijen altijd gedwongen om samenwerkingen aan te gaan. Op het moment dat meerdere partijen bepalen c.q. beïnvloeden welke koers het land moet opvaren, wordt de regering steeds minder functioneel, daar rekening moet worden gehouden met verschillende politieke agenda’s en er als gevolg hiervan geen eenduidig beleid is. Het spreekwoord “er zijn geen twee kapiteins op een schip”, wordt hierdoor geweld aangedaan, aangezien dankzij de onrechtmatigheid van de Kiesregeling er vele kapiteins zijn die het schip van Suriname besturen.  Geen wonder dat het land de afgelopen decennia schipbreuk heeft geleden.

Waar artikel 61 grondwet voor ogen heeft dat op basis van evenredigheid de meerderheid van het volk de DNA vormt, leidt de Kiesregeling juist tot het tegenovergestelde. Immers is het de minderheid die de meerderheid vertegenwoordigd in DNA. De omgekeerde wereld dus! Dit is een ernstige schending van artikel 61 grondwet. Hierdoor is er absoluut geen sprake van een soevereine uitdrukking van de wil van het volk zoals artikel 55 Grondwet dat voorschrijft.

Het is dus evident dat de Kiesregeling in strijd is met de grondwet en verdragen en dient het daarom onverbindend te worden verklaard door het Constitutioneel Hof.

Het verzoekschrift kunt u hier downloaden.

https://surinamenieuwscentrale.com/muntslag-essed-wil-onverbindend-verklaren-kiesregeling

Het Constitutioneel Hof Verzoek ex artikel 12 Wet Constitutioneel Hof Onverbindend verklaren Kiesregeling

Geeft eerbiedig te kennen: SERENA NIKITA MUNTSLAG-ESSED, verzoekster, wonende aan Pommerosestraat no. 9A te Paramaribo, advocaat bij het Hof van Justitie, ten kantore van Rule Of Law Advocaten, gevestigd aan de Hoekstrastraat no. 34 te Paramaribo.

Verzoekster wenst onderhavige vordering in te stellen:

Inleiding

1. “Het kiesstelsel moet veranderen!”, is een uitspraak die de afgelopen decennia zo vaak is gedaan, dat het vergeleken kan worden met een lied dat is vastgeroest op repeat. De reden waarom er zo een grote roep is naar de wijziging van het kiesstelsel, is omdat de resultaten van elke verkiezing na 1987 het evident maken dat het kiesstelsel serieuze vragen oproept over grondwettelijke uitgangspunten en daarenboven onrechtvaardig is. Zo waren bijvoorbeeld tijdens de laatste verkiezing van 2020 in Coronie 1.051 stemmen nodig voor 1 zeten, terwijl voor diezelfde ene zetel in Wanica 13.233 stemmen vereist waren. Een stem in Coronie heeft dus bijkans 12 maal zoveel meer electoraal gewicht in vergelijking met een stem in Wanica. Het behoeft dan ook geen betoog dat het kiesstelsel leidt tot ongelijkheid. Fundamentele democratische rechten van een meerderheid van de kiezers zijn in het geding! 2

2. De structurele ongelijke en onrechtvaardige uitkomst van het kiesstelsel wordt niet betwist. Immers is het een feit van algemene bekendheid dat de samenstelling van elke regering en De Nationale Assemblée (DNA) sinds 1987 er anders uit zou hebben gezien als bijvoorbeeld het beginsel van “one man one vote” werd gehanteerd. Verschillende regeringen hebben om die reden sinds 1992 het voornemen geuit om juist hierom zowel de Grondwet als het kiesstelsel te wijzigen. Ook hebben verschillende politieke partijen deze wens in hun programma opgenomen. Zelfs in rapporten van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) is aangegeven dat de verkiezingen niet leiden tot een evenredige uitkomst. Op deze rapporten wordt in paragraaf e nader ingegaan. Er zijn in de loop der jaren verschillende commissies ingesteld die tot doel hadden om het kiesstelsel te wijzigen. Echter is het om louter politieke overwegingen c.q. politieke agenda’s tot dusver niet tot een wijziging van het kiesstelsel gekomen. Onbetwist is evenwel dat de handhaving van het kiesstelsel niet leidt tot verkiezingsresultaten die zoals grondwettelijk geregeld een uitdrukking is van de volkswil.

3. De hoofdoorzaak van de onrechtmatigheid van ons kiesstelsel is de wijze van zetelverdeling, zoals neergelegd in artikel 8 jo 9 jo 24 jo 131 Kiesregeling. Gelet op de ongeoorloofde en ongelijke resultaten van verkiezingen is het de vraag of de Kiesregeling wel voldoet aan de grondwettelijke- en verdragsrechtelijke eisen die gesteld worden aan een kiesstelsel.

4. De rechtsvraag die derhalve in onderhavige zaak dient te worden beantwoord, is: “Is de Kiesregeling, met name artikel 8 jo 9 jo 24 jo 131, in strijd met de Grondwet en verdragen?”

5. Ingevolge artikel 12 lid 1 Wet Constitutioneel Hof is het Constitutioneel Hof (het Hof) bevoegd om wetten of gedeelten daarvan te toetsen aan de Grondwet en (ieder verbindende) verdragsbepalingen. Indien het Hof tot de slotsom komt dat er inderdaad sprake is van strijdigheid tussen een wet en de 3 Grondwet en/of verdragen, dient het Hof ingevolge artikel 28 Wet Constitutioneel Hof, die wet onverbindend te achten. Het Hof is derhalve bevoegd om de rechtsvraag te beantwoorden.

6. Verzoekster is ingevolge artikel 12 lid 4 sub d Wet Constitutioneel Hof, in de hoedanigheid van advocaat bij het Hof van Justitie eveneens bevoegd om onderhavig verzoek aan uw Hof voor te leggen.

7. In het onderstaande zal verzoekster aantonen dat er inderdaad sprake is van strijdigheid tussen de Kiesregeling en de Grondwet en verdragen. Ter onderbouwing hiervan zullen de volgende onderwerpen aan de orde komen, nl.:

a. De werking van kiesstelsels in het algemeen.

b. Het Kiesstelsel van Suriname.

c. Voorbeelden van verkiezingsresultaten.

d. De rechtsgevolgen van de Kiesregeling.

e. Toetsing van de Kiesregeling aan de Grondwet en verdragen.

Ad a. De werking van kiesstelsel in het algemeen

8. Een kiesstelsel is het geheel aan regelgeving wat ertoe moet leiden dat er een vertaalslag plaatsvindt van de wil van het volk naar parlementaire zetels, zodat er sprake is van een volksvertegenwoordiging. Degenen die op basis van het kiesstelsel gekozen worden zullen of de regering vormen of plaatsnemen in de oppositiebanken in ons hoogste orgaan van Staat.

9. De functionaliteit van het kiesstelsel zal het best tot uiting komen indien op basis van het resultaat van de wil van het volk op een efficiënte wijze een parlementaire meerderheid kan worden gevormd. Daarnaast dient een rechtvaardig kiesstelsel vernieuwingsbewegingen niet uit te sluiten of onmogelijk te maken, maar moet de reële mogelijkheid tot zetelwerving voor hen bestaan. Tot slot moet een rechtvaardig en functioneel kiesstelsel rekening houden met de karakteristieken van de bevolking en met name de politieke partij vorming. 4

10. Om te kunnen beslissen over de rechtvaardigheid van ons kiesstelsel, dan wel strijdigheid daarvan met de Grondwet en verdragen, is het van belang om eerst een goed begrip te hebben over de werking van kiesstelsels in algemene zin. Vandaar dat in onderhavige paragraaf zulks kort zal worden uiteengezet.

11. Kiesstelsels kunnen wereldwijd in 3 hoofdcategorieën worden verdeeld, te weten: a. Meerderheidsstelsels; b. Stelsels van evenredige vertegenwoordiging; c. Gemengde stelsels.

12. Het belangrijkste verschil tussen het meerderheids- en evenredigheidsstelsel is de doelstelling die zij nastreven. Stelsels van evenredige vertegenwoordiging zijn erop gericht om op een zo evenredig mogelijke wijze de wil van het volk te vertalen naar parlementaire zetels. Daarentegen is het doel dat een meerderheidsstelsel najaagt, dat de meerderheid van het aantal behaalde stemmen de volksvertegenwoordiging vormt. Hierdoor kan een stabiele regering worden gevormd. Immers is er in dit stelsel geen noodzaak tot allerhande samenwerkingen, omdat de partij met de meerderheid aan stemmen ook de meerderheid aan zetels verkrijgt om zodoende de regering te vormen.

Meerderheidsstelsels

13. Bij meerderheidsstelsel wordt het principe van “alles of niets” gehanteerd. In dit stelsel zal over het algemeen de kandidaat of politieke partij die de meerderheid van de stemmen heeft behaald, de zetels in dat gebied ook toebedeeld krijgen. Er zijn over het algemeen twee manieren waarop aan dit begrip van meerderheid invulling wordt geven, namelijk: – Het relatief meerderheidsstelsel; – Het absoluut meerderheidsstelsel.

14. Bij het absoluut meerderheidsstelsel moet de kandidaat of politieke partij meer dan de helft van het aantal stemmen hebben behaald, om de zetels in de  wacht te kunnen slepen. Daarentegen moet bij het relatief meerderheidsstelsel letterlijk een relatieve meerderheid worden behaald en is dit reeds voldoende om de zetels te verkrijgen. De kandidaat met de meeste stemmen komt in dit stelsel dus als winnaar uit de bus. Bekeken vanuit de bevolkingsomvang in de wereld is het relatief meerderheidsstel het populairs en wordt het bijvoorbeeld in India en Engeland gehanteerd.1

Stelsels van evenredige vertegenwoordiging

15. In tegenstelling tot het meerderheidsstelsel, worden in het stelsel van evenredige vertegenwoordiging de zetels niet toebedeeld aan een winnaar, maar worden ze evenredig verdeeld op basis van het aantal verkregen stemmen. Het stelsel van evenredige vertegenwoordiging heeft voor ogen om een zo juist mogelijke weerspiegeling te geven van de wil van het volk naar parlementaire zetels. Dit stelsel wordt met name gehanteerd in Europese, Afrikaanse en Latijns-Amerikaanse landen.

Gemengde stelsels

16. De terminologie van gemengde stelsels, spreekt voor zich, daar het een combinatie is van het (relatieve) meerderheidsstelsel en het stelsel van evenredige vertegenwoordiging. In Duitsland is dit stelsel van kracht en hanteerde Suriname historisch bezien destijds ook dit stelsel.

Ad b. Het kiesstelsel van Suriname

17. In Suriname is het stelsel van evenredige vertegenwoordiging van kracht. Het Surinaams kiesstelsel wordt beheerst door regelgeving op zowel internationaal- , als nationaal niveau. De internationale regelingen zijn op ons kiesstelsel van toepassing, omdat Suriname zich aan diverse verdragen heeft gecommitteerd, waarin de fundamentele rechten zijn verankerd waar een kiesstelsel aan moet voldoen.

18. Het geheel aan regelgeving betreffende de uitoefening van het kiesrecht is neergelegd in: (1 H. Fernandes Mendes, Analyse van de werking van het kiesstelsel in Suriname, SJB 2008, blz. 75 )

a. De verdragen

– Het Amerikaans Verdrag voor de Rechter van de Mens (AVRM).

– Het internationaal Verdrag inzake Burger en Politieke Rechten (BUPO).

– De Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens (UVRM).

b. De Nationale wetgeving

– De Grondwet.

– De Kiesregeling.

– Decreet Verplichte Burgerregistratie.

– Decreet Politieke Organisaties.

De verdragen

19. Gelet op het feit dat de verdragen voor wat betreft de bronnen van het recht in hiërarchie het hoogst zijn, is het van belang om eerst vast te stellen aan welke verdragsbepalingen Suriname in het kader van het kiesrecht gebonden is.

20. Het BUPO-verdrag, met name artikel 25 schrijft voor dat: “Elke burger heeft het recht en dient in de gelegenheid te worden gesteld, zonder dat het onderscheid bedoeld in artikel 2 wordt gemaakt en zonder onredelijke beperkingen: a. deel te nemen aan de behandeling van openbare aangelegenheden, hetzij rechtstreeks of door middel van vrijelijk gekozen vertegenwoordigers; b. te stemmen en gekozen te worden door middel van betrouwbare periodieke verkiezingen die gehouden worden krachtens algemeen en gelijkwaardig kiesrecht en bij geheime stemming, waardoor het vrijelijk tot uitdrukking brengen van de wil van de kiezers wordt verzekerd; c. op algemene voet van gelijkheid te worden toegelaten tot de overheidsdiensten van zijn land.” Voorts bepaalt artikel 26 BUPO-verdrag dat: “Allen zijn gelijk voor de wet en hebben zonder discriminatie aanspraak op gelijke bescherming door de wet. In dit verband verbiedt de wet discriminatie van welke aard ook en garandeert een ieder gelijke en doelmatige bescherming tegen discriminatie op welke grond ook, zoals ras, huidskleur, 7 geslacht, taal, godsdienst, politieke of andere overtuiging, nationale of maatschappelijke afkomst, eigendom, geboorte of andere status.”

21. Gelijkluidende bepalingen zijn opgenomen in artikel 1 jo 23 AVRM en artikel 21 UVRM.

22. Wanneer bovengenoemde verdragsrechtelijke bepalingen worden geanalyseerd, moet worden geconcludeerd dat het gelijkheidsbeginsel centraal staat bij de uitoefening van het kiesrecht. Suriname heeft zich dus gecommitteerd om op basis van gelijkheid van alle burgers het recht te verlenen om te kiezen en/of gekozen te worden.

23. In het onderstaande zal het nationaal wettelijk kader worden uiteengezet en dient de vraag te worden beantwoord of de nationale wetgeving voldoet aan deze verdragsrechtelijke verplichtingen.

De nationale wetgeving

24. Zoals reeds aangegeven heeft het kiesstelsel tot doel om de wil van het volk te vertalen naar parlementaire zetels. Deze cruciale functie waar het kiesstelsel naar streeft, is opgenomen in artikel 55 Grondwet dat bepaalt dat: “De Nationale Assemblée vertegenwoordigt het volk van de Republiek Suriname en brengt de souvereine wil van de natie tot uitdrukking.” Waar het kiesstelsel onder andere dus in moet resulteren is dat het hoogste orgaan van Staat een weerspiegeling is van de volkswil.

25. De grondslag op basis waarvan de vertaalslag van het aantal stemmen naar parlementaire zetels moet worden gemaakt, is neergelegd in artikel 61 Grondwet, hetgeen voorschrijft dat: “De Nationale Assemblée bestaat uit 51 leden die per district op grond van algemene, vrije en geheime verkiezingen krachtens het stelsel van evenredige vertegenwoordiging bij grootste gemiddelde en voorkeursstemmen worden gekozen.” 

26. Krachtens artikel 61 Grondwet moet het kiesrecht dus worden uitgeoefend op basis van het stelsel van evenredige vertegenwoordiging. Zoals uitgelegd in paragraaf a betreffende de algemene werking van kiesstelsels, brengt het stelsel van evenredige vertegenwoordiging met zich mee dat het kiesrecht op een wijze dient te worden gereguleerd, waarbij het aantal parlementaire zetels een juiste c.q. evenredige weergave is van de wil van het volk. Dit betekent dus dat het aantal uitgebrachte stemmen op een evenredige wijze dient te worden uitgedrukt in het aantal te verkrijgen zetels, zodat het gebod van artikel 55 Grondwet, namelijk dat de DNA de soevereine wil van het volk tot uitdrukking brengt, wordt vervuld. Als dus bijvoorbeeld in een district 30% van het electoraat woonachtig is, dienen circa 30% van de zetels ook in dat gebied te worden verkregen. Volstrekte mathematische evenredigheid is overigens niet mogelijk, daarom wordt wereldwijd met een geringe vervorming genoegen genomen. Op deze wijze is er onder andere sprake van een evenredige vertegenwoordiging van dat gebied in de DNA.

27. Het stelsel van evenredige vertegenwoordiging conform artikel 61 Grondwet staat niet op zichzelf, maar moet bekeken worden tegen de achtergrond van de democratische beginselen. In hoofdstuk IX van de Grondwet is de democratische staatsordening neergelegd dat mede de basis vormt voor ons kiesstelsel. Blijkens artikel 52 lid 1 Grondwet rust de politieke macht bij het volk en wordt het uitgeoefend in overeenstemming met de Grondwet. Ingevolge artikel 55 Grondwet vertegenwoordigd de DNA het volk en brengt de souvereine wil van de natie tot uitdrukking. Het is dus evident dat de Grondwet hiermee voor ogen heeft gehad dat de wil van het volk op gelijkwaardige wijze tot uitdrukking dient te komen, daar de politieke macht bij haar ligt.

28. Voorts is in artikel 8 van de Grondwet het discriminatie verbod verankerd, hetgeen tevens geldt voor het kiesrecht. Artikel 8 lid 2 Grondwet bepaalt dat: “Niemand mag op grond van zijn geboorte, geslacht, ras, taal, godsdienst, afkomst, educatie, politieke overtuiging, economische positie of sociale omstandigheden of enige andere status gediscrimineerd worden.” Het discriminatie verbod is een van de grondrechten en loopt dus ook als een rode draad door het kiesrecht.

29. Waar het dus op neerkomt is dat het kiesrecht conform de Grondwet aan twee elementaire zaken dient te voldoen, namelijk: a. Gelijkheid (artikel 8 Grondwet). b. Het stelsel van evenredige vertegenwoordiging (artikel 55 jo 61 Grondwet).

30. De wijze waarop het kiesrecht concreet uitgeoefend wordt, dient ingevolge artikel 60 Grondwet in een aparte wet worden vastgesteld. Deze wet is de Kiesregeling en dient het dus te voldoen aan de grondwettelijke voorschriften van enerzijds gelijkheid en anderzijds het stelsel van evenredige vertegenwoordiging. Dat betekent dat het aantal zetels, de wijze waarop het aantal uitgebrachte stemmen wordt berekend ter verkrijging van de zetels, de stemming etc., dient te geschieden op een zodanige wijze waarop wordt voldaan aan de grondwettelijke en de verdragsrechtelijke voorschriften. Met dien verstaande dat de parlementaire zetels een juiste weerspiegeling dienen te zijn van de wil van het volk.

31. Ingevolge artikel 8 jo 24 lid 1 Kiesregeling worden DNA-leden gekozen per district. De zetelverdeling per district is vervolgens neergelegd in artikel 9 Kiesregeling. Suriname kent 10 districten goed voor in totaal 51 zetels en is de zetelverdeling conform artikel 9 Kiesregeling als volgt:

District Aantal zetels

1. Paramaribo 17

2. Wanica 7

3. Nickerie 5

4. Commewijne 4

5. Sipaliwini 4

6. Brokoponod 3

7. Marowijne 3

8. Para 3

9. Saramacca 3

10. Coronie 2

 32.

De wijze waarop vervolgens de berekening van het aantal stemmen dat de zetels vertegenwoordigt plaatsvindt, is bepaald in artikel 131 Kiesregeling, waarin is opgenomen dat de berekening geschiedt op basis van het stelsel van evenredige vertegenwoordiging, bij grootste gemiddelden met voorkeursstemmen.

33.

De vraag die rijst is of deze wijze van zetelverdeling resulteert in een juiste weerspiegeling van de wil van het volk ter naleving van het stelsel van evenredige vertegenwoordiging zoals neergelegd in artikel 55 jo 61 Grondwet. De beste manier waarop zulks kan worden getoetst, is door enkele verkiezingen, die het resultaat zijn van de handhaving van de Kiesregeling, te analyseren. Hieruit zal namelijk blijken of de uiteindelijke vertegenwoordig in de DNA een weerspiegeling is van de wil van het volk.

Ad c. Voorbeelden van de rechtsgevolgen van de Kiesregeling

34. In het onderstaande zullen enkele resultaten van de verkiezingen van 2005, 2015 en 2020 uiteengezet.

De verkiezing van 2005

35. In 2005 hebben 21 partijen meegedaan aan de verkiezing. In totaal waren er bijkans 334.000 kiesgerechtigden, waarvan 220.000 van hun kiesrecht gebruik

Paramaribo, 17

Wanica, 7

Nickerie, 5

Commewijne, 4

Sipaliwini, 4

Brokopondo, 3

Marowijne, 3

Para, 3

Saramacca, 3

Coronie, 2

AANTAL ZETELS 11 hebben gemaakt. Van dit aantal waren er uiteindelijk 211.000 geldige stemmen uitgebracht en was de opkomst afgerond 65%. Zetelverdeling per district2 District % inwoners (2004) Aantal zetels (DNA) % zetels DNA Paramaribo 50 17 33.3 Wanica 17.7 7 13.7 Nickerie 7.5 5 9.8 Sipaliwini 5.8 4 7.8 Commewijne 5.1 4 7.8 Para 3.9 3 5.9 Marowijne 3.4 3 5.9 Saramacca 3.3 3 5.9 Brokopondo 2.7 3 5.9 Coronie 0.6 2 3.9 Totaal 100 51 100 2 H. Fernandes Mendes, SJB 2008, blz. 79 Paramaribo Wanica Nickerie Sipaliwini Commewijne Para Marowijne Saramacca Brokopondo Coronie % inwoners (2004) 50 17.7 7.5 5.8 5.1 3.9 3.4 3.3 2.7 0.6 Aantal zetels (DNA) 17 7 5 4 4 3 3 3 3 2 % zetels DNA 33.3 13.7 9.8 7.8 7.8 5.9 5.9 5.9 5.9 3.9

ZETELVERDELING PER DISTRICT % inwoners (2004) Aantal zetels (DNA) % zetels DNA 12 Verdeling zetels stedelijk gebied t.ov. districten3 District % inwoners Aantal zetels % zetels DNA Paramaribo 50 17 33.3 Wanica 17.7 7 13.7 Totaal 67.7 24 47 Overige districten 32.3 27 53

36. De analyse van deze verkiezingsresultaten wijst het volgende uit:

– In Coronie woonde 0.6% van de bevolking en waren 981 stemmen nodig voor 1 zetel. Terwijl in Paramaribo 50% van het electoraat woonachtig is en waren 9.557 stemmen nodig voor 1 zetel. Dit betekent dus dat in Paramaribo 10 keer zoveel meer stemmen nodig zijn voor 1 zetel in vergelijking met Coronie.

– 67% van het electoraat is woonachtig in Paramaribo en Wanica, echter verkrijgen deze districten in totaal 47% van de zetels.

– In de overige districten woont 33% van de bevolking, terwijl 53% van het aantal zetels aan hen worden toebedeeld. Bovengenoemde statistieken worden hierbij overgelegd (Productie 1 en 2). 3 Ibidem, blz. 79 67.7 32.3 24 27 47 53 Totaal Paramaribo en Wanica Totaal Overige Districten VERDELING ZETELS STEDELIJK T.O.V DISTRICTEN % inwoners Aantal zetels (DNA) % zetels DNA 13

Verkiezing van 2015

37. In de onderstaande tabellen zullen enkele analyses van de resultaten van de verkiezing van het jaar 2015 worden uiteengezet.

Zetelverdelingen van enkele districten voor de NDP

District Partij Aantal stemmen Aantal zetels Coronie NDP 759 1 Saramacca NDP 4.203 1 Brokopondo NDP 2.540 2 Nickerie NDP 7.514 2 Para NDP 7.787 3 Wanica NDP 22.226 3 Zetelverdelingen van enkele districten onder diverse partijen District Partij Aantal stemmen Aantal zetels Coronie PALU 445 1 Paramaribo DOE 7.771 1 Brokopondo AC 1.311 1 Paramaribo AC 9.207 1 Nickerie V7 10.917 3

38. Deze resultaten tonen het volgende aan:

– PALU heeft met 445 stemmen in Coronie 1 zetel behaald, terwijl DOE voor diezelfde ene zetel in Paramaribo 7.771 stemmen moest verkrijgen.

– De tabel waar de resultaten van de NDP worden weergegeven, bewijst dat de Kiesregeling niet alleen voor de partijen als “concurrenten” onrechtvaardig is, maar ook voor de individuele partijen. Waar de NDP zich in Para met 7.787 stemmen gelukkig kon prijzen met 3 zetels, moest de NDP voor 3 zetels in Wanica maar liefst 22.226 stemmen behalen.

– Hetzelfde is het geval in Brokopondo en Nickerie. Waar de NDP voor 2.540 stemmen in Brokopondo 2 zetels behaalde, moest ze voor hetzelfde aantal van 2 zetels bijkans 3 maal zoveel meer stemmen vergaren in Nickerie namelijk 7.514. 14

– Het verschil tussen Para en Wanica is nog erger, waarbij de NDP in beide districten 3 zetels heeft behaald, die in Para 7.787 stemmen vertegenwoordigen, terwijl in Wanica maar liefst 22.226.

De verkiezing van 2020

39. In de onderstaande tabel zijn enkele analyses van de verkiezing van 2015:

Zetelverdeling van enkele partijen Partij Totaal aantal stemmen Districten waar de stemmen zijn behaald Totaal aantal zetels NPS 32.394 Paramaribo 3 ABOB 24.956 Paramaribo, Sipaliwini, Brokopondo, Marowijne, Para 8 PL 16.623 Commewijne en Wanica 2 BEP 6.835 Brokopondo en Sipaliwini 2

40. Ook uit deze cijfers blijkt de oneerlijkheid van de Kiesregeling en moet hieruit worden geconcludeerd dat:

– De NPS bijkans 1.5 maal zoveel meer stemmen heeft dan ABOB, maar toch wordt de ABOB -met 7.438 minder stemmen-, beloond met 2.5 maal meer zetels (8), ten opzichte van de NPS (3).

– De PL en de BEP behalen evenveel zetels (2), doch met een hemelsbreed verschil aan aantal stemmen, waarbij de BEP met slechts 6.835 stemmen de zetels heeft behaald, terwijl de PL met 16.623 stemmen genoegen heeft moeten nemen met slechts 2 zetels. Ad d.

De rechtsgevolgen van de Kiesregeling

41. De verkiezingsresultaten maken het evident dat het Kiesstelsel, met name artikel 8 jo 9 jo 24 lid 1 jo 131Kiesregeling onrechtvaardig is en leidt tot:

– Discriminatie;

– Een onjuiste weerspiegeling van de wil van het volk;

– Bevordering van (ongeoorloofde) etnische politiekvoering;

– Versnippering van de electorale invloed;

– Gedwongen samenwerkingen;

– Afbreuk van de functionaliteit van regeringsvorming. 15

Discriminatie

42. Een van de Algemene Beginselen van Behoorlijk Bestuur (ABBB), is het gelijkheidsbeginsel, hetgeen inhoudt dat “gelijke gevallen, gelijk dienen te worden behandeld”. Indien echter gelijke gevallen ongelijk worden behandeld, is er sprake van discriminatie.

43. Wanneer een DNA-kandidaat in bijvoorbeeld Wanica bijkans 10 keer zoveel meer stemmen moet verkrijgen voor een zetel in vergelijking met Brokopondo, betekent het dat het enkel feit dat een kiesgerechtigde afkomstig is van Brokopondo, zijn/haar stem tienmaal zoveel meer electoraal gewicht heeft dan een kiesgerechtigde die afkomstig is uit Wanica. Het behoeft dan geen betoog dat de Kiesregeling door de wijze van zetelverdeling gelijke gevallen ongelijk behandeld, op basis van de woonplaats op districtsniveau. Immers heeft de stem van een Surinamer een ander electoraal gewicht aan de hand van het district waar hij/zij woonachtig is. Het eerste rechtsgevolg van Kiesregeling, is dat het leidt tot discriminatie. Het gelijkheidsbeginsel waar het discriminatieverbod op is gestoeld, zal in paragraaf e nader worden uiteengezet.

De volksvertegenwoordiging is een onjuiste uitdrukking van de wil van het volk

44. Het volk kiest op basis van de voorschriften van het Kiesstelsel de vertegenwoordigers van de DNA, hetgeen tot doel heeft om de wil van het volk tot uiting te brengen op basis van het stelsel van evenredige vertegenwoordiging.

45. De Kiesregeling doet echter een complete afbreuk aan dit wettelijk gebod, gelet op het feit dat de wijze van zetelverdeling conform de Kiesregeling, absoluut niet leidt tot de juiste uitdrukking van de soevereine wil van het volk. Immers zou de samenstelling van de DNA er bij elke verkiezing anders uit hebben gezien, als de Kiesregeling op basis van gelijkheid de zetelverdeling voorschreef. Indien bijvoorbeeld het beginsel van “one man one vote”, zou gelden in ons kiesstelsel, zou de volksvertegenwoordiging en de regering bij elke verkiezing anders zijn.  Bevordering etnische politiekvoering

46. Wanneer de ontwikkeling van ons Kiesstelsel wordt geanalyseerd, blijkt helaas dat etniciteit altijd de boventoon voert. Het politiek spectrum heeft etniciteit altijd als “speelbal” gebruikt om het “politiek spel” te spelen en is het de Kiesregeling die dit fundamenteel onrecht faciliteert. Het gevolg hiervan is dat politieke partijen zich meer concentreren op etniciteit binnen bepaalde districten, in plaats van het algemeen belang. Immers kunnen partijen in de districten waar etnische groeperingen domineren, louter inspelen op de etnische sentimenten die heersen binnen het district, om zodoende op een relatief makkelijke wijze meer zetels te behalen.

47. De Kiesregeling stimuleert dus juist hetgeen de Grondwet verbiedt, namelijk discriminatie. Geen wonder dat bij elke verkiezing het eerder een etnisch spel is, in plaats van een tentoonstelling van oplossingsmodellen die de vraagstukken van de bevolking in zijn totaliteit beantwoorden. Politici hebben door de Kiesregeling in het algemeen meer een district en etnische focus, in plaats van een landelijke visie. Dit is een gevaarlijke voedingsbodem voor een spanningsveld tussen de diverse etnische groepen, aangezien groepen -wiens etniciteit geen of een minimaal deel uitmaakt van de regering- zich hierdoor benadeeld c.q. achtergesteld voelen ten opzichte van anderen. Zie daar het belang dat onderhavige vordering wordt toegewezen, ter voorkoming dat etnische spanningen ooit zo hoog oplopen, dat de schade ervan niet meer te overzien is.

Afbreuk van de functionaliteit van de regering

48. Een van de belangrijkste taken van een kiesstelsel is dat het uiteindelijk moet leiden tot een stabiele en functionele regering die de wil van het volk tot uitdrukking brengt. Echter heeft de Kiesregeling tot gevolg dat aan de functionaliteit ernstige afbreuk wordt gedaan.

49. Door de wijze waarop de zetelverdeling plaatsvindt conform artikel 8 jo 9 jo 24 lid 1 jo 131 Kiesregeling zijn partijen altijd gedwongen om samenwerkingen aan te gaan en zijn de negatieve effecten hiervan duidelijk merkbaar in het beleid  dat wordt uitgevoerd. Waar het echter vroeger mogelijk was om met 2 tot 3 partijen een regering te vormen, zijn steeds meer partijen nodig om een coalitie samen te stellen. In 2005 bijvoorbeeld bestond de regering in totaal uit 7 partijen.4

50. Op het moment dat meerdere politieke partijen bepalen c.q. beïnvloeden welke koers het land moet opvaren, wordt de regering steeds minder functioneel, daar rekening moet worden gehouden met verschillende politieke agenda’s en er als gevolg hiervan geen eenduidig beleid is. Het spreekwoord “er zijn geen twee kapiteins op een schip”, wordt hierdoor geweld aangedaan, aangezien dankzij de onrechtmatigheid van de Kiesregeling er vele kapiteins zijn die het schip van Suriname besturen. Geen wonder dat het land de afgelopen decennia schipbreuk heeft geleden.

Versnippering van de electorale invloed

51. Doordat de Kiesregeling, met name artikel 8 jo 9 jo 24 lid 1 jo 131, partijen tot samenwerking dwingt, zijn er na elke verkiezing regeringen gevormd, die geen weergave zijn van partijen die daadwerkelijk de meerderheid van de electorale invloed vertegenwoordigen. Zo zitten er bijvoorbeeld in elke coalitie wel partijen die slechts 1 of 2 zetels bezitten. In 2010 had de Palu bijvoorbeeld slechts 806 stemmen in Coronie en hiermee 1 zetel behaald. Met deze zetel heeft de Palu een positie in de regering kunnen bemachtigen. Dit is uiteraard bij lange na geen weergave van de meerderheid van het electoraat. Echter vanwege de onrechtmatigheid van de Kiesregeling komen partijen op deze wijze binnen regeringen en de DNA. Dit leidt tot ernstige versnippering van de electorale invloed.

Ad e. Toetsing van de Kiesregeling aan de Grondwet en de verdragen

52. Om te kunnen vaststellen of het Kiesstelsel in wettelijk opzicht geoorloofd is, dient het te worden getoetst aan de Grondwet en de verdragen en zal in deze paragraaf, met in achtneming van al het bovenstaande, concreter worden ingegaan op de beantwoording van de rechtsvraag, welke luidt: 4 H. Fernandes Mendes, SJB 2008, blz. 81 18 “Is de Kiesregeling, met name artikel 8 jo 9 jo 24 jo 131, in strijd met de Grondwet en verdragen?”

53. Zoals in paragraaf b is uiteengezet rust op de Staat de plicht om op basis van gelijkheid van alle burgers het recht te verlenen om te kiezen en/of gekozen te worden in volk vertegenwoordigende lichamen, met als doel dat de wil van het volk tot uitdrukking komt. Dit alles in overeenstemming met de eisen van het stelsel van evenredige vertegenwoordiging.

Het gelijkheidsbeginsel

54. Wanneer het aankomt op het uitoefenen van het kiesrecht, dient iedereen gelijkwaardig behandeld te worden. Uit de verkiezingsresultaten zoals uiteengezet in paragraaf c blijkt dat er geen sprake is van gelijkwaardigheid in de uitoefening van het kiesrecht voor Surinaamse burgers. Zo is bijvoorbeeld een stem van een burger woonachtig in Coronoie bijkans 12 maal zwaarwichtiger dan een stem van een burger woonachtig in Wanica.

55. Echter betekent in algemene zin niet elke ongelijke behandeling een schending van het gelijkheidsbeginsel. Vanwege de ruime bevoegdheid die de Staat heeft om de samenleving te ordenen, is de Staat in bepaalde gevallen bevoegd om onderscheiden te maken die geoorloofd zijn. Om te kunnen vaststellen of deze ongelijkheid met betrekking tot het kiesrecht tevens tot rechtsgevolg heeft dat er sprake is van schending van het gelijkheidsbeginsel, moet er dus eerst een toetsing plaatsvinden aan de elementen die gelden voor dit beginsel.

56. Het toetsingskader is vastgesteld door de vaste en constante jurisprudentie en zal in het onderstaande waar nodig worden verwezen naar Nederlandse jurisprudentie, alsmede jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). Deze rechtssprekende organen hebben geen rechtskracht in Suriname. Desalniettemin kunnen hun uitspraken wel als kenbron worden gehanteerd. Ten eerste vanwege de gelijkluidende rechtsregels in algemene zin. Ten tweede vanwege het feit dat het EHRM belast is met de toetsing van de verdragsrechtelijke bepalingen zoals 19 opgenomen in het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens, hetgeen bijkans gelijkluidend is aan het AVRM. Aan het EHRM zijn 50 Europese lidstaten aangesloten en geniet dit rechtssprekend orgaan wereldwijd gezag ten aanzien van de toetsing van mensenrechten. Alhoewel de jurisprudentie van het EHRM dus geen bron van recht is voor Suriname, is het wel van eminent belang om haar uitspraken die op onderhavige zaak betrekking hebben tevens in acht te nemen en als kenbron c.q. leidraad te hanteren.

57. De elementen waaraan moet worden voldaan om te kunnen spreken van schending van het gelijkheidsbeginsel zijn:

a. Er moet sprake zijn van een ongelijke behandeling van gelijke gevallen;

b. Indien er sprake is van ongelijkheid, moet er daarvoor een redelijk en objectieve rechtvaardigingsgrond zijn dat een legitiem doel nastreeft.

58. Volgens de Hoge Raad (HR) en het EHRM is er sprake van gelijke gevallen, wanneer ze in relevante opzichten aan elkaar gelijk zijn. Het gaat er dus om dat tussen de (rechts)personen er bij uitoefening van een bepaald recht geen significante verschillen dienen te zijn. Zie in dit kader de volgende jurisprudentie, EHRM 19 juli 2005, nr. 6638/03, FED 2005/117 (zaak P.M.), HR 17 november 1993, nr. 28587, BNB 1994/36 en HR 14 juli 2000, nr. 35059, BNB 2000/36 en HR ECLI:NL:PHR:2013:863. Het laatstgenoemd arrest bevat een zeer uitgebreide onderbouwing en uitleg over de interpretatie van het gelijkheidsbeginsel, met in achtneming van de jurisprudentie van het EHRM en wordt hierbij overgelegd (Productie 3).

59. Indien er sprake is van een ongelijke behandeling van gelijke gevallen, leidt dit per definitie nog niet tot schending van het gelijkheidsbeginsel. Er moet nog een tweede toetsing plaatsvinden en dient namelijk te worden vastgesteld of de ongelijke behandeling een redelijke en objectieve rechtvaardigingsgrond heeft dat een legitiem doel nastreeft. Pas als er hiervan geen sprake is, heeft het tot rechtsgevolg dat het gelijkheidsbeginsel is geschonden en maakt de Staat zich dan schuldig aan discriminatie. Zie in dit kader EHRM 23 oktober 1990, nr. 17/1989/233, BNB 1995/244 (Darby arrest), HR 30 september 1992, nr. 27463, 20 BNB 1993/30, HR 15 oktober 1997, nr. 32270, FED 1998/22, HR 15 juli 1998, nr. 31922, BNB 1998/293, HR 17 augustus 1998, nr. 33078, BNB 1999/122. De

Kiesregeling is in strijd met de Grondwet

60. Wanneer de elementen van het gelijkheidsbeginsel worden losgelaten op onderhavige zaak en de Kiesregeling hieraan wordt getoetst op basis van de Grondwet, het AVRM, UVRM en BUPO-verdrag, blijkt dat burgers bij het uitoefenen van hun kiesrecht zich allen in gelijke gevallen bevinden. De burgers zullen allen op dezelfde wijze kiezen of gekozen worden, zodat invulling kan worden gegeven aan de volk vertegenwoordigende lichamen in zijn totaliteit. Op de dag dat de burgers naar de stembus gaan, bevinden zij zich allen in gelijke gevallen.

61. Echter worden de burgers die op de dag van de verkiezing zich allen in gelijke gevallen bevinden, ongelijk behandeld, zoals bewezen in paragraaf c en d. De reden waarom de wetgever hiervoor heeft gekozen is niet onderbouwd in een Memorie van Toelichting (MvT), omdat die in zijn geheel ontbreekt voor de Kiesregeling. Maar ook al zou er een MvT zijn geweest -quod non-, dan nog kan er geen enkele gegronde onderbouwing worden gegeven voor het onderscheid dat wordt gemaakt tussen Surinamers bij het uitoefenen van hun kiesrecht op basis van hun woonplaats.

62. Wat men terloops door de jaren heen heeft aangehaald als grondslag voor het onderscheid tussen de kiezers in de diverse districten, is dat Surinamers in minder ontwikkelde en ver gelegen districten, ook vertegenwoordigd dienen te zijn in de DNA. Dit standpunt valt echter absoluut niet te rijmen met de bepalingen zoals die zijn neergelegd in de Kiesregeling ten opzichte van de Grondwet en de verdragen. Immers leidt de wijze van zetelverdeling op basis van de indeling en grenzen van de districten tot een extreem onevenredig resultaat dat haaks staat op de normale werking van het stelsel van evenredige vertegenwoordiging, hetgeen niet voldoet aan de grondwettelijke eis van evenredigheid. 

63. Er is daarom geen enkele rechtvaardigingsgrond waarom bijvoorbeeld een Surinamer in Coronie zijn stem 10 maal zwaarder zou wegen in vergelijking met een Surinamer woonachtig in Paramaribo of Wanica. Het gaat immers om dezelfde gevallen, bij de uitoefening van hetzelfde kiesrecht. Er is dan ook geen enkel objectieve rechtvaardiging die deze ongelijkheid kan verklaren. Het is simpelweg discriminatoir.

64. Gelet op het feit dat er sprake is van een ongelijke behandeling van gelijke gevallen en er hiervoor geen enkel redelijk objectief legitiem doel voor is, is er dan ook sprake van schending van het gelijkheidsbeginsel. Artikel 8 jo 9 jo 24 lid 1 jo 131 Kiesregeling zijn derhalve in strijd met artikel 8 Grondwet en de voornoemde verdragen.

65. Behalve schending van het gelijkheidsbeginsel, wordt het fundament waarop ons kiesstelsel is gestoeld, namelijk het stelsel van evenredige vertegenwoordiging conform artikel 61 Grondwet, eveneens geschonden door de Kiesregeling. De grondslag van ons kiesstelsel is overeenkomstig artikel 61 Grondwet dat er een juiste weerspiegeling dient te zijn van het aantal stemmen vertaald in het aantal parlementaire zetels. Echter maakt de Kiesregeling zulks onmogelijk. Immers leidt de Kiesregeling er juist toe dat er sprake is van een onevenredig stelsel, waarbij de vertaalslag van het aantal stemmen naar zetels allesbehalve gelijk c.q. evenredig is. De verkiezingsresultaten waarbij stemmen van burgers in een district bijkans 10 maal verschillen ten opzichte van andere, spreekt boekdelen van de onevenredigheid.

66. Waar artikel 61 Grondwet voorogen heeft dat op basis van evenredigheid de meerderheid van het volk de DNA vormt, leidt de Kiesregeling juist tot het tegenovergestelde. Immers heeft de Kiesregeling als resultaat dat er sprake is van een minderheid die de meerderheid vertegenwoordigt op basis van een onevenredige vertaling van stemmen naar aantal zetels. Dit blijkt duidelijk uit het aantal beschikbare zetels per district. Zoals in paragraaf c is uiteengezet wonen in Paramaribo en Wanica de meerderheid van het electoraat, namelijk circa 67.7% (blijkens de verkiezing van 2005 dat bijna gelijkluidend is aan de 22 daaropvolgende verkiezingen). Als circa 67.7% van het electoraat woonachtig is in Paramaribo en Wanica zou op basis van het stelsel van evenredige vertegenwoordiging ook bijkans 67.7% van het aantal zetels verkregen moeten worden in deze districten. Immers is dit de enige manier waarop er sprake kan zijn van een evenredige verdeling van parlementaire zetels. Echter blijkt dat geheel in strijd met artikel 61 Grondwet, juist de minderheid aan zetels wordt uitgekeerd aan deze districten, namelijk slechts 47%. In de overige districten waarin de minderheid van het electoraat woonachtig is, namelijk circa 32.3% zou op basis van artikel 61 Grondwet ook de minderheid van zetels in de orde van circa 32.3% verkregen moeten worden. Echter is het tegendeel het geval doordat de Kiesregeling circa 53% van het aantal zetels toekent aan de overige districten. De meerderheid van de kiezers worden hierdoor op een ongeoorloofde wijze ernstig benadeeld.

67. Waar het dus simpelweg op neerkomt is dat de minderheid, de meerderheid vertegenwoordigd in de DNA. De Kiesregeling doet artikel 61 Grondwet hiermee geweld aan.

68. Doordat de minderheid, de meerderheid in de DNA vertegenwoordigd, is er absoluut geen sprake van een souvereine uitdrukking van de wil van het volk. Immers zou dit alleen het geval kunnen zijn als de meerderheid ook daadwerkelijk vertegenwoordigd was in de DNA. Nu hier geen sprake van is, levert de Kiesregeling dan ook een ernstige strijdigheid op met artikel 55 Grondwet.

69. Concluderend moet worden gesteld dat artikel 8 jo 9 jo 24 lid 1 jo131 Kiesregeling leidt tot:

a. Strijdigheid met artikel 8 Grondwet Het gelijkheidsbeginsel wordt ernstig geschonden en is er sprake van discriminatie;

b. Strijdigheid met artikel 61 Grondwet Het kiesrecht wordt uitgeoefend op basis van onevenredigheid, in plaats van een stelsel van evenredige vertegenwoordiging. 

c. Strijdigheid met artikel 55 Grondwet De DNA is door de Kiesregeling geen uitdrukking is van de souvereine wil van het volk, daar de minderheid de meerderheid vertegenwoordigd.

De Kiesregeling is in strijd met de verdragen

70. Zoals reeds uiteengezet staat het gelijkheidsbeginsel centraal in het BUPO, AVRM en het UVRM-verdrag. In het BUPO-verdrag is bijvoorbeeld letterlijk opgenomen dat het kiesrecht op basis van gelijkwaardigheid dient te worden uitgeoefend. De Staat Suriname is dus gebonden om haar kiesstelsel op grond hiervan te reguleren. Echter leidt de Kiesregeling tot ernstige schending van het gelijkheidsbeginsel en discriminatie. Zonder om in herhaling te treden wordt voor de onderbouwing hiervan verwezen naar al het bovenstaande.

71. Bij elke verkiezing wordt namens de OAS een missie naar Suriname gezonden om toezicht te houden op de wijze waarop de verkiezing plaatsvindt. De OAS toetst hierbij onder andere of de verkiezingen plaatsvinden op basis van de internationaal geldende regels waaraan elke verkiezing dient te voldoen, zoals omschreven in paragraaf b. Alhoewel de bevindingen van de OAS geen bron van recht zijn, is het wel een wereldwijd gerespecteerde en van eminent belang zijnde internationale organisatie, vanwege het feit dat het de oudste regionale organisatie is in de wereld die zorgdraagt voor onder andere vrede en rechtvaardigheid tussen de lidstaten. De pilaren waarop de OAS gestoeld is, zijn democratie, mensenrechten, veiligheid en ontwikkeling. Voorts draagt de OAS tevens zorg voor de organisatie aangaande de totstandkoming van diverse verdragen. Suriname is vanaf 1948 lid van de OAS en heeft 71 verdragen, waaronder tevens protocollen en amendementen begrepen, geratificeerd.

72. De OAS dient voorts als toezichthouder ten aanzien van de naleving van de rechten die voortvloeien uit de verdragen die van kracht zijn voor haar lidstaten -waaronder dus ook Suriname-. Gelet op de autoriteit en de grote invloed van de OAS, kunnen haar bevindingen tevens als kenbron worden gehanteerd. 

73. Bij de evaluatie van de verkiezing van 2010 is namens de OAS blijkens het document “Final Report of the OAS observation electoral mission for the general elections in the republic of Suriname on 25 May, 2010” het volgende geconcludeerd: “There are significant disparities among the districts in Suriname. Some 153,848 registered voters in Paramaribo elect 17 members of parliament while only 1,886 choose two representatives in Coronie. In other words, a seat in Paramaribo represents approximately 9,000 votes while in Coronie it represents a little more than a tenth of that, 15 about 950. An Electoral Boundary Commission could be constituted to explore remedies to these disparities in representation.” Voornoemd rapport met de relevante pagina wordt hierbij overgelegd (Productie 4).

74. Bij de verkiezing van 2015 en 2020 is namens de OAS ook een missie naar Suriname gezonden om deze verkiezingen te toetsen aan haar rechtmatigheid en is in het rapport genaamd “Preliminary Statement of the OAS electoral observation mission in the republic of Suriname for the May 25, 2020 general elections”, het volgende opgenomen: “Distribution of Seats the Mission noted that the average number of people represented in each electoral district varied significantly. While the 2015 OAS Mission had recommended a review of the distribution of seats to ensure a more balanced representation, no action has been taken in this regard. As a result, there are significant disparities between different districts. For example, a seat in Wanica represents 13,233 voters, while a seat in Coronie represents 1,051. As noted in 2015, these distortions should be revised in order to ensure a more balanced representation of inhabitants per district, while ensuring that all regions in the country have access to parliament and political representation. The Mission recommends: Reviewing the seat allocation formula and criteria in order to achieve a more balanced representation of persons per district.” Voornoemd rapport waarin dit is opgenomen wordt hierbij overgelegd (productie 5). 

75. In de rapporten komt de OAS bij deze verkiezingen tot de conclusie dat de wetgeving die de zetelverdeling voorschrijft (de Kiesregeling), in strijd is met het gelijkheidsbeginsel en er hierdoor sprake is van een onevenredige vertegenwoordiging van het volk in de DNA. Dit is uiteraard een schending van het gelijkheidsbeginsel. Om deze reden heeft de OAS na de verkiezing van 2015 Suriname aanbevolen om het kiesstelsel dringend te herzien, zodat er een evenredige vertegenwoordiging in de DNA plaatsvindt. Echter heeft de OAS geconstateerd dat Suriname deze aanbeveling van 2015 niet heeft uitgevoerd, waardoor deze ongeoorloofde situatie zich bij de verkiezing van 2020 heeft voortgezet. De OAS heeft er daarom voor de zoveelste keer op aangedrongen dat de Staat dringend overgaat tot wijziging van het Kiesstelsel, opdat het leidt tot een daadwerkelijke evenredige vertegenwoordiging.

76. Als zelfs de OAS, die toezicht houdt op de naleving van de mensenrechten, tot de slotsom komt dat het kiesstelsel onrechtvaardig is c.q. tot ongelijkheid leidt, hoeft het geen nader betoog dat het in strijd is met de voornoemde verdragen.

77. Krachtens artikel 106 Grondwet vinden wettelijke voorschriften geen toepassing, indien ze niet verenigbaar zijn met ieder verbindende verdragsrechtelijke bepalingen. Voornoemde verdragsrechtelijke bepalingen verbinden naar haar inhoud alle Surinaamse burgers, daar het kiesrecht op iedereen van toepassing is. De Kiesregeling, met name artikel 8 jo 9 jo 24 lid 1 jo 131, dient derhalve niet van toepassing te worden verklaard, nu het in strijd is en onverenigbaar is, met voornoemde ieder verbindende verdragsbepalingen.

Conclusie

78. De rechtsvraag, zijnde; “Is de Kiesregeling, met name artikel 8 jo 9 jo 24 jo 131, in strijd met de Grondwet en verdragen?”, dient op grond van al het bovenstaande bevestigend te worden beantwoord en is het met name in strijd met artikel 25 jo 26 BUPO, artikel 1 jo 23 AVRM, artikel 21 UVRM, artikel 8 jo 55 jo 61 Grondwet. 26

79. Ingevolge artikel 28 Wet Constitutioneel Hof wordt een wet onverbindend verklaard indien het Hof oordeelt tot strijdigheid met de Grondwet en/of ieder verbindende verdragsbepalingen. Nu de Kiesregeling, met name artikel 8 jo 9 jo 24 lid 1 jo131, in strijd is met de in punt 78 genoemde verdrags- en grondwettelijke bepalingen dient het dan ook onverbindend te worden verklaard.

80. Verzoeke de hierbij producties als letterlijk, herhaald en geinsereerd te beschouwen.

Mitsdien het uw Constitutioneel Hof behage, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad op de minuut en op alle uren en dagen om:

Primair:

I. Onverbindend te verklaren de Wet van 29 september 1987, houdende regels voor de verkiezing van leden voor de volk vertegenwoordigende lichamen in Suriname (Kiesregeling) (S.B. 1987 no. 62), gelijk zij luidt na de daarin aangebrachte wijzigingen bij S.B. 1987 no. 70, S.B. 1987 no. 71, S.B. 1987 no. 83, S.B. 1987 no. 84, S.B. 2005 no. 6. Subsidiair:

I. Onverbindend te verklaren artikel 8 jo 9 jo 24 lid 1 jo131 Kiesregeling.

’t Welkdoende enz..

Mr. Serena N. Muntslag-Essed

Producties (5x):

1. Statistieken zetelverdeling per district verkiezing 2005;

2. Statistieken verdeling stedelijk gebied t.o.v. districten verkiezing 2005;

3. Arrest HR ECLI:NL:PHR:2013:863;

4. Rapport OAS 25 May, 2010, blz. 14

5. Rapport OAS 25, 2020 general elections, blz. 7

RESUME INTERVIEUW HUGO FERNANDES MENDES

1.Geen memorie van toelichting in de GW

2. Presidentieel stelsel; overal ter wereld wordt de president dan rechtstreeks gekozen

-Sterke president Jules Wijdenbosch die zich niets aantrok van dan

-in gw staat dat parlement het hoogste gezag is

-dat parlement de volkswil representeert

-dat de president verantwoording verschuldigd is aan het parlement= vergelijkbaar met de positie van de minister-president.

– vertrouwen tussen de burger en de politiek moet er zijn ongeacht een parlementair of presidentieel stelsel.

-1970-1973: VHP/PNP regering waarbij etnische spanningen ook toenamen omdat met het zag als een VHP regering.

-kiesregeling: we hebben een evenredigheidsstelsel, en su is verdeeld in kiesdistricten, zetels zijn toebedeeld aan districten waardoor niet de wil van het volk wordt gerepresenteerd. Meerderheid van de bevolking woont in Paramaribo en Wanica, dat is 68,1 % van de bevolking maar Paramaribo en Wanica zijn goed voor 47% van de zetels = 24 zetels. Dus een meerderheid van de bevolking kiest een minderheid aan parlementariërs, terwijl de situatie in de districten is dan het tegenovergestelde waarbij een minderheid, 31,9%  dus de meerderheid van de DNA zetels kiest nl 53% van de DNA zetels. = 27 zetels krijgt. Dat in ONDEMOKRATISCH.

Geen afspiegeling van de volkswil. 

Paramaribo 10.000 stemmen nodig voor 1 zetel, ABOP met 3.000 stemmen krijgt 1 zetel 

NPS: 32.000 stemmen = 12% van de kiezers: 3 zetels

ABOP: 24.000: = 9% van de kiezers: 8 zetels.

In theorie heeft Su een evenredigheidsstelsel, maar in de praktijk is het heel onevenredig.

Paramaribo en Wanica worden op een vreselijke manier benadeeld

Politieke partijen zitten niet te juichen en willen kiesregeling niet wijzigen. Grondwet moet gewijzigd worden, maar het blijft maar bij praten:

1990 commissie Ooft

1993 commissie truideman

Commissie lim a po in de jaren 80

Grondwetsvoorstel van Sam Polanen. 

OAS zegt hetzelfde, ondemocratisch kiesstelsel. Het klopt niet, moet veranderd worden.

Politieke partijen vinden eigen belang belangrijker dan het naleven van de grondwet.

Vb amnestiewet

CH laat zich niet lijden door partijpolitieke belangen:  CH: zitten niet op de stoel van de rechtspraak en ook niet op de stoel van de politiek.

PARTIJ FINANCIERING: 

Partijen opkopen en na de verkiezingen hun deel komen halen.

Kiesstelsels en klaagzangen

Door

Mr.dr. W.R.W.Donner

Ik kreeg deze week een artikel in handen, verschenen in dagblad Suriname, geschreven door mr. Richard Kalloe over de wijze waarop zijn groepering bij de laatst gehouden verkiezing door het kiesstelsel zou zijn benadeeld. .Na elke verkiezing is het weer raak in ons land. Dan begint het gelamenteer opnieuw dat Coronie teveel zetels heeft gekregen, dat de Marrons te weinig zetels hebben gekregen etc. 

Mijn eerste impuls was aan de heer Kalloe de vraag te stellen waarom zijn groepering, steeds heeft nagelaten om het stelsel dat door hem zo verafschuwd wordt te repareren, tot tevredenheid van een ieder.  Waarom werd gewacht totdat de verkiezing verkeerd had uitgepakt om dan pas met het bekende beklag te komen?                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                            

Na de voorlaatste verkiezing schreef ik een essay over kiesstelsels om de mensen die meer verstand hebben van de materie uit te nodigen om de goegemeente hieromtrent in te lichten. Het was als gebruikelijk: silence. De wetenschappers hier te lande, nemen niet de moeite om de gemeenschap in gedegen doorwrochte artikelen waarover lang is nagedacht, uit te leggen hoe dingen precies in elkaar zitten. In t.v. uitzendingen zoals to the Point, Sky, Panorama e.d. moet ad hoc gereageerd worden. Maar  zo gaat geen enkele zichzelf respecterende wetenschapper te werk. Tenzij hem of haar geïnterviewd wordt over iets wat hij zelf heeft geschreven. 

Weer ligt het aan mij om te proberen de gemeenschap voorlichting te verschaffen. Waar ik de wijsheid vandaan haal? 

Ik was in verband met de viering van de jaardag van mijn moeder in 1987 met vakantie in Suriname toen ik hoorde dat men bezig was aan een nieuwe grondwet. Misschien kan ik een steentje bijdragen dacht ik, en schreef toen een brochure getiteld.  Proeve van een grondwet voor Suriname gebaseerd op de Magna Carta van Costa Rica.

“Bij het zoeken naar oplossingen voor onze problemen,” schreef ik,  “is ons oog altijd gericht op Nederland terwijl  er landen in de buurt zijn, die oplossingen hebben bedacht, die beter geschikt zouden zijn geweest voor ons land. Costa Rica dat op het gebied van de democratie gelijk gesteld wordt met Zwitserland zou in veel opzichtenvoor ons land als voorbeeld kunnen dienen.. De president wordt bijvoorbeeld rechtstreeks gekozen door het volk. Hij wijst zijn vice president aan. Als hij een man is moet die een vrouw zijn en omgekeerd. Ik hield vervolgens een pleidooi voor toepassing van het Duitse kiesstelsel dat ook daar wordt toegepast. Ik stelde voor: vijf en twintig zetels volgens het districtenstelsel en vijf en twintig volgens het evenredige stelsel.

Natuurlijk had geen mens belangstelling voor mijn voorstel. Daar ben ik al lang aan gewend. In 1963 stelde ik in een artikel in de toenmalige Vrije Stem voor dat de overheid in elk erf op verzoek van de burger een vruchtboom moest laten planten. Had men het voorstel aangenomen dan was Suriname vandaag de dag de vruchtentuin geweest van Zuid Amerika met sappenfabrieken en al. Ik schreef verder dat de tilapiavis onze kwie kwies aan het uitroeien is. Ik stelde voor dat de overheid visgaten zou aanleggen om kwies kwies te laten uitbroeden om ze dan los te laten in moerassen in stad en land zodra ze voor zichzelf kunnen zorgen. Tegenwoordig komt de kwie kwie die in Nederland in de Surinaamse toko’s wordt verkocht uit Brazilië. Ik stelde voor om alle voetballers van het nationale elftal op te nemen in de politiedienst. Ze vervolgens een wijk te geven met tot taak behalve voor de veiligheid ook ervoor te zorgen dat de jeugd in hun wijk voetballes krijgt. Geen belangstelling. Ik kreeg te horen dat we zouden zondigen tegen de FIFA regels inzake amateurisme. 

Waarom werken wij elk voorstel steeds tegen? Minister president Colijn zei het al in de dertiger jaren in de Tweede Kamer: “De Surinamer deugt niet. Hij werkt altijd alles tegen, wat hem wordt voorgesteld. Het is te hopen dat het eens goed komt met dat land.” Na bijna tachtig jaar is het nog steeds van hetzelfde laken een pak. Misschien erger. Er heeft een inflatie plaatsgevonden van het aantal mensen dat het tegenwoordig voor het zeggen heeft, die gelijke tred liep met een deflatie van hun herseninhoud. 

Uitgangspunt

Waar gaat het om?

Elke samenleving wordt door regels bijeen gehouden. Regels worden de mens vanaf de geboorte al ingeheid om te voorkomen dat het een free for all wordt en een ieder doet waar hij zin in heeft. Ouders of ouderen leren ons wat mag en niet mag en wat wij te doen en te laten hebben. Dat zet zich voort op school, vervolgens in de kerk, dan op de werkvloer en tenslotte is het de staat die de regels maakt die voor een ieder gelden. (Tegenwoordig zijn het multinationale organisaties die regels maken voor alle landen).

In een dictatuur heeft het volk niets te vertellen over de nationale regels. Daar zorgt de leider van de staat voor.. In een koloniale setting mag het volk, soms, in zaken die het raken, via een (koloniaal) parlement meebeslissen over de regels die moeten gelden. In een democratie (letterlijk: demo (volk) kratei (regeert) heeft het volk in principe de bevoegdheid om in veel zaken mee te beslissen hoe de regels zullen luiden. Deze beslissings bevoegdheid wordt zowel op directe als op indirecte wijze uitgeoefend. In een dunbevolkte omgeving kan het volk met gemak rechtstreeks participeren in  meningsvorming en besluitvorming. Men dient in dit verband voorzichtig te zijn met het begrip volk. Niet elke burger wordt voor kieswet of democratie als volk aangemerkt. Mensen beneden een bepaalde leeftijd vallen altijd en vrouwen soms daarbuiten.

Wanneer het om grote aantallen mensen gaat is deze wijze van besluitvorming niet meer mogelijk en moet worden overgegaan op een indirecte participatie. De burgers kiezen dan vertegenwoordigers die namens hen in organen gaan deelnemen aan de deliberaties over wetgeving en bestuur. Deze organen dragen veel namen: parlement, staten, huis van afgevaardigden, bondsraad, senaat, congres, assemblee, kamer etc. Uiteraard zullen de burgers die personen als hun vertegenwoordiger aanwijzen, waarvan zij de zekerheid hebben dat zij over bepaalde zaken net zo denken als zij zelf, die op hen lijken, of die hen weten te paaien met beloften over een schone toekomst.

Eisen

In elk zelfstandig land zal in grondwet of kieswet wel zijn bepaald aan welke eisen een burger moet voldoen om te mogen stemmen of zoals de term luidt het actief kiesrecht mag uitoefenen. Leeftijd 16 jaar, 18 jaar, 21 jaar, 23 jaar, 30 jaar etc. Vrouwen niet, criminelen wel etc.). Vervolgens aan welke eisen een burger moet voldoen om als vertegenwoordiger te kunnen optreden of zoals de term luidt het passief kiesrecht mag uitoefenen.(21 jaar, 25 jaar, dertig jaar, vrouwen niet of wel etc.).En voor welke periode hij/zij zal worden gekozen. Twee jaar, vier jaar, vijf jaar etc.Dat zijn geen eisen die theoretisch kunnen worden onderbouwd. Vroeger werden een paar objectieve criteria aangelegd zoals een bepaald bedrag aan belasting betalen of een bepaalde geestelijke ontwikkeling. Vroeger mochten vrouwen niet meedoen omdat ze geen hersenen zouden hebben. Daarna heette het dat ze geen ziel zouden hebben. Nog steeds zijn er landen waar vrouwen niet aan politiek mogen doen. 

Politiek betaalt

Daar het aantal gegadigden voor de baan van vertegenwoordiger, het aantal beschikbare plaatsen meestal overtreft, (politiek betaalt) zal er een verkiezing moeten worden gehouden over wie de plaatsen zullen innemen. Er zijn in principe twee systemen om de winnaar vast te stellen. Het meerderheidsstelsel en het evenredigheidsstelsel. 

Het meerderheidsstelsel

Het meerderheidsstelsel of First past the post system (FPTP stelsel) is het oudste stelsel. Het wordt in veel landen toegepast onder meer Groot Brittannië, Amerika en in landen die geënt zijn op de Britse cultuur zoals de meeste dominions. Het is een eenvoudig systeem. Men stelt eerst vast hoeveel afgevaardigden er zullen zijn. 50, 200, 400 etc.Dan gaat men via het bevolkingsregister na, hoeveel kiesgerechtigden het land telt. Vervolgens worden net zoveel kieskringen (ook wel constituencies of districten genaamd) gevormd als het aantal afgevaardigden waarbij gestreefd wordt naar een gelijk aantal inwoners per kieskring. In Groot-Brittannië  646 constituencies. USA 435 districten van 600.000 mensen; Duitsland constituencies van 222.000 mensen. enz.Om de zoveel jaar (meestal 10) worden de grenzen van de constituencies weer vastgesteld en bijgesteld. Elke groepering of politieke partij stelt maar een enkele kandidaat in een kieskring. Het leidende beginsel is one man one vote.Niemand heeft meer stemmen dan de ander. All men were created equal. De groepering (of de kandidaat) die de meeste stemmen behaalt in een kieskring heeft gewonnen en krijgt de zetel.Voorbeeld uitslag verkiezing:  kandidaat A 3000 stemmen. Kandidaat B 2000 stemmen. Kandidaat C 1000 stemmen. In Engeland, USA en dominions  is A direct gekozen. In Frankrijk zegt men: wacht eens even. A vertegenwoordigt niet de meerderheid van de kiezers in het district. Dat kan alleen als hij 3000  plus 1 stem zou hebben behaald. Een nieuwe stemronde is dus nodig. 

Voordelen van het stelsel

Het  meerderheidsstelsel  gaat vorming van kleine partijen tegen hetgeen regeerbaarheid bevordert. Daarom zijn er in de landen waar dit stelsel wel wordt toegepast slechts weinig partijen. Meestal niet meer dan vijf. Vergelijk dat eens met ons land met zijn 28 partijen. Bovendien is er een grotere binding tussen kiezers en gekozenen. De kiezer weet precies wie hem of haar zal vertegenwoordigen. 

Tenslotte kan in principe direct na een verkiezing een regering aantreden en blijft coalitievorming achterwege. Soms is er een schaduwkabinet. Dan weet men precies wie de volgende ministers zullen zijn.

Het nadeel is dat de stemmen van grote groepen mensen verloren gaan.

Als de ene partij in alle districten met een nipte meerderheid van stemmen de zetels wint krijgt de andere partij niets. Dit wordt aangetoond door de situatie in l958 in ons land. Hoewel de democratische partij van David Findlay duizenden stemmen had behaald kreeg zij in het parlement geen enkele zetel en de tegenpartijen alle zetels. Dit wordt in sommige landen gerepareerd door een combinatie met het evenredige stelsel.In Duitsland worden bijvoorbeeld 358 afgevaardigden via het meerderheidsstelsel gekozen maar nogmaals 358 zetels via het evenredigheidsstelsel.

Het evenredigheidsstelsel

Dit systeem wordt in de meeste andere landen toegepast. Ook hier geldt het one man one vote principe. Bij mijn weten, maar ik weet ook niet zoveel, wordt het Surinaamse systeem waarbij een persoon meerdere stemmen heeft nergens anders in de wereld toegepast.

In dit stelsel wordt het hele land beschouwd als een enkele kieskring. Eerst wordt bepaald hoeveel zetels er zullen zijn.  300, 500 etc. Het totaal over het gehele land uitgebrachte stemmen wordt gedeeld door dit aantal. Elkeen brengt slechts een stem uit. Het aantal uitgebrachte stemmen wordt gedeeld door het aantal zetels. Dit levert de kiesdeler op. De stemmen die zijn uitgebracht op elke groepering worden gedeeld door deze kiesdeler. Voorbeeld totaal aantal stemmen over het hele land 150 000. Aantal te verdelen zetels 100. Kiesdeler is 1500.

Partij A  behaalt 50 000 stemmen;  Partij B 70.000 stemmen; Partij C 25000 stemmen en Partij D 5000 stemmen.

Partij A krijgt dus 33 zetels (50.000 gedeeld door 1500)

Partij B  46 zetels (70 000 gedeeld door 1500)

Partij C  16 zetels ( 25 000 gedeeld door 1500)

Partij D  3 zetels (5000 gedeeld door 1500)

Maar ziet. Er zijn maar 98 zetels toegekend. Wat gebeurt er nu met de twee overgebleven zogenaamde restzetels? Wie krijgt ze?

Voer voor de wiskundigen die allerlei systemen hebben uitgedacht over aan welke groepering deze restzetels moeten worden toegewezen. 

Beoordeling 

Het nadeel van het evenredigheidsstelsel is dat het de oprichting van mini partijen bevordert die over het hele land stemmen kunnen trekken. Die krijgen een betekenis die omgekeerd evenredig is aan hun belang doordat ze op de wip kunnen gaan zitten. Voetballerspartij, Dierenpartij etc. je kunt het niet zo gek bedenken. Dat zien wij bijvoorbeeld in Nederland gebeuren waar een partij op christelijke grondslag die toevallig op de wip zit de opening van winkels op de zondag kan tegenhouden met een beroep op de Bijbelse wet van zondagsrust.

Na elke verkiezing moeten ellenlange coalitie besprekingen worden gevoerd. De laatste Belgische regering werd pas  na een jaar onderhandelen gevormd. 

Men heeft getracht dit te repareren door de invoering van een kiesdrempel. Beneden een bepaald percentage krijg je geen zetel. Het schijnt niet te helpen tenzij de polsstok hoog wordt gelegd met een kiesdrempel van bijvoorbeeld 10 procent. Als je minder dan tien procent van het totaal uitgebrachte stemmen behaalt krijg je niets.

Coalities

Evenredige vertegenwoordiging leidt er  meestal toe, dat geen enkele partij de absolute meerderheid  haalt. Dat betekent dat partijen na de verkiezingen een coalitie moeten gaan vormen die het land gaat regeren. De kiezer heeft echter geen invloed meer op wie uiteindelijk met elkaar gaan regeren. Evenmin heeft de kiezer invloed op de compromissen die partijen met elkaar sluiten om tot samenwerking te kunnen komen. De laatste samenwerking van VVD met PVDA zorgde voor onvrede in beide kampen.De VVD een rechtse partij met alles voor de werkgevers en elite klasse en een linkse partij met alles voor de arbeidersklasse kan nooit goed gaan.

Suriname

In ons land doen we altijd alles anders. We hadden eerst een soortement meerderheidsstelsel. We gingen uit van bestaande districten. Coronie, Nickerie etc. Dit had niets te maken met kiesdistricten of constituencies. Vervolgens bepaalden we volkomen willekeurig Coronie 1 zetel, Nickerie 2 zetels. Een burger in Coronie had 1 stem. Een burger in Nickerie had 2 stemmen. Een burger in Paramaribo had tien stemmen. Dit in afwijking van wat in de beschaafde wereld gebruikelijk is waar het principe is one man one vote. Let wel, willekeur zit bij ons ingebakken. Dat hebben we van de feodaliteit toen de feodale heren alles mochten. Dat noemde men das freie ermessen. Naar eigen goeddunken. 

De consequentie was, zoals boven al vermeld, dat de Democratische Partij van David Findlay in 1958 met duizenden stemmen geen enkele zetel in het parlement kreeg. De Nickerie Onafhankelijkheidspartij van Dewnarain Poetoe kreeg twee zetels met slechts een paar duizend stemmen. En wat te denken van Coronie. Met 600 stemmen hadden ze al een zetel. 

Maar ook de VHP had daar moeite mee. Al haar stemmen in Paramaribo gingen volgens het bestaande stelsel steeds weer verloren. Men besloot tot reparatie in 1963 om de VHP haar zin te geven. Er werd een landelijke evenredige vertegenwoordiging ingesteld. 24 zetels via meerderheidsstelsel en 12 via landelijke evenredige vertegenwoordiging. Maar zoals bij ons gebruikelijk moesten wij het weer beter weten. We handhaafden het verkapte meerderheidsstelsel. We gingen niet uit van kiesdistricten met een gelijk aantal kiezers, maar namen de bestaande districten als uitgangspunt en bepaalden Coronie 1 zetel Nickerie 2 zetels Paramaribo 10 zetels. Etc.

Een kiezer had net zoveel stemmen als zijn geografisch district kandidaten had. Er werd dus nog steeds afgeweken van het principe van het one man one vote dat eigenlijk over de hele wereld gangbaar is. De consequentie van dit stelsel, dat wij nog steeds toepassen is, dat wij hier wekenlang mensen moeten leren stemmen. Floggo alla tieng. Zowel in het  meerderheidsstelsel, Britse stijl, als in het evenredigheidsstelsel, Nederlands- Europese stijl, komt de kiezer het stemlokaal binnen, krijgt een potlood, kleurt een vak rood en verdwijnt. Zelfs een analfabeet kan de was doen. Bij ons duurt het met zo weinig kiezers weken totdat de stemmen behoorlijk zijn geteld wegens het grote aantal verkeerd uitgebrachte stemmen en het grote aantal analfabeten…

In 1987 kregen wij een nieuw gedrocht. En wij zitten nog steeds met een gedrocht. In andere landen met een miljoenen bevolking weet men na een verkiezing binnen een paar dagen al hoeveel zetels een partij heeft gehaald. Met onze 360.000 stemmen moeten wij weken daarop wachten. Waarom? Waarom zijn we zo afwijkend? Waarom moeten wij een universiteit vernoemen naar een communist? Dat gebeurt toch nergens anders?Behalve Cuba maar dat land is niet toonaangevend.

Reparatie

In mijn proeve stelde ik zoals al gezegd de toepassing van het Duitse systeem voor. 25 zetels via het meerderheidsstelsel na de vorming van constituencies met gelijk aantal kiezers en 25 zetels volgens het evenredigheidsstelsel landelijk met het hele land als een enkel kiesdistrict. . In dit stelsel krijgt elke burger twee stemmen. Daar had niemand enige belangstelling voor.Dat men mijn voorstellen eigenlijk niet de moeite waard vindt, och daar ben ik al aan gewend. Een dame zei tijdens een t.v. talk show: “van een man als Donner valt niets te leren.” Maar dat de mensen die belast waren met de architectuur van ons kiesstelsel niet op de hoogte zouden zijn geweest van het Duitse stelsel dat toch zo gemakkelijk en zo eerlijk is, is toch wel frappant. Voordat men iets doet, moet men toch nagaan hoe het elders geschiedt? Zelfs in Nederland wil men overgaan op het Duitse stelsel. Er zijn Nederlandse documenten die het daarover hebben. 

Nederlandse mening

In een rapport van de staatscommissie (commissie de Graaf) die destijds door minister president Balkenende was ingesteld, werd voorgesteld het Nederlandse stelsel zodanig te hervormen dat 75 leden van de tweede kamer worden gekozen volgens het meerderheidsstelsel en 75 volgens het evenredigheidsstelsel. Dat is dus kopie conform het Duitse stelsel.

Kiezers zouden twee stemmen uitbrengen: één op de landelijke lijst van een politieke partij en één op een districtskandidaat. De bedoeling van het voorstel was de band tussen kiezers en gekozenen te versterken door de helft van de Tweede Kamer in districten te kiezen. De kandidaten die in een district de meeste stemmen hadden gekregen zouden direct namens hun partij in de Tweede Kamer komen. (Dit is het Britse systeem). In totaal zouden op die manier 75 districtsvertegenwoordigers in de Tweede Kamer komen.Vervolgens zou op basis van de uitgebrachte eerste stemmen worden vastgesteld hoe de Tweede Kamerzetels naar evenredigheid over de partijen moesten worden verdeeld. Het vaste aantal van 150 Tweede Kamerleden zou gehandhaafd blijven.

Ik weet niet wat er is geworden  van het Nederlandse voorstel. Ik weet wel dat sommige van mijn  leerlingen, waarvan een het zelfs wist te brengen tot minister,  er bezwaar tegen hadden omdat dit het clientelisme (Nederlands voor regelen) zou bevorderen.

Nu wij het toch hebben over de neiging om het steeds beter te weten het volgende ter afsluiting van dit essay:

. Ik kijk steeds met gemengde gevoelens naar de uitzendingen over de aan de gang zijnde Zuid Amerikaanse voetbal kampioenschappen en sta soms versteld over de kennis die door de commentatoren aan de dag wordt gelegd. Hoe de t.v. stations er toch in slagen aan zoveel deskundigen te komen is beyond me. Ik vraag mij af hoe het dan toch komt dat wij pas kort geleden door Nicaragua op eigen veld werden afgedroogd. We krijgen te horen dat wij maar een half miljoen inwoners tellen maar Nicaragua zes miljoen. Maar kort geleden werden we ook door Sint Vincent met zijn 150000 inwoners afgedroogd..  We hebben zelfs kritiek op de scheidsrechters die het niet goed zouden doen. Waarom zijn we niet door de FIFA uitgenodigd om een paar deskundigen te leveren. Trinidad zag kans om met een Nederlandse trainer door te schuiven naar de wereldkampioenschappen van de FIFA. Jamaica deed dat met een Duitse trainer. Doen we niet! zeggen wij. We halen gewoon de spelers van Surinaamse  komaf uit Nederland om het voor ons te doen. Dat wij met problemen te kampen zullen krijgen over dubbele nationaliteit, och daar draaien wij de handen niet voor om. Het idee van Donner om alle goede voetballers in politie of militaire dienst te zetten om de jeugd te leren voetballen is gewoon gelul. Van een man als Donner valt niets te leren zoals een wijze vrouw met niet meer dan lagere school al durfde te zeggen. . Waarom zou de president aan de bosbewoners moeten zeggen om in ruil voor alles wat hij voor ze doet en zal doen elke dag een pit van een vrucht in de grond te steken? Dat is toch leuterpraat?

Dan maar een mop om een paar mensen een glimlach te ontlokken. Maar even terzijde. Kortgeleden werd mij weer door een dame de les gelezen in bewoordingen die mij eraan herinnerden geen essays te sturen naar mensen die daar niet om gevraagd hebben. Het vervelende is dat ontvangers van mijn essays die forwarden naar mensen die daar niet om gevraagd hebben en dan krijg ik dat op mijn boterham. 

Flower Bribes 

One Friday, two women were sitting and talking. One woman looked up and saw her husband coming down the street with a bunch of flowers in his hand.

She rolled her eyes and said, “There comes the a**hole with flowers in his hand. Now he’ll expect me to spend the weekend on my back with my legs in the air.”

Her friend promptly replied, “Don’t you have a vase?”

 
  

Paraplegic 

There once was a lady who was tired of living alone. So she put an ad in the paper which outlined her requirements. She wanted a man who…
1) would treat her nicely
2) wouldn’t run away from her
3) would be good in bed.

Then, one day, she heard the doorbell ring. She answered it, and there on the front porch was a man in a wheel chair who didn’t have any arms or legs.

“I’m here about the ad you put in the paper. As you can see, I have no arms so I can’t beat you, and I have no legs so I can’t run away from you.”

“Yes, but are you good in bed?”

“How do you think I rang the doorbell?”

 

En tenslotte een Hollandse om u voor te bereiden op meer ergernis.

De juffrouw ziet een van haar leerlingen tevergeefs trachten de deurbel van een woning te bereiken. “Ach arme jongen.” Zegt ze. “Laat me je helpen.”

Ze drukt op de schel.

“En nu rennen,” zegt kleine Mohammed.

APPENDIX

Als u uitgelachen bent  heb ik nog een paar zaken voor u om over na te denken. Het is straks weer een vrije dag, dus daar zult u wel genoeg tijd voor hebben, dacht ik.

Het eerste is een artikel van de hand van de heer mr.Richard Kalloe: “Van crisis naar crisis”. Dat neem ik uitdrukkelijk op om te voorkomen dat u gaat denken dat het door mij zou zijn geschreven, zozeer verwoordt de man mijn gedachten. 

20-06- 2015

“Nu kunnen we met z’n allen meer dan ooit duidelijk vaststellen hoe eerlijk ons kiesstelsel wel is. De NDP met 114.000 stemmen krijgt 26 zetels, V7 met 100.000 stemmen krijgt slechts 18 zetels: een verschil van 8 zetels. Het verschil zit hem niet alleen in de oneerlijkheid van het kiesstelsel, maar vooral in het feit dat de stemmen van de NDP van een andere kwaliteit zijn dan die van de V7. Grofweg kun je stellen dat de stemmen van de NDP afkomstig zijn van mensen die niet voor zichzelf kunnen zorgen en nu politieke macht krijgen om verder te leven op kosten van de gemeenschap. Hoe kunnen mensen die niet voor zichzelf kunnen zorgen het land opbouwen? Want voor deze mensen worden huizen gebouwd, alle staats-, radio- en tv-stations staan tot hun beschikking en ze krijgen een beloning voor bezig zijn, billen poetsen vrij vertaald. Dus je kunt moeilijk van deze mensen verwachten dat ze voor de rest van de gemeenschap gaan zorgen. Het zijn consumenten van technologie en van ontwikkeling. Ze willen steeds meer voor minder prestatie. Er worden doorgaans geen huizen gebouwd voor de achterban van V7 en deze mensen worden overwegend niet verzorgd uit gemeenschapsgelden. Ze hebben uit eigen middelen hun radio- en televisiestations opgezet. Het zijn in zijn algemeenheid dragers van ontwikkeling en van beschaving. Zij kunnen een bijdrage leveren aan de opbouw van het land.” Tot deze krachtige conclusie komt Richard Kalloe, econoom, ex-minister en politiek analist.

“Het kiesstelsel is niet alleen oneerlijk, maar zorgt ervoor dat het land geregeerd wordt door mensen die niet bekwaam zijn in sociaaleconomische opbouw en inrichting van een moderne natiestaat.” Vervolgt mr. Kalloe zijn j’accuse. “Niemand moet mij komen vertellen dat mensen achtergesteld zijn en daarom recht hebben op een inhaalmanoeuvre. Evolutionair, volgens de natuurwetten en volgens de wetten van de kosmos, is inhalen niet mogelijk. En vooral niet wanneer je een voorsprong van circa 200.000 jaar gehad heb op de mensen die op mij lijken. We zijn alweer in een crisis beland. Andere landen hebben tsunami’s, orkanen, een aardbeving, vulkanen, sprinkhanenplagen, wij hebben de NDP. Zo sukkelen we voort van crisis naar crisis. Ondanks tientallen miljarden Amerikaanse dollars welke de Surinaamse regering gespendeerd heeft in de afgelopen jaren zijn we qua rating geen centimeter opgeschoten. Het is duidelijk, men weet niet wat economische ontwikkeling is en hoe ze dat moeten realiseren. Men is gewoon cultureel genetisch een big spender en consument van ontwikkeling en van beschaving. Wij kunnen moeilijk zo blijven doorgaan. Het ligt aan de voorzitter van de NDP om de heilloze weg naar onderontwikkeling te verlaten en te kiezen voor de weg naar ontwikkeling. Zal hij de geschiedenis willen ingaan als de man die telkens een puinhoop achterlaat of zal hij besluiten om te breken met het verleden en de weg van steady en duurzame ontwikkeling inslaan? Kiest hij voor het laatste dan zal hij in zijn regeercombinatie mensen moeten opnemen die weten hoe ontwikkeling te brengen en deze te realiseren”, zegt Kalloe.

Master of science Derijck Ferrier bekijkt het vanuit een andere hoek zonder expressis verbis het j’accuse uit te spreken.

“Het is voor het eerst in de geschiedenis,” zegt de wetenschapper,  “dat het electoraat in meerderheid bestaat uit kiezers die het drama van 8 december 1982 niet hebben meegemaakt, of toen te jong waren – 14 jaren en jonger – om enig besef te kunnen hebben van wat er toen de Surinaamse samenleving werd aangedaan door de groep van Bouterse. Voor de meerderheid van het electoraat blijken de wandaden in het verleden gepleegd door Bouterse c.s. geen belemmeringen te zijn voor zijn populariteit. Zijn veroordeling door de rechter in Nederland als Cocaïnebaas evenmin.”

Tot zover het betoog.

Waarom zijn we zo. 

We wijken in veel opzichten qua karakter af van de Hollanders terwijl we worden geacht hun leerlingen te zijn. Een Amerikaanse hoogleraar legde me eens uit hoe dat zou kunnen zijn gekomen. Het onderwijs systeem in Holland,” zei hij “is beginpunt in het denken en leven van de Hollanders. De leerlingen krijgen een groot aantal vakken. Van alles een klein beetje. De Hollander groeit vervolgens op met boeken. Het eerste cadeau dat een ouder geeft aan een kind is een boek. Hij blijft tot zijn dood lezen. Daardoor weet hij dat hij weinig weet en steeds ingewikkelde zaken moet overlaten aan mensen die meer weten. 

In Suriname krijgen de leerlingen precies net zoveel vakken als in Nederland en zijn bovendien meertalig.. Maar zodra iemand in Suriname is afgestudeerd van de lagere school of van een hogere opleiding, meent hij dat hij alles al weet, Hij hoeft geen boeken meer te lezen. Hooguit de krant om te vernemen hoe slecht de medemens wel is. Zelfs op de universiteit wordt niet gewerkt met boeken maar met uittreksels die zo in een prullenbak kunnen verdwijnen.

Hij  neemt slechts dingen over van Nederland zolang die door Holland betaald worden. Vervolgens neemt hij beslissingen ad hoc met lak aan Holland.” Aldus de hoogleraar anthropologie.

Ik had de gelegenheid reeds spoedig de waarheid van zijn suggestie in werking te zien.

Er werd een commissie van eisen ingesteld om vorm te geven aan de universiteit. Ik werd tot voorzitter benoemd. We gingen uit van een campus. Alle studenten zouden gedurende enige jaren onder elkaar wonen. De bedoeling was daarmee de integratie te bevorderen. Elke afgestudeerde  zou bij benadering ook weten wat een andere academicus in zijn mars had voor later. Er was daardoor veel ruimte voor sportbeoefening en voor het bijwonen van lezingen. Plotseling verscheen een man die beweerde door de EEG te zijn gestuurd om ons te helpen. Hij wenste een universiteit naar Europees model anders zouden we geen geld krijgen.. Alles wat door ons was bedacht werd geschrapt. Ik trad af als voorzitter, de overige leden bogen het hoofd.

Als we de kans daartoe krijgen gaan we dwarsliggen. Dan hebben we lak aan Nederland of aan welk land dan ook. Dat voltrok zich later met de universiteit. Terwijl in alle landen een universiteit wordt vernoemd naar een groot geleerde, een stad, een land of een streek etc. werd onze universiteit vernoemd naar een revolutionair die geen enkele bemoeienis ooit heeft gehad met de wetenschap. Over een paar  jaar wanneer duizenden van onze afgestudeerden elders in de wereld zullen trachten aan de bak te komen zal dat ze wel opbreken. Maar daar zullen de mensen die dit voor elkaar kregen en al lang onder de zoden liggen wel  lak aan hebben.

Terugroeping

Weer zitten we met een probleem waar wij niet uit kunnen komen.We kunnen niet terugvallen op jurisprudentie die elders is tot stand gebracht door werkelijke knapkoppen, maar moeten steeds met onze geringe capaciteiten beslissingen nemen over allerlei ingewikkelde zaken. 

Trias politica

We gaan uit van de scheiding der machten. Hoe is het dan mogelijk dat het staatshoofd de nieuwe voorzitter pro tempore van het parlement moet beëdigen? Ik kan me voorstellen dat dit geschiedt door de president van het hof van justitie die geen politieke figuur is en boven partijen staat. Maar de president? What about als hij zegt ik doe het niet. De man is mijn politieke vijand? 

Dan komt nog een ander probleem boven water. De  terugroepings kwestie.De heer mr. Carlo Jadnanansingh schijnt de enige te zijn die zich wetenschappelijk met de zaak bezighoudt. De rest is silence.Ik heb  geen verstand van staatsrecht om daarover iets zinnigs te zeggen. Ik wil het weinige dat ik daarvan weet delen met de lezers. Ik pleeg in dit soort zaken steeds terug te grijpen op de Grieken. Plato onderscheidde in zijn Politeia vijf staatsvormen

1.Een aristocratie: waarbij de dienst wordt uitgemaakt door de ‘besten’ (áristos=meest bekwaam). Dat zijn degenen die in filosofisch en militair opzicht de beste prestaties geleverd hebben.Tegenwoordig spreken wij van meritocratie.

2.Een timocratie: De dienst wordt uitgemaakt door militairen.

3.Een oligarchie:  De mensen met geld hebben het voor het zeggen.

4. Een democratie: 

Plato had daar geen goed woord voor over. Darren’ hebben het hier voor het zeggen. Zoals darren een pest zijn voor de bijenkolonie, zo zijn deze mensen een pest voor de samenleving. Er zijn darren met angel (criminelen, en corrupte politici) en darren zonder angel (hulpverslaafden en hulpbehoevenden). In een democratie zou er volgens hem teveel vrijheid zijn, waardoor zij  vroeg of laat leidt tot tirannie. Dat zagen wij in Venezuela onder Hugo Chavez.

5.Een tirannie: Het volk draagt de macht over aan één persoon en moet zich dan aan hem onderwerpen. Dit resulteert onvermijdelijk in uitbuiting en slavernij. Tirannie is volgens de Politeia de hoogste vorm van immoraliteit.

In de loop der tijden zijn er nieuwe staatsvormen bijgekomen, althans men heeft andere namen ontworpen voor de bekende staatsvormen van Plato.

6.De particratie. De politieke partijen maken de dienst uit. Dit is eigenlijk een variant van democratie.Het volk geeft zijn stem aan partijen die vervolgens de dienst gaan uitmaken in de staat.

6 De ochlocratie  ochlocratia; menigte, (mensen)massa” en κρατία “heerschappij”) Hier zijn het de opvattingen van de menigte die de dienst uitmaken.. Vanwege de negatieve connotatie als ontaarde vorm van democratie wordt zij in het Nederlands ook wel “heerschappij van het gepeupel” genoemd.Het is een ontaarde vorm van democratie.

.

De politieke partijen wijzen de mensen aan die de partij moeten vertegenwoordigen in het parlement. Die de meningen van de partij in het parlement moeten uiteenzetten en verdedigen.. Hieruit vloeit logischerwijze voort dat als iemand uittreedt uit zijn partij of eruit wordt gegooid of niet langer eens is met de ideologie van de partij dat hij moeilijk zijn zetel in het parlement kan behouden. Dat zegt mijn logisch verstand. Misschien kan iemand met meer verstand van deze zaken mij uitleggen waar ik verkeerd ben.

De oude Iding Soemita had een geweldige oplossing gevonden voor deze situatie. Een ieder die gekandideerd wilde worden moest een brief ondertekenen gericht aan de voorzitter van het parlement waarin hij zijn ontslag als Statenlid aanbod. Als het lid naar een buitenlands evenement ging-ze zijn gek op reizen onze parlementariers. Ze krijgen veel daggelden, dan werd de brief ingediend. Terwijl de betrokkene in het buitenland was kon hij dan in de krant lezen dat hij zijn ontslag had ingediend.

Onderwijshervorming En economie

Door
Mr.dr. W.R.W.Donner

Na de tweede wereldoorlog werden in bijna alle landen ingrijpende onderwijshervormingen doorgevoerd met als hoofddoel de toegang tot het betere onderwijs dat was voorbehouden aan de elite (mensen met kapitaal of hersenen) ook toegankelijk te maken voor het gewone volk. Socialisten en met hen sympathiserenden, hadden een gruwelijke hekel aan de sociale stratificatie dat wil zeggen de verdeling van de samenleving in have’s en have nots. De have’s bezaten reeds alle kapitaal. Ze hadden daarnaast de wet zodanig georganiseerd dat slechts mensen uit hun gilde in aanmerking kwamen voor de interessante jobs in den lande. Zo werden ze steeds rijker. De beroepen van arts en advocaat e.d. waren slechts bestemd voor mensen met een academische opleiding maar om daarvoor in aanmerking te komen moest je bijvoorbeeld in Nederland een gymnasium diploma bezitten. Daar kon de hoi polio niet aan voldoen. De voorstanders wensten de samenleving te nivelleren.

Gelijkheid werd het parool.

Zweedse school

Uit onverwachte hoek kregen zij steun voor hun denkbeelden. Uit een onderzoek dat de Zweedse economische school in de twintiger en dertiger jaren had verricht, was uit de bus gekomen, dat er een positieve colleratie bestond tussen geestelijke ontwikkeling en economische ontwikkeling. Dat wil zeggen, hoe groter de algemene ontwikkeling hoe welvarender een land. Welnu, zeiden sommigen, er ligt een ongetapt reservoir van kennis bij de hoi polio dat de vrije ruimte moet krijgen. Dat zal een geweldige economische groei te zien geven.

De onderwijs hervormingen kwamen uit deze twee richtingen voort. De laatste tijd komen de evaluaties los.

Nivellering

In opdracht van de Raad voor
Maatschappelijke Ontwikkeling werd door de Radboud universiteit in 2010 een rapport uitgebracht getiteld Recente ontwikkelingen in sociale stijging en daling in Nederland

Voor vrouwen is er nog steeds een ‘glazen plafond’ op de arbeidsmarkt, zegt het rapport. Ze blijven achterlopen

Het rapport geeft aan dat er een zekere nivellering is ingetreden. Veel vrije beroepen die vroeger ontoegankelijk waren geweest voor mensen uit de onderlaag van de samenleving, worden nu door hen ingenomen.

op mannen. Mannen maken nog altijd meer carrièremobiliteit mee dan vrouwen. De vraag blijft overigens in hoeverre dit het resultaat is van institutionele belemmeringen (zoals onvoldoende faciliteiten voor kinderopvang), sekse discriminatie door werkgevers op de arbeidsmarkt of verschillen in preferenties en

ambitieniveau tussen mannen en vrouwen.
Tenslotte meent het rapport dat er een
zogenoemde granieten kern van mensen bestaat in de Nederlandse samenleving die zich langdurig aan de onderkant van de samenleving bevindt en voor wie actieve participatie (bijvoorbeeld op de arbeidsmarkt)

niet of nauwelijks is weggelegd.Al met al is men echter niet ontevreden over het resultaat dat met het openbreken van het onderwijs was bereikt. Sociale onrust was afgewend..

Over de invloed van de openbreking van het onderwijs voor de economie laat het rapport zich niet uit.

Economie

De rapporten over de economische gevolgen van de hervormingen zijn minder lovend.
In mei 2013 verscheen in National Institute Economic Preview van de hand van de Britse econoom Craig Holmes van de universiteit van Oxford, een belangwekkende studie getiteld

Has the Expansion of Higher Education Led to Greater Economic Growth?

Hij betoogt aan de hand van een onderzoek, van economieën en onderwijs uit 90 landen wereldwijd, dat al te gemakkelijk aangenomen wordt dat investeren in (vooral) hoger onderwijs als vanzelf tot meer economische groei leidt. Dat was helemaal niet bewezen.

Negatieve gevolgen

Het aantal rapporten over de negatieve effecten neemt steeds verder toe.. Meer en meer begint men second thoughts te krijgen. Er blijken geesten uit de fles te zijn gehaald die niet meer teruggeduwd kunnen worden.

1.Kinderen die vroeger na de lagere school in de eenvoudigere beroepen terecht kwamen van tuinman, vuilnisman, vruchtenplukker e.d. weigerden daarin terug te keren na een middelbare school opleiding. Marokkanen en Turken moesten worden binnengehaald. Daar maakt men zich tegenwoordig ernstige zorgen over. Deze immigranten maakten kinderen die ook naar school moesten waar ze het peil negatief beïnvloedden. De Europeanen haalden hun kinderen weg en zo ontstonden zwarte scholen met honderd procent allochtonen. Die krijgen ook diploma’s waar de arbeidsmarkt de neus voor ophaalt. De groep van angry young men and women wordt met de dag groter.

2.Mensen zonder voldoende ondergrond kwamen op de middelbare scholen terecht. Hun talenkennis was matig. Hun basisontwikkeling was matig. Het onderwijspeil moest worden verlaagd om hen tegemoet te komen. Ze kwamen op de universiteiten waar het peil ook moest worden verlaagd. Er werd een nieuwe term ontwikkeld: diploma inflatie. Vroeger wist men, dat iemand met een diploma X die en die kennis had en die en die job aankon. Weet men niet meer.

3. Er ontstond grote behoefte aan leerkrachten. Vrouwen stroomden toe. Vrouwen zijn anders. Iemand die weigert dat in te zien is niet van deze wereld. Die hoeft slechts een kijkje te nemen in een klas na een wedstrijd Barcelona Real Madrid. Terwijl ze aan het oreren zijn over Anna die verliefd is op Henk die er vandoor gaat met Clara zitten de jongens naar buiten te staren of worden dropouts.

De meisjes kiezen later voor populaire studies als psychologie, communicatiewetenschap, bedrijfskunde en cultuurwetenschappen die langzamerhand nutteloos worden geacht voor de economie.

4. In een Nederlands rapport van 2004 getiteld Deltaplan, staat deze zin: “Er is sinds de jaren zestig (dat is het jaar waarin de Cals hervormingen tot stand kwamen) sprake van een sterke oriëntatie opalfa

vakken. Het Kabinet Balkenende IV wil meer mensen een bèta- of technische studie laten afronden.

5. In een studie uit 2010 van de Universiteit van Maastricht wordt een netto tekort van 77.000 bètatechnici op de arbeidsmarkt geconstateerd. Dit leidt tot productie verkleining of vlucht van bedrijven naar landen waar deze technici wel voorhanden zijn.

6. De toevloed van vrouwen op de universiteiten en bij het onderwijs wordt verantwoordelijk gesteld voor dit tekort dat dwingt tot de import van technici uit India en Oost Europa.

7. We kregen het fenomeen van de pretpakketten. Gemakkelijke vakken worden bijeengeharkt om aan een diploma te komen. Herkansingen zijn thans schering en inslag. Studieboeken lezen is er niet meer bij. Er is een groot gebrek aan kennis van het Duits of het Engels in welke talen de meeste studieboeken verschijnen. Er kwamen zogenaamde readers met verkorte verhandelingen. Op de scholen werd geen bellettrie meer gelezen. Men begon te werken met uittreksels. De leescultuur nam af. De afgestudeerden zijn voor het bedrijfsleven onbruikbaar. Zet ze aan het werk om een Engelse brief te schrijven.

Scheefgroei

Op alle mogelijke manieren proberen de autoriteiten de scheefgroei tegen te gaan. De huidige fractieleider van

de VVD in de tweede kamer Zijlstra, bepaalde destijds als staatssecretaris voor onderwijs, dat in het jaar 2020 minstens dertig procent van de leerkrachten bij het onderwijs uit mannen moet bestaan. President Obama zei dat tijdens zijn regime meer dan honderd duizend nieuwe leerkrachten voor math en sciences moeten bijkomen. Je kunt op je vingers natellen dat hij daarmede mannen bedoelt. Vrouwen zijn weinig geïnteresseerd in math en sciences. Kijk maar naar de belangstelling voor schaak.

Onbeheersbaar

De zaken dreigen onbeheersbaar te worden. Laatst nog bepaalde de Nederlandse overheid dat studies zoals Kroatisch en Keltisch die niet bijdragen tot de economische ontwikkeling te duur worden en dienen te worden afgeschaft. Uit protest gingen de studenten de straat op en bezetten het Maagdenhuis en eisten inspraak en aftreden van het universiteitsbestuur. Bet your life dat ze hun zin krijgen. De zaken zijn onbeheersbaar geworden. Er is een nieuw fenomeen. Ministers azen allen naar een baan bij het bedrijfsleven na aftreden. Tweede keus zijn de posities als burgemeester. Die raken ook op. Dan maar hoogleraar aan een universiteit. De ministers van nu zorgen ervoor noch het bedrijfsleven noch de studenten tegen het haar in te strijken. Ze zien de bui al hangen daar in het

Avondland. De moslims zijn in aantocht. De Aziaten zijn in aantocht. Apres nous le deluge.

En nu Suriname

We begonnen al in 1963 met tornen aan het onderwijs. Voordat Nederland de Mammoetwet goed en wel had ingevoerd hadden wij de belangrijkste bepalingen al toegepast met Lyceum en al. Op de voet daarvan volgde onze universiteit. Hoe is het ons vergaan? Precies zoals in Nederland is er veel maatschappelijk genivelleerd. Zelfs meer. Thans vinden we veel mensen van eenvoudige komaf in de hogere beroepen. Maar intussen denkt elke tuinman in ons land dat hij lid van het parlement kan worden. De zaak schijnt te zijn doorgeslagen.

En economisch? Is onze economie gegroeid?

Existentiële vragen

In een prachtige oratie die in 2009 door professor Marten W. Schalkwijk werd gehouden bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar aan de Anton de Kom Universiteit (oh wat haat ik die naam) getiteld Ontwikkeling als blijvende uitdaging, vraagt de professor zich af wat er voor nodig is om de enorme potentie die wij hebben tot ontwikkeling te brengen, zodat onze bevolking een veel beter leven kan leiden. “Deze vraag wordt pertinenter,” vervolgt hij, wanneer je elke dag opnieuw geconfronteerd wordt met

zwervers, daklozen en arme mensen, die aan de rand van de samenleving terecht zijn gekomen, terwijl ons land toch voldoende rijkdom heeft om een ieder een menswaardig bestaan te kunnen bieden. Je kijkt naar baby‟s en die zien er allemaal even lief uit aan het begin van hun leven, maar waarom eindigt de ene in goeden doen en de andere als een zwerver? Het zijn existentiële vragen als mens, maar ook als volk.”

De professor is blijkbaar dus ook van mening, dat de onderwijs hervorming die wij doorvoerden en waardoor nu honderden met een titel rondlopen, niet tot een welvarender economie heeft geleid. Helaas geeft hij geen aanwijzingen hoe we dan wel uit de doolhof van armoede (een term die hij in zijn oratie beslist honderd malen gebruikt) kunnen geraken.

Zal ik de vraag die hij zich in zijn oratie stelt, voor hem beantwoorden?

Leescultuur

In tientallen essays heb ik mijn mening gegeven waar het aan schort in ons land.
Ik zal dan maar weer voor de zoveelste maal de stem des roepende in de woestijn zijn. De economie van ons land,zeg ik steeds, is geen economisch maar een sociologisch probleem.

Wetenschappelijke arbeid

Heel lang terug kreeg ik een artikel onder ogen over taak en rol van een universiteit dat een grote invloed heeft gehad op mijn wetenschappelijke arbeid. Het ging over de kennis economie een term die tegenwoordig te pas en te onpas wordt gebruikt. Daarmede wordt verstaan een maatschappij vorm waarin kennis een steeds belangrijkere plaats inneemt in het productieproces. Kennis vormt de basis voor innovatie. Dat wil zeggen de creatie van nieuwe producten, en nieuwe productie technieken. Innovatie maakt economische groei mogelijk. Kennis moet worden verspreid. Het heeft geen zin kennis voor zichzelf te houden. Een universiteit, zei het artikel, speelt een cruciale rol bij de verspreiding van kennis. Als een hoogleraar wordt benoemd krijgt hij te horen, baas je wordt goed betaald. Er is aangenomen dat je iets weet waar de gemeenschap wat aan heeft. Je wordt betaald je kennis door te geven. Niet alleen aan studenten maar aan de samenleving in het algemeen. Je wordt immers uit belastingcenten betaald. Van jou wordt verwacht dat je research voortzet. Periodiek verwachten we van je dat je het resultaat daarvan aan de gemeenschap vertelt in boeken en tijdschriftartikelen.. Publish or perish. Als je niet publiceert word je ontslagen.” Dat krijgt elke hoogleraar te horen.

Grote ondernemingen,vervolgt het artikel, hebben doorgaans voldoende academici in dienst om de

nieuwe kennis die hen in boeken en artikelen bereikt, op te pakken en voor hun doel toepasbaar te maken. Nieuw aangetrokken wetenschappers passen wat ze geleerd hebben toe en zo ontstaan nieuwe producten en nieuwe technieken.

De betekenis van een universiteit, eindigt het artikel, wordt gemeten aan het aantal artikelen in wetenschappelijke tijdschriften, of nog beter het aantal malen dat deze artikelen door anderen worden geciteerd.

Tot zover de beschouwing over de taak van een hoogleraar en de verspreiding van kennis door universiteiten.
Dat had ik goed in de oren geknoopt toen ik zelf tot hoogleraar werd benoemd aan de pas opgerichte Universiteit van Suriname op voordracht van professoren van de universiteiten van Leiden en Amsterdam, (we liepen toen nog aan de leiband van de kolonialisten zouden velen nu zeggen. Doorslaggevend waren geweest mijn proefschrift en mijn artikelen in buitenlandse vakbladen). In mijn oratie bij de aanvaarding van het ambt, gaf ik aan waarmee ik mij zou gaan bezighouden. De titel luidde: enige opmerkingen over de betekenis van het wetenschappelijk bedrijfsonderzoek voor de opvoering van de arbeidsproductiviteit in Suriname. Ik gaf aan hoe kleur van de werkomgeving de productiviteit kan beïnvloeden. Hoe rustpauzen, de voeding en

sportactiviteiten, de productiviteit kunnen beïnvloeden etc. We zouden research gaan doen naar deze variabelen. Internationaal zouden we geweldig scoren als wij met publicaties over deze kwesties waarvoor ook in het buitenland wel belangstelling zou bestaan, over de grenzen zouden gaan. Door mijn vroegtijdig vertrek kwam er natuurlijk niets terecht van deze plannen. Vorig jaar gaf ik een herdruk uit van de redevoering. Die was voor noppes te halen bij de drukker Office World Hermitage Mall. De exemplaren liggen daar nog steeds. Niemand had daar belangstelling voor. Ze interesseren geen mens.

Kortgeleden kwam ik een dame tegen die economie doceert op de universiteit.. Ze had nog nooit van mij gehoord. Ze had nog nooit iets van mij gelezen. Terwijl ik toch zoveel schrijf over de Surinaamse economie. Misschien ben ik wel de enige.

Cultuurprijs

Bij de uitreiking van de SORES cultuurprijs aan mij, kreeg ik van het bestuur een substantieel bedrag dat ik besloot, in overleg met de organisatie, te besteden aan excerpten uit mijn romans die gratis zouden worden verspreid om het lezen aan te moedigen. Lezen is immers een cadans. Als je eenmaal de smaak te pakken hebt ga je automatisch door. Je ontdekt dat je onbewust

tips krijgt die je leven kunnen beïnvloeden. En zonder lezen is er geen vooruitgang.
Ik bood de minister van onderwijs drie honderd boekjes aan voor verspreiding op de scholen. Ik wacht nog steeds op antwoord van de bewindsman. Hij vindt blijkbaar de na schoolse opvang en schoolvoeding belangrijker voor de opbouw van ons land..

Sociologisch probleem

In veel essays betoog ik dat Suriname geen economisch maar een sociologisch en psychologisch probleem is. De gebruikelijke definitie van economie is: de wetenschap die de mens bestudeert in zijn streven naar meer welvaart. De econoom onderzoekt hoe hij daarbij te werk gaat, De een is succesvoller dan de ander. Dat geldt ook voor landen.

De psycholoog. onderzoekt waarom de een het anders doet dan de ander. De mens leeft in groepsverband. Dit is het domein van de socioloog. Welke impact heeft het leven in groepsverband op de groep? Waarom doet de Hindostaan het beter dan de creool? Dat is het domein van de socioloog niet van de econoom.

Zonder kennis komt een land niet vooruit. Kennis verwerft men door lezen. Waarom leest de Surinaamse mens niet? Zolang we het vertikken om te lezen en kennis overbodig achten, zullen we niet begrijpen waarom het eco toerisme in Costa Rica zo kan bloeien

terwijl wij meer te bieden hebben. Zolang we niet lezen zullen we niet begrijpen waarom buitenlandse watermeloenen zoveel lekker zijn terwijl het bij ons steeds een gok is wat we te eten krijgen. Zolang wij niet lezen zullen we niet begrijpen waarom buitenlandse investeerders ons links laten liggen terwijl we zoveel te bieden hebben.

Dan kunnen wij doorgaan met onderwijshervormingen of het toevoegen van nieuwe disciplines op de universiteit. Zolang we de leerlingen niet leren inzien hoe belangrijk lezen is, zal hun waarde voor de economie nihil blijven. Ze zullen toch blijven raaskallen. Zoals in het parlement, of op politieke meetings of in Kroetoe, waar jongelui, die niet eens weten aan welke kant van hun borstkas zich hun hart bevindt, luidruchtig kennis geven hoe dit land bestuurd moet worden. En wat te denken van onze nieuwe landgenoten die nog steeds denken in termen van korjalen en hutten. Aan de Britse econoom Parkinson danken wij zijn tweede wet, de wet van de onbenulligheid. Hoe onbenulliger de mensen hoe langer en met hoe meer gezag ze willen praten over dingen waar ze geen verstand van hebben. Het is dus geen typisch Surinaams probleem.

Dan maar een mop. De HBU had aan een Coroniaan geld geleend om een winkel te beginnen. In het begin loste hij trouw af. Toen stopte hij met betaling. De bank stuurde een functionaris om te onderzoeken wat er aan de hand was.De winkel bleek te zijn verhuisd naar de

eerste verdieping. Op de vraag waarom hij dat had gedaan verklaarde hij: de hele dag kwamen mensen hem beneden lastig vallen. Nu komen er niet zoveel meer daar ze te lui zijn om trappen te klimmen.

Nog eentje.
Johan komt bij de psychiater. “Dokter je moet me helpen. Ik kan savonds niet slapen. Ik droom steeds dat een verschrikkelijke grote tijger onder mijn bed ligt die mij wil opvreten.”
“Dat is niet zo mooi,” zegt de dokter. “Ik kan je daarvan afhelpen. Maar dat zal je geld kosten.”
“Hoeveel?

“Laten we zeggen, twee sessies per week gedurende drie weken. Elke sessie zal je honderd piek kosten.”
“Ik zal er eens over piekeren,” zegt Johan. De dokter komt hem een paar weken later tegen in de supermarkt. “Tang ik heb je niet meer zien verschijnen.”

“Oh Ik ben helemaal genezen,” zegt Johan.”En het heeft me maar een tientje gekost.”
“Hoe dat zo.”
“Mijn buurman heeft mij aangeraden de poten van het bed weg te zagen zodat de tijger niet meer daaronder kan kruipen. Het heeft mij een zaag van een tientje gekost.”

Overheid en Politiek


De Nationale AssembléeParlement
Het eenkamerparlement van Suriname, De Nationale Assemblée (DNA) genoemd, telt 51 zetels. Elke vijf jaar bepalen de uitkomsten van een algemene, vrije en geheime verkiezing wie plaats neemt op deze zetels. Suriname is verdeeld in tien (kies)districten. Elke district is vertegenwoordigd met een bepaald aantal zetels, dunbevolkte districten hebben in verhouding meer zetels dan dichtbevolkte zoals Paramaribo. De 51 DNA zetels zijn als volgt verdeeld:

Brokopondo3Para3
Commewijne4Paramaribo17
Coronie2Saramacca3
Marowijne3Sipaliwini4
Nickerie5Wanica7

De regering
In Suriname bestaat de regering uit de president, de vicepresident en de ministers. De president en de vicepresident worden gekozen in de DNA. Dit vereist een twee derde meerderheid van de DNA-leden: 34. Als na twee stemrondes geen twee derde meerderheid is behaald, wordt de Verenigde Volksvergadering (VVV) bijeengeroepen. Alle DNA-leden, de districtsraadsleden en de ressortraadsleden nemen deel aan deze vergadering. In deze vergadering dient een gewone meerderheid behaald te worden door een kandidaat. De gekozen president stelt zijn eigen kabinet van ministers samen. De vicepresident en de ministers zijn verantwoording verschuldigd aan de president.

Politieke partijen

Ontbreekt een politieke partij ? Werkt een link niet meer ? Contact ons! Partijen waarvan we geen werkende website konden vinden, zijn niet gelinkt.
Een overzicht van de politieke partijen (op alfabetische volgorde) in Suriname:

(Update 10-04-2020)

21Su
Alternatief 2020 (A20)
Algemene Bevrijdings- en Ontwikkelings Partij (ABOP)
Amazone Partij Suriname (APS)
Broederschap en Eenheid in Politiek (BEP)
Broederschap in de Politiek (BP-2011)
Basispartij voor Vernieuwing en Democratie (BVD)
Democratisch Alternatief ’91 (DA’91)
Democratisch Nationaal Platform 2000 (DNP2000)
Democratie door Ontwikkeling en Eenheid (DOE)
Democratische Unie Suriname (DUS)
De Sociaal Democratische Unie (SDU)
De Nieuwe Leeuw (DNL)
De Nieuw Wind
Hervormings- en Vernieuwingsbeweging (HVB)
Kerukunan Tulodo Pranatan Inggil (KTPI)
Nationale Democratische Partij (NDP)
Nationale Ontwikkelingspartij (NOP)
Nationale Partij Suriname (NPS)
Nationale Unie (NU)
Nieuwe Stijl-KTPI (NSK)
Nieuw Suriname (NS)
Ontwikkeling Door Eenheid (ODE)
OPTSU
Partij Belangenbehartiging en Ontwikkeling (PBO)
Partij voor Recht en Ontwikkeling (PRO)
Pertjajah Luhur (PL)
Partij voor Integriteit, Nationale motivatie en Gelijke kansen (PING)
Plattelands Bewoners Partij (PBP)
Politieke Vleugel van de Federatie van Agrariërs en Landarbeiders (PVF)
Progressieve Arbeiders en Landbouwers Unie (PALU)
Progressieve Politieke Partij (PPP)
Partij Pembangunan Rakyat Suriname (PPRS)
Progressieve Surinaamse Volkspartij (PSV)
Permanente Voorspoed Republiek Suriname (PVRS)
Sociaal Democratische Unie (SDU)
SEEKA
Stem op Jezelf (SOJ)
STREi!
Surinaamse Partij van de Arbeid (SPA)
Trefpunt 2000
Unie van Progressieve Surinamers (UPS)
Vooruitstrevende Hervormings Partij (VHP)
Volkspartij voor Vernieuwing en Democratie (VVD)

https://www.surinameview.com/sranan/overheid-politiek/

Uitslag Verkiezingen Suriname 2020

 

Zetels (Landelijk)

 

 

Gekozenen: De Nationale Assemblée (DNA)

Wat vindt u van de verkiezingsuitslag? Op welke partij heeft u gestemd? Laat een reactie hieronder achter!

De verkiezingsuitslag van 2015 is hier te vinden.